Hoofdstuk 58
Aiden
‘Zeg alsjeblieft dat je bijna klaar bent’ grom ik.
‘Bijna, even wachten’ zucht ze als ze net een stuk doek om mijn been bind.
‘Zo, nu is het wel klaar’ en ze maakt de andere doek weer schoon in de emmer.
Ik slaak een zucht van opluchting en sluit mijn ogen. Helaas kom ik hier niet weg zonder hulp. Yuna staat op van het bed en loopt met de emmer weer naar beneden. Haar broer begint weer tegen haar te schreeuwen en ze is behoorlijk verdrietig. Ik draai me om en ga met mijn gezicht naar de muur liggen. Beneden gaat het geschreeuw verder en nu is haar vader ook tegen haar en haar broer aan het schreeuwen. Hoe langer ik hier naar luister hoe slechter ik me begin te voelen.
Na een tijd hoor ik Yuna naar boven komen en ik schrik wakker. Blijkbaar ben ik uiteindelijk toch in slaap gevallen. Yuna stormt de kamer binnen en smijt de deur achter zich dicht. Kwaad gaat ze voor het raam staan en ik kan horen dat ze gehuild heeft.
Met veel pijn en moeite ga ik van het bed af en ga ik naast haar staan. Ik sla een arm om haar heen en geef haar met veel moeite een kus. Gebroken lacht ze naar me en slaat haar armen om me heen. Ze begint hard te huilen en klemt zich strak aan me vast.
‘Ik wouw dat ik wat voor je kon doen’ zeg ik zachtjes tegen haar.
‘Word snel beter zodat we hier weg kunnen’ snikt ze.
‘Ik doe mijn best. Maar we kunnen je ouders toch zo niet achter laten?’
‘Waarom niet? Ik wil hier niet blijven’ zegt ze verbaast.
‘Je moeder houd van je. Snap je dat dan niet?’ en ik kijk haar vragend aan.
‘Natuurlijk snap ik dat. Maar ze moet ook snappen dat ik bij jou wil zijn’ zegt ze boos.
Ik zucht en ga weer op het bed zitten. Yuna komt naast me zitten en legt haar hoofd op mijn schouder neer. Even verstijf ik maar besluit dat het dan toch goed is.
Na een half uur zo te hebben gezeten word Yuna geroepen voor het eten. Eerst wil ze niet gaan maar uiteindelijk weet ik haar toch over te halen. Ze staat op en loopt naar beneden. Ik zucht en kijk dan wat rond in haar kamer. Het is eigenlijk een heel simpel en klein kamertje. Ik sta op om wat dingen te bekijken die er staan maar de pijn gaat weer door mijn been heen. Misschien is het verstandig om eerst wat aan die wonden te doen. Des te sneller kan ik hier weer weg.
Ik loop weer terug naar het bed en ga zitten. Ik haal het stuk doek van mijn bovenarm en bekijk de wond. Die is lelijk diep net zoals die op mijn been wel zal zijn. Gelukkig bloed het nu niet meer zo erg.
Snel doe ik er wat gif op en bind het dan weer terug om mijn arm. Een stekende pijn schiet weer door mijn arm en laat een brandend gevoel achter. Ik klem mijn kaken op elkaar en probeer het stuk doek van mijn been af te halen. Jammer genoeg gaat dit niet zo goed aangezien het vast zit geplakt aan de wond. Yuna heeft dan we alles schoon gemaakt maar het is toch nog gaan bloeden.
Voorzichtig haal ik het laatste stukje van mijn been en nu ziet het er nog smeriger uit. De tranen rollen over mijn wangen van de pijn maar ik moet het nu niet opgeven. Ik laat er weer wat gif op druppelen en ik moet moeite doen om niet het hele huis bij elkaar te schreeuwen. Zo snel ik kan bind ik het stuk doek er weer terug omheen. Alles begint te draaien van de pijn en het word behoorlijk warm hier binnen. Ik wil opstaan om een raam open te maken maar het word alleen maar erger. Wankelend loop ik verder en weet nog net een raam open te zetten. Dan hoor ik voetstappen achter me en komt de grond gevaarlijk dicht bij.
‘Gaat het een beetje?’ hoor ik een vriendelijke stem.
Ik open mijn ogen en zie dat Yuna naast me zit. Ik wil rechtop gaan zitten maar ze drukt me terug in de kussens.
‘Ik… het werd warm en toen.’
‘Het is goed. Maak je geen zorgen’ onderbreekt ze me meteen.
Ik knik een keer en sluit mijn ogen weer. Zo te horen aan haar stem is ze erg geschrokken.
‘Je blijft hier liggen tot je beter bent. Eerder wil ik je niet uit bed zien’ zegt ze streng.
Reageer (2)
auw!
1 decennium geledenhopen dat het snel over is!
Nhaww arme aiden!
1 decennium geleden