Isabel opende versuft haar ogen. Natuurlijk, ze was weer flauwgevallen.
Ze was veel bloed verloren en had al twee dagen niets meer gegeten noch gedronken. Ze was zelfs zo uitgedroogd dat ze geen traan meer kon produceren.
Nadat ze was vastgegrepen op het moment van hun ontsnapping, had ze geweten dat er maar één manier was om Louis te redden. Ze moest ervoor zorgen dat hij niet achtervolgd werd.
Nadat ze het merendeel van de mannen had uitgeschakeld, en Louis hopelijk al lang en breed in de stad was, werd ze met het heft van een pistool bewusteloos geslagen.
Toen ze daarna wakker was geworden lag ze in een andere kamer. Het was waarschijnlijk ook in een andere stad, want nu Louis ontsnapt was zou direct heel Chicago worden doorzocht.
Ze slikte moeizaam en keek nauwelijks op toen de deur open ging.
Een dienblad met een karige maaltijd en een glas water werd voor haar neer gezet. Nu ze niet meer was vastgebonden, ze werd gewoon verwaarloosd in deze kamer gelaten, kroop ze langzaam naar het dienblad.
‘Eet maar snel op, dit weet de baas niet.’ Zei de man.
De stem kwam haar gruwelijk bekend voor, maar ze kon niet zien wie het was. Hij stond zo dat het licht van de lamp haar verblindde, en ze was te zwak om op te staan.
Het liefst dronk ze dat glas water in één teug leeg, maar ze rook er eerst voorzichtig aan en nam een piepklein slokje.
‘Ik heb het niet vergiftigd.’ Mompelde de man.
Isabel negeerde hem en nam muizenhapjes van het stuk brood met kaas en komkommer. De komkommer leste de dorst die het brood en de kaas veroorzaakten, en na een dikke tien minuten was alles op.
‘Bedankt.’ Kraste ze.
De man maakte een zacht keelgeluidje en nam het dienblad weg.
Isabel stond wankel op en verloor haar evenwicht. Ze kon nog net op tijd haar armen uitsteken om zich op te vangen, hoewel de wonden op haar polsen weer opensprongen.
‘Gaat het? Wil je nog wat water?’ Vroeg de man bezorgd.
Isabel fronste en probeerde helder zicht op de man te krijgen.
‘Graag.’ Zei ze, in de weet dat hij dan terug zou komen.
Hij knikte en liep met snelle passen weg, waarin Isabel tijd had om rechtop tegen de muur te gaan zitten.
Toen de man terugkwam knielde hij voor haar zeer en gaf haar het glas water. Terwijl ze fronsend naar zijn half bedekte gezicht keek voelde ze nattigheid tegen haar polsen. De man depte haar wonden met een nat doekje.
‘Waarom?’ Vroeg Isabel.
De man schudde zijn hoofd en negeerde haar, keek haar nog steeds niet aan.
‘Morgenvroeg kan ik je weer wat brengen, dan heb ik dienst. Hou je sterk, meisje.’
Zonder haar ook maar één keer aan te kijken liep de man weg, waarna de deur weer op slot werd gedraaid.
Isabel voelde zich direct weer helder in haar hoofd, met dank aan het brood en het koele water. Ze wist nog steeds niet waarom de man haar had geholpen, maar zijn belofte om terug te komen gaf haar weer hoop.
Zodra ze genoeg op krachten was gekomen zou ze weer proberen te ontsnappen, en ditmaal zou ze geen genade tonen, aan niemand. De enige wie er toe deed was die kleine dwerg, Sean Garkov.
Wellicht was hij geestelijk niet helemaal in orde, maar dat bekoelde Isabels woede niet.
Ze zou zelfs haar leven ervoor opgeven, zolang ze hem maar met zich mee kon nemen. Als hij was uitgeschakeld, kon niemand meer wraak nemen op iets wat de jongens erbij zou betrekken.
Maar eerst moest ze wachten, wachten op de enige bondgenoot die ze nu had, de onbekende man.

Jullie reacties zijn zooooo awesome!

Reageer (8)

  • FxckNiall

    DAT IS HAAR VADER! Ik kan zelf niet schrijven, want mijn plan van gisteren is verkeerd afgelopen, ik zit nu helemaal in het gips, dit word geschreven door:Somethimes

    1 decennium geleden
  • AngelicPower

    snel verder!!(Y)

    1 decennium geleden
  • TheSecret

    O Mijn gossie echt geweldig verhaal :O
    Wie is die man hij's aardig :)
    Snel veder xx

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen