02. ~ Indianna Bella Lawrence
'Indianna Bella Lawrence.'
Mijn ogen zoeken de grond. Ik sta stil, probeer niet te ademen, niet op te vallen, niet te leven, niet te denken. Want dat is mijn naam. Daisy Flores, de gestoorde vertegenwoordigster van District 5 uit het Capitool, heeft mijn naam opgenoemd. En ik moet naar de Spelen. En waarschijnlijk sterven.
'Nee..' fluister ik. Eindelijk wend ik mijn ogen af en kijk voor me uit, recht in de bruine ogen van mijn allerbeste vriendin Melody. Ze slaat haar armen om me heen en zo staan we een tijdje. We hoeven niks te zeggen, we begrijpen elkaar zonder woorden ook wel.
'Indianna, kom maar, meisje,' hoor ik Daisy zeggen. Ik negeer haar. 'Tot zo, Indy,' mompelt Melody terwijl ze me zachtjes richting het podium duwt. O ja. Het afscheid komt zo pas. Met lood in mijn schoenen loop ik het podium op en ga naast Daisy staan. 'Zo... dus jij bent Indianna!' roept die vrolijk. 'Stoere naam hoor, je doet het vast goed in de Spelen!' HOE kunnen die Capitoolmensen zo vrolijk zijn!? O ja. Zij zien alleen mensen sterven. Zelf hebben ze er geen last van. Terwijl ik nog steeds naar Melody kijk, die ik hartstikke veel ga missen, luister ik naar Daisy. Dit is het eerste jaar dat ik luister naar haar. Misschien omdat ik haar dit keer waarschijnlijk zelf nodig heb. Ze roept nog een paar keer hoe spannend het is, en pakt dan eindelijk het lootje voor de jongenstribuut.
'Drew Jackson!' roept ze. Ik kreun. Niet Drew... hij zit in mijn klas en is een goede vriend. Niet dat ik verliefd ben ofzo, het is gewoon... tja.. we zijn gewoon close. Ik frunnik aan mijn armbandje met het klavertjesvier bedeltje en kijk toe hoe Drew het podium oploopt en naast me gaat staan. Ik kijk hem aan, en zie het verdriet in zijn ogen. Ik heb het gevoel dat ik dit jaar veel zal verliezen. En niet alleen de Spelen.
'Zo, Drew, Indianna, wat zijn jullie een geweldig koppel voor dit jaar!' Koppel?? Waarom denkt iedereen dat Drew en ik wat hebben. 'We zijn geen ... ' probeer ik. Maar Daisy verbetert zichzelf al.
'Ik bedoel een goed téam. Jullie werken in een koppel, als je snapt wat ik bedoel, en..' nu luister ik niet meer, dit is allemaal gewauwel. De burgemeester begint met zijn jaarlijkse en oersaaie maar verplichte toespraak. Ondertussen wissel ik een woordloos gesprek met Drew. Hij probeert sorry te zeggen, maar waar voor in hemelsnaam? 'Maakt niet uit,' vorm ik met mijn lippen. 'Het zal goed komen.' Drew grijnst, en ik weet gewoon wat hij denkt. Ik ben altijd optimistisch.
Dan moeten we elkaar een hand geven. Ik pak zijn warme hand en schud hem. Als ik hem weer los laat worden we door de vredesbewakers uit elkaar gedreven en moeten we naar het gerechtsgebouw lopen. Binnen word ik in een kamer 'gezet', en ik ga op de enige stoel in de kamer zitten. Voordat ik in en uit heb geademt om rustig te worden, lopen mijn ouders en broer al binnen.
'Hé,' mompel ik glimlachend. Als ik nu huil, zal dat beeld hen altijd blijven achtervolgen. Dat weet ik uit ervaring. Ik denk er alleen liever niet aan, dus nu ook niet. Mijn broer, Daniel, loopt naar me toe en geeft me een knuffel.
'Als ik een stom Capitoolmens was, zou ik op jou stemmen, Indy. Met al mijn geld.' Ik kijk hem verlangend aan. Kon ik altiijd maar bij mijn familie blijven. Daarna is het de beurt van mijn ouders. Ze krijgen ook een knuffel, waarna ze worden weggestuurd door de vredesbewakers.
Reageer (1)
Echt mooi! En die personages zijn ook zo leuk!
1 decennium geleden