Hoofdstuk 10
Aiden
Het meisje klapt achterover met haar hoofd tegen de grote steen aan. Versuft kijkt ze rond. Met haar hand gaat ze over de achterkant van haar hoofd en nu ruik ik de heerlijke geur nog sterker. Ze kijkt naar haar hand en haar hele gezicht trekt wit weg. Dan zie ik dat er wat bloed van haar hand af druipt en op de grond valt.
O man, dit is niet goed. Ik kan het niet laten en voel mijn hoektanden weer tegen de binnenkant van mijn mond aan schuren. Mijn spieren spannen zich aan en mijn instinkt neemt het in een halve seconde van me over en ik schiet naar de elf toe. Met een hand pak ik haar hoofd vast en met de ander haar schouder. Ik duw haar hoofd een beetje opzei en zet mijn tanden in haar nek.
O wat is dat heerlijk. Haar warme bloed zo puur, zo schoon, beter kun je het niet hebben. Gulzig drink ik er zo veel mogelijk van en laat geen druppel langs mijn mond de grond raken. Ik hoor hoe haar hartslag steeds langzamer gaat en een stem in mijn hoofd dwingt me om te stoppen. Hijgend ruk ik me van haar los en kijk naar het elfen meisje dat nu twee gaatjes in haar prachtige nek heeft staan. Het is eigenlijk niet genoeg maar voor nu kan ik er wel even mee vooruit. Snel maak ik met een beetje gif de gaatjes in haar nek dicht en leg haar op de grond.
Maar nu heb ik dus een groot probleem. Ze komen haar waarschijnlijk wel zoeken en ik heb haar gebeten. Erger kan het voor mij niet worden. Zij is ook nog eens haar draak kwijt. Voor haar kan het wel erger blijkbaar.
Ik moet hier echt weg. Ik mag niet gezien worden met haar. Ik sta op en pak mijn zwaard van de grond. Ik draai me om en wil weg lopen maar mijn geweten blijft maar aan me knagen.
Ik kan haar hier niet zo achter laten. Dat is gewoon niet eerlijk. Sinds wanneer geef ik iets om dit elfen meisje? O man, dit is niet goed. Maar als ik haar hier achter laat heeft Naur over een paar dagen wel te eten. Een brede grijns komt op mijn gezicht en ik zet weer een paar stappen naar voren. Maar als ik haar laat leven kan ik haar nog een andere keer doden. Als reserve voedsel. Nee, ik kan haar hier niet achter laten. Ik mag haar ook niet doden. Ik moet wachten tot ze weer hersteld is en ga dan haar draak zoeken. Daarna breng ik haar naar huis en is het voorbij. Niets meer en niets minder.
Ik draai me om en loop weer terug naar het meisje. Ik smijt mijn zwaard, pijlen en boog op de grond neer bij een boom en ga er tegen aan zitten.
Drie dagen later is ze nog steeds niet wakker geworden. Ik zucht en laat mezelf uit de boom vallen en loop wat heen en weer. Ik heb Naur er op uit gestuurd om haar draak te gaan zoeken en zelf ook wat te eten.
Er klinkt een gekreun en ik draai me snel om. Het elfen meisje is dan eindelijk wakker geworden.
‘Eindelijk, je bent wakker’ en ik wil naar haar toe lopen.
‘Blijf uit mijn buurt!’ roept ze bang.
Geschrokken blijf ik staan en hou mijn hand bij mijn riem waar mijn dolk aan zit.
‘Ik doe je niets!’ snauw ik dan naar haar.
‘Wat heb je gedaan?!’ roept ze kwaad en zoekt naar haar zwaard.
O man, geeft ze het dan echt niet op? Ze is te zwak, wat wil ze doen?
‘Sorry, ik kon het niet laten en heb je gebeten’ zeg ik zonder moeite.
‘Je hebt wat?!’ en ze kijkt me met grote bange ogen aan.
‘Ik rook je bloed ja. Ik kon het niet helpen!’ schreeuw ik nu terug.
‘Maar…ik leef nog’ stamelt ze dan.
‘Ja tuurlijk. Je bent een elf. Mijn gif heeft geen effect op jou’ roep ik spottend.
Dan probeert ze te gaan staan. Het ziet er wel grappig uit en wankelend wil ze van me weg lopen.
‘Waar dacht jij heen te gaan?’ zeg ik lachend en kijk toe hoe ze weg loopt.
‘Weg van jou en deze ellendige plek’ zegt ze kwaad.
‘Zonder mij kom je nergens. Dit is mijn gebied en je loopt alleen maar gevaar zonder mij.’
‘Alsof ik met jou geen gevaar loop’ snauwt ze terug.
Reageer (2)
Super geschreven,
1 decennium geledenook super mooi
Wauw, super geschreven! Alleen een beetje veel O man xd
1 decennium geledenAch ja, mensen vinden mij ook raar als ik een stopwoordje heb (Awesome).