~Chapter 1.1~
Laat maar in een reactie achter wat jullie ervan vinden
‘’Well, look who it is… Potty and the Weasel.’’
‘Mam, geef die kat, de trein vertrekt zo!’ riep Louise, en ze stak haar bleke handen door het raampje van de coupé. Haar moeder, 33 jaar, bruin haar en blauwe ogen, gaf haar de zwarte kat aan.
‘Let goed op haar, hoor je me? Ik wil geen brieven meer krijgen dat je haar kwijt bent!’ schreeuwde haar moeder, terwijl de trein langzaam begon te reiden.
‘Ja mam, is goed, ik hou van je!’ schreeuwde Louise lachend, en ze schoof het raampje dicht. Ze nam plaats op het bankje, en keek naar de man die tegenover haar zat. Hij sliep, en zag er moe uit. Zijn kleding zag er ook niet al te nieuw uit, en ze vroeg zich af wat hij in de Hogwarts Express deed. Hij zag er niet bepaald uit als een leerling.
‘Shadow, dit jaar blijf je bij me, goed?’ zei Louise zachtjes, terwijl ze door de vacht van haar zwarte kat aaide. De kat spon en liefkozend krabde ze haar achter haar oor. Toen schoof de coupédeur open, en twee jongens stonden in de deuropening; Harry Potter, een jongen met zwart haar, felgroene ogen, een rond brilletje en een bliksemvormig litteken op zijn voorhoofd, en Ron Weasley, vuurrood haar, bleke huid, groenachtige ogen en sproetjes. Haar beste vrienden.
‘Hé, Louise, fijn je te zien!’ zei Ron opgewonden, en hij nam plaats naast haar. Ook Harry ging zitten, naast de slapende man.
‘Ook fijn jullie weer te zien, hoe was Egypte?’ vroeg ze. Ron en zijn familie hadden afgelopen zomer een prijs gewonnen en waren van het geld naar Egypte gegaan.
‘Geweldig! Echt-wauw!’ schreeuwde hij, en de man tegenover hen bewoog. Gespannen wachtten ze af, maar hij bleef rustig doorslapen.
‘Wie is dat?’ vroeg Harry, met een blik op de man.
‘Professor R.J. Lupin,’ zei een stem die Louise absoluut niet wilde horen - de stem van Hermione Granger. Ze stond in de deuropening met een rode kat in haar handen. Had ze nu ook een kat gekocht?
‘Hoe weet je dat nu weer?’ vroeg Ron, ‘Serieus - ze weet echt alles!’
‘Het staat op zijn koffer, Ronald,’ zei Hermione geïrriteerd, terwijl ze plaatsnam naast Harry. Louise bekeek haar en het beest op haar schoot, en Rons borstzak begon te trillen.
‘Wat is dat?’ vroeg Louise, met een blik op zijn borstzak.
‘Scabbers. Sinds Hermione die kat heeft gekocht, is hij doodsbang,’ zei Ron, en hij keek vuil naar de kat. Die siste woedend, en rechtte zich op in al zijn lengte.
‘Noem je dat een kat?’ vroeg Louise, die afkeurend naar het rode mormel keek.
‘Ja. Crookshanks is een lieve kat, nietwaar Crookshanks?’ ze begon tegen de kat te praten, en iedereen inde coupé rolde overdreven met zijn of haar ogen.
‘Denken jullie dat Professor Lupin echt slaapt?’ vroeg Harry plots. ‘Ik moet jullie namelijk iets vertellen…’
Harry vertelde hen over Sirius Black, de tovenaar die er als eerste in is geslaagd om te ontsnappen uit Azkaban, en volgens Mr. Weasley achter Harry aan zat. Louise, Ron en Hermione luisterden gespannen naar wat hij gehoord had, en hapten naar adem op de geschikte momenten. Waarom zat Sirius Black achter Harry aan? Was dat waarom hij ontsnapt was? Het klonk onmogelijk, maar volgens iedereen van het Ministry of Magic was het echt waar. Toen hij zijn gesprek had afgerond, bleef het doodstil in de coupé. Hermione was – zoals altijd – de eerste die haar mond opendeed.
‘Dan is het maar goed dat je niet mee mag naar Hogsmeade, dat is veel te gevaarlijk,’ zei ze.
‘Wacht- je mag niet naar Hogsmeade? Hebben je oom en tante dat briefje niet getekend?’ vroeg Louise vol ongeloof.
‘Nee, ik mag niet. Ik heb mijn tante opgeblazen en-‘
‘OPGEBLAZEN?!?’ riep Louise, wat een harde snurk opleverde van Professor Lupin.
‘Opgeblazen, als een ballon. Niet laten ontploffen of zo,’ zei Harry, een beetje lachend.
Ron gniffelde ook, net als Louise, maar Hermione was degene die de stemming verpestte.
‘Maar goed, zoals ik al zei, veel te gevaarlijk.’
De coupédeur gleed open, en alweer was daar iemand die Louise liever niet zag; Draco Malfoy, zoals altijd gevolgd door Crabbe en Goyle. In de coupé werd het doodstil en iedereen keek naar Malfoy, die een schampere grijns op zijn gezicht droeg.
‘Kijk eens wie we hier hebben. Potty en de Wezel.’ Deze opmerking werd gevolgd door dom gelach van Crabbe en Goyle.
‘Rot op, Malfoy, ga anderen vervelen,’ zei Louise, zwaar geïrriteerd. Hij keek haar aan.
‘Ongelofelijk dat jij in mijn afdeling zit,’ zei hij beledigd. ‘Mudblood.’ Dat had ze nu al vaker gehoord, dus ze keek er niet van op, in tegenstelling tot Ron, Hermione en Harry.
‘Ik zag dat jij en je familie wat geld hadden gewonnen, Weasley,’ ging hij verder. ‘Kreeg je moeder een hartaanval van de schok?’
Ron sprong op, maar Louise en Harry trokken hem terug, terwijl Crookshanks en Shadow luid begonnen te sissen.
‘Je durft wel, hè, Malfoy,’ sliste Louise, ‘ruzie zoeken recht onder de neus van een leraar.’ Zo te zien had ze zijn aandacht getrokken, want hij keek meteen paniekerig naar de man in de hoek van de coupé.
‘Kom op,’ zei hij snel tegen Crabbe en Goyle, en vertrok.
‘Opgeruimd staat netjes,’ zei Harry triomfantelijk.
Buiten begon het te schemeren, en Harry, Ron, Hermione en Louise werden steeds vermoeider van de reis. Opeens kwam de trein piepend tot stilstand, en van de schok vielen enkele koffers van de rekken. De lichten flikkerden even en gingen toen uit. Het was nu helemaal donker in de coupé, zelfs van buiten kwam geen licht.
‘Wat is dit nu weer?’ zei een stem.
‘Ik weet het niet!’ antwoordde een andere. Gemompel, beweging, een kreetje van pijn. Meer stemmen, die ‘Au!’ of ‘Sorry!’ riepen. Er kwamen twee mensen de coupé in, en dat zorgde voor meer ‘AU!’ en ‘SORRY!’. Louise’s ogen begonnen eindelijk een beetje aan de duisternis te wennen, en ze zag de omtrekken van Neville en Ginny, die nu half bij elkaar op schoot zaten.
‘Wat is er aan de hand? Waarom zijn we gestopt?’ vroeg Ginny. Voordat iemand kon antwoorden gleed de deur van de coupé, die nog half open stond, helemaal open en kwam een donkere gestalte naar binnen. Het haalde gorgelend adem, en alles op hen heen werd koud, en kil. Een beetje hoe Louise zich voelde als ze in Draco’s ogen keek, maar dan vele malen erger. Het ding, gehuld in mantel, keek de coupé rond, en richtte zich toen op Harry. De gorgelende ademhaling hield aan, en hoe dichter het bij Harry kwam, hoe meer Harry begon te stuiptrekken. Uiteindelijk verloor hij zijn evenwicht en viel op de grond, waarna de slapende man, Professor Lupin, opstond en zijn toverstok uitstak naar het gemantelde figuur. Er kwam een fel licht uit zijn toverstok en het grote gestalte verliet de coupé. Maar Harry lag nog steeds roerloos op de grond, en de paniek in de coupé nam toe.
‘Harry!’
‘Word wakker!’
‘Harry, alsjeblieft…’
Maar hij bewoog niet.
Reageer (2)
Ben benieuwd waar dit heengaat. Mijn abo heb je (:
1 decennium geledenAbooo!!!!!!!!!!! Snel verderr please
1 decennium geleden