~Chapter 1.6~
‘’Sure you can manage that broom, Potter?’’
Het werd steeds kouder en December naderde. De kerstsfeer in het kasteel werd steeds gezelliger en iedereen keek uit naar de vakantie. Blaise zou terug naar huis gaan, maar Louise bleef liever op school met Harry, Hermione en Ron. Uiteindelijk, het laatste weekend voor de vakantie, was er nog een dagje Hogsmeade geplant. Louise besloot om nog even met Blaise te gaan voor hij naar huis ging voor twee weken, en Hermione en Ron zouden kerstinkopen gaan doen.
Met Blaise zat ze in the Three Broomsticks, aan een lekkere warme Butterbeer. Ze was weer opgewarmd en kletste vrolijk met hem over van alles en nog wat.
‘Zal ik anders hier blijven, met kerst? Anders ben jij zo alleen,’ vroeg Blaise, terwijl hij dronk.
‘Nee, dat hoeft niet! Ik heb Harry, Ron en Hermione toch?’
‘Dat je daar plezier mee hebt… Ik ben toch veel grappiger?’ Ze lachte. ‘Ja, héél grappig.’
‘Harry? Wat doe jij nou hier? Ik dacht dat je geen formulier had!’ Louise rende op Harry af en omhelsde hem van achteren. Toen hij zich omdraaide en ze zijn gezicht zag, liet ze meteen los.
‘Ik ben even niet in de stemming,’ zei hij, waarna weg liep. Ze wierp een vragende blik op Ron en Hermione, maar die schudden hun hoofd en beloofden alles later uit te leggen. Blaise kuchte.
‘Gaan we terug?’ Samen liepen ze terug het kasteel in, om lekker warm voor de haard te zitten.
Toen Ron en Hermione aan Louise uitlegden wat er gebeurd was in the Three Broomsticks, hield ze haar adem in. Harry zat nu in de Common Room van Gryffindor, want hij was kapot van het feit dat Sirius Black zijn ouders verraden had – en laten we eerlijk zijn, wie zou dat niet zijn? Maar veel tijd om te reageren of medelijden te hebben had ze niet, want Blaise kwam met koffer en al de Great Hall in.
‘Ga je?’ vroeg Louise. Hij knikte en zette zijn koffer neer, terwijl hij zijn jas dicht ritste.
‘Ja, helaas wel… Red jij jezelf deze kerst?’ Ze knikte en omhelsde hem.
‘Doe je ouders de groeten. Nou ja, je moeder, en je stiefvader,’ zei ze, een beetje twijfelend. Blaise’s moeder had inmiddels al vijf mannen gehad, en Blaise had zijn eigen vader nooit gekend. En elke man ging op een vreemde manier dood, en liet Blaise en zijn moeder met een enorme smak geld achter. ‘En zeg haar dat ik snel nog eens langs zal komen!’ Hij knikte en omhelsde haar nog een laatste keer voordat hij de Great Hall verliet. Ze ging terug bij Hermione en Ron zitten, die haar vreemd aankeken.
‘Wat?’
‘Niks,’ werd er geantwoord.
Het was kerstochtend en Louis werd langzaam wakker. Niemand van haar afdeling, op een meisje uit de vijfde na, was gebleven. Samen met alle leraren, Harry, Ron en Hermione zat ze aan de grote tafel om te eten. Het was niet heel gezellig, want bijna niemand was op school gebleven deze vakantie. En dat allemaal omdat Sirius Black ontsnapt was. Onzin.
‘Ik heb een Firebolt gekregen voor kerst,’ fluisterde Harry in haar oor. Ze verslikte zich bijna in haar aardappelen.
‘Je hebt – WAT?’ Hij lachte en nam nog een hap van zijn eten.
‘Een Firebolt. Voor kerst. Hermione vind het maar niets, denkt dat hij vervloekt is of zo.’
‘Van wie heb je die gekregen? Die kost mega veel!’ Ze nam zich niet de moeite om te fluisteren, en kreeg daardoor een por in haar ribben. ‘Sorry,’ mompelde ze.
‘Ik weet niet van wie hij komt. Hermione denkt van Sirius Black, ja, natuurlijk.’ Hij lachte nog eens hartelijk en at zijn eten op. Sirius Black… Als het hem geen moeite had gekost om zijn ouders te vermoorden, waarom Harry dan niet ook? Maar aan de andere kant, hij had toch zeker geen geld? En hij kon niet zomaar een winkel binnen lopen zonder herkend te worden…
Louise zelf had ook een aantal cadeaus gekregen voor kerst, onder andere van haar ouders, Harry, Ron, mevrouw Weasley, Blaise, en zelfs Hermione. Toen Louise met Harry en Ron meeging naar de Gryffindor Common Room, schrok ze van Crookshanks die blazend op hen af kwam.
‘Rot op, stom beest!’ siste Louise woedend. Ze bedacht zich dat ze Shadow straks iets lekkers moest geven, voor kerst. Hermione kwam binnen en verschool haar hoofd achter een boek, dat ze trouwens ondersteboven hield. Achter haar aan kwam Professor McGonagall.
‘Geef me die bezem eens, Potter,’ zei ze. Harry gaf hem verward aan. Louise had nog niet eens de tijd gehad om hem te bekijken.
‘Ik ben bang dat ik deze mee moet nemen,’ zei de Professor. Ron, Harry en Louise sputterden tegen.
‘Wat? Nee!’
‘U kunt hem niet meenemen-‘
‘Dat is niet eerlijk!’
‘Het spijt me, maar ik moet hem op vloeken en spreuken controleren. Fijne kerst.’ Met die woorden verliet ze de Common Room, en met z’n drieën richtten ze zich op Hermione.
‘Waarom heb je haar erbij gehaald?’ vroeg Ron. Maar Hermione’s gesputter had geen effect; ze bleven woedend.
‘Blaise!’ riep Louise een paar dagen daarna, toen haar beste vriend weer terug kwam van thuis.
‘Hé, Carty!’ zei hij terug. Hij kwam naast haar zitten bij de haard en streek even over Shadow’s vacht.
Louise vertelde over alles wat ze had meegemaakt in de vakantie, maar liet het gedeelte van de Firebolt achterwege, omdat ook niemand mocht weten over het verband tussen Harry en Sirius.
School begon weer, en een week daarna was het tijd voor een Slytherin tegen Ravenclaw Quidditch match. Iedereen wilde dat Slytherin zou winnen, vooral nu Draco zijn arm weer helemaal in orde had, ook al was Louise er nog steeds van overtuigd dat hij er nooit last van had gehad.
De wedstrijd was in het begin spannend, maar daarna was duidelijk dat Slytherin zou gaan winnen, tot teleurstelling van de andere afdelingen. En dat was precies wat er gebeurde. ’s Avonds was er een klein feestje in de Slytherin Common Room, en Louise stond met Blaise te praten toen hij zich opeens uit de voeten maakte met de woorden ‘Ik moet even met iemand praten’. Al snel zag Louise waarom hij weg moest. Eerst keken ze allemaal erg nors, maar zo te zien deden ze hun best.
‘Het spijt ons… van wat er gebeurd is,’ zei Pansy met een geforceerd glimlachje.
‘Ja, dat had niet mogen gebeuren, natuurlijk,’ voegde Astoria toe. Crabbe en Goyle knikten.
‘Is alles weer oké?’ vroeg Theodore. Louise knikte.
‘Madame Pomfrey is uitermate goed wat verwondingen betreft. Ik was er zo weer bovenop.’
‘Excuses aanvaard?’ vroeg Millicent blozend.
‘Natuurlijk!’ Toen ze dat woord gehoord hadden, liepen ze weg en kwam Blaise terug met Draco. Louise keek hem beschuldigend aan.
‘Jij hebt gezorgd dat ze hun excuses maakten, is het niet?’ Hij dronk rustig van zijn drankje en glimlachte.
‘Heb je bewijs?’ Met een glimlach naar Blaise zei ze; ‘Bedankt.’
‘Geen probleem.’
Een paar dagen later kreeg Louise Ron over zich heen.
‘DAT-MORMEL-VAN-HERMIONE-HEEFT-SCABBERS-OPGEGETEN!’ riep hij woedend. Eerst wist ze niet wat ze moest zeggen, maar vervolgens stotterde ze; ‘W-wat erg, Ron, echt verschrikkelijk!’ Hij knikte en keek boos Hermione’s kant uit.
‘Dat weet ik,’ zei hij hard genoeg zodat zij het zou horen. Met tranen in haar ogen stond ze op en liep de Great Hall uit. Ergens had Louise toch wel medelijden met haar, maar dat zou ze maar niet tegen Ron zeggen.
Nu was het tijd voor de Gryffindor tegen Ravenclaw match. Louise hoopte, voor Harry en zijn nieuwe Firebolt, die hij ondertussen weer terug had gekregen, dat zij zouden winnen, maar dat betekende wel dat Gryffindor daarna tegen Slytherin moest spelen. Op de ochtend van de Quidditch match stond Louise bij de Gryffindor tafel om iedereen succes te wensen, toen Draco Malfoy op kwam dagen. Natuurlijk, gevolgd door Crabbe en Goyle.
‘Weet je zeker dat je die bezem aankan, Potter?’ vroeg hij sarcastisch. Louise draaide zich om.
‘Jij leert het ook nooit, hè, Malfoy,’ zei ze, met ingehouden woede. Hij was gewoon jaloers dat hij deze bezem niet had gekregen van zijn vader.
‘Ach, laat mij, Carty,’ zei hij. Als hij haar achternaam zei klonk het heel onvriendelijk. ‘Je bent zo ondankbaar, wist je dat?’
‘Ondankbaar? Waarom ondankbaar? Waar zou ze jou voor moeten bedanken?’ vroeg Harry. Malfoy’s blik ging van Harry, naar Ron, naar Louise, en vervolgens lachte hij.
‘Niks, laat maar. Ik ga bij mijn eigen afdeling zitten,’ zei hij, met de nadruk op de woorden ‘eigen afdeling’.
Louise zat naast Blaise in het publiek, terwijl ze wachtten tot Quidditch zou beginnen. Louise zag Harry beneden in zijn rode gewaad, en Fred en George, Wood, en de drie meiden. En dan natuurlijk nog de mensen van Ravenclaw, van wie ze eigenlijk niemand kende. De wedstrijd begon en ze werden voorzien van Lee Jordan’s commentaar, dat momenteel over Harry’s Firebolt ging. Het verliep goed, tot er opeens wat minder luid geklapt en geschreeuwd werd, en iedereen naar beneden, op het veld keek. Was er iemand gevallen? Toen zag Louise het; drie Dementors, zoals altijd gehuld in een zwarte mantel, stonden beneden op het veld. Wacht- stonden? Hoorden ze niet te zweven, hoog boven de grond? Plotseling ging er een lampje branden, en toen Louise naar het publiek van de Slytherins keek, werd haar vermoeden bevestigd. Er misten vier personen.
Er zijn nog geen reacties.