``182``

De dag erna ging het ’s ochtend bijna hetzelfde. De jongens deden de jacht terwijl ik in de kamer bleef. Gelijk als de jongens weg zijn kijk ik even door de kamer. Het was een gewone kamer. Maar niet voor lang. Ik was van plan de jongens een kerst te geven die ze nog nooit hadden gehad. Snel haal ik de tas met spullen te voorschijn en begin slingers op te hangen. Ook had ik een kleine kerstboom gekocht. Ik hang de kleine kerstballen erin en glimlach even. Even kijk ik rond en probeer me te bedenken wat ik nog kan doen. Voor ik iets kan doen krijg ik een sms’je binnen. Ik pak mijn telefoon en zie dat het van Sam is. Verbaast open ik het bericht en kijk naar het bericht. Verbaast trek ik mijn wenkbrauw op. Wat moest dit nou weer voorstellen? Het zijn een paar losse woorden die niet met elkaar te maken hadden. Ik ga op de bank zitten en staar lang naar het sms’je. Dan valt mijn mond open. Ik pak pen en papier en begin het sms’je te veranderen. ‘kom naar de vrouw die Meadowsweet in de planten doet” even kijk ik er verbaast naar. Wat had dit nou weer te betekenen. Snel sta ik op en loop naar de tafel waar Sam de informatie had liggen. Mijn oog valt op een opengeslagen boek. ‘Evil Santa” staat er op een briefje ernaast. Even is er veel verwarring maar dan brand er een lichtje. ‘jongens’ mompel ik. Ze hadden het verkeerd. Meadowsweet werd gebruikt door heide goden om te offeren. Zo snel ik kan kleed ik me warmer aan en ren naar buiten. Al snel heb ik het adres van de vrouw waar Sam over had ge-sms’t. Ik bel aan en haal diep adem. Een vrouw doet open. Ze lijkt op een normale vrouw. Even weet ik niets te zeggen. Weten Sam en Dean zeker dat dit een heide god is? Er klinkt wat gebonk van achter en ik kijk lang haar. ‘kan ik je helpen lieverd?’ ze maakt zich wat breder. ‘ja, ik ben mijn twee broers kwijt. Iemand zei dat ze hier vanmiddag waren’ haar blik veranderd gelijk. ‘kom binnen lieverd, misschien kunnen mijn man en ik helpen’ even twijfel ik maar als Dean en Sam binnen zouden zijn zou ik ook naar binnen moeten. Ik stap naar binnen en ze doet de deur achter me dicht. ‘Edward! We hebben er nog 1 bij!’ voordat ik er erg in heb heeft de vrouw me al knock out geslagen.