1.2
‘het gaat hem goed. Hij moet nu wel rusten. Ontwaken uit een coma is heel vermoeiend’ zegt de dokter tegen mijn ouders. Joe zit nog naast mijn bed en kijkt me aan. Net als Kevin. ‘hoe lang moet hij nog blijven?’ vraagt mijn vader. ‘nog ongeveer 1 of 2 weken. Dan mag hij naar huis, maar hij kan nog niet te veel doen’ zegt de dokter. ‘bedankt’ zegt mijn moeder en de dokter knikt. Hij loopt de kamer uit en sluit de deur achter zich. ‘we moeten gaan’ zegt mijn moeder zacht. Ik knik zwak en iedereen staat op. Mijn moeder drukt me nog een kus op mijn hoofd en loopt dan achter de rest aan naar buiten. Ze sluit de deur en ik zucht. Onderkoeling… Heb ik daar nou 6 maanden van in coma gelegen? Ik til mijn hand op en kijk naar de ketting. Hij is prachtig en heel secuur afgewerkt. Het diamantje schittert in het daglicht dat door het raam komt en ik glimlach. Ik doe hem om mijn nek en laat mijn hoofd dan weer in het kussen rusten. Misschien moet ik toch maar even gaan slapen.
Ik loop door een lange witte gang, met vele rode deuren. De laatste deur staat op een kier en ik druk de deur verder open. Verbaast stap ik door deur in wat een kamer had moeten zijn, maar wat een enorm witte ruimte is. Het lijkt wel alsof ik op wolken sta. Ik kijk naar beneden en heb in plaats van een witte ziekenhuisjurk een spijkerbroek met een rood T-shirt aan. De “wolken” voelen zacht onder mijn blote voeten en ik begin te lopen. Vraag me niet waarheen. ‘Nick’. Meteen sta ik stil. Die stem. Ik kijk om me heen maar zie niks. ‘waar ben je?’ vraag ik. ‘kijk met je hart, Nick. Dan zul je me zien’ zegt de bekende zuivere stem. Met mijn hart. Hoe moet ik in godsnaam met mijn hart kijken? Ik haal eens diep adem en sluit mijn ogen. Alsjeblieft laat me je zien. Ik open mijn ogen weer en tot mijn grote verbazing staat ze voor me. Het meisje dat me elke keer perplex doet staan door haar onschuld en wijsheid. ‘wie ben je?’ vraag ik zacht. ‘jou engel’ glimlacht ze. ‘dus, je bent niet echt?’ vraag ik teleurgesteld. ‘ik ben net zo echt als jij’ zegt ze ‘en ik leef wanneer jij wil dat ik leef’ ‘maar, ik wil dat je leeft’ zegt ik. ‘niet genoeg’ glimlacht ze. ‘ik heb je nodig’ zeg ik. ‘hoe weet je dat zo zeker?’ vraagt ze en ze kijkt me aan. ‘ik weet het niet. Ik voel het. Elke keer als er iets was, was jij daar ook. Om me… Beter te laten voelen’ zeg ik en ik kijk in haar felblauwe ogen. Ze glimlacht. Ze staat stil en gaat voor me staan. ‘wens het met heel je hart en ik zal leven’ zegt ze en langzaam vervaagt ze, samen met de omgeving en ik wordt me weer bewust van de realiteit. Ik hoor mensen praten en het regelmatige gepiep van de hartmonitor. Ik open mijn ogen en moet zeggen dat ik me al veel beter voel als gisteren. ‘hej broertje’ glimlacht Joe die naast mijn bed zit. Ik glimlach. Nou weet ik nog steeds niet wie ze is…
Reageer (5)
Schrijf verder, hij is echt leuk!!!!!
1 decennium geledenwow dat is egt koell en anders;) snel verder!
1 decennium geledenXx.<'3
n dan zegt mevrouw dat mijn verhaal anders is, wanneer heb je deze geschreven ? de naam helena namenlijk... hihi
1 decennium geledenomg!
1 decennium geledenwat een goed verhaal!
ga plz snel verder!
xxx
En hoe is hij nou onderkoelt geraakt? ^^ Snel verder, ben namelijk helemaal niet nieuwsgierig
1 decennium geleden