Daddy!Perciver
“Ze slaapt nu toch al best wel lang.”
“Langer dan je zou verwachten, ja.”
“Denk je dat we haar wakker moeten maken?”
“Straks. We kunnen haar nog wel eventjes geven. Er is niets mis met uitslapen.”
“Dat klopt, maar te veel slaap is ook niet gezond. Ik denk dat ik haar toch maar wakker ga maken.” Percy kwam half overeind uit zijn stoel, maar werd tegengehouden door Olivers hand op de zijne en een betekenisvolle blik. Met een zucht zakte hij weer terug. “Sorry. Ik ben een stresskip, ik weet het. Dit is gewoon de allereerste keer dat ze blijft slapen en ik wil niet dat…”
Oliver sloeg Quidditch Weekly dicht en pakte Percy’s hand met allebei de zijne vast. “Ik weet het, Perce. Geloof me, ik weet het. Ik ben net zo nerveus als jij en wil net zo graag dat dit allemaal goed loopt.” Hij lachte, waardoor duidelijk te horen viel hoe gespannen hij inderdaad was. “Maar het is half tien op een zaterdag. Het is een goed teken als achtjarige kinderen zo lang slapen.”
Percy ontspande een beetje. “Je hebt gelijk. We zullen haar nog maar even laten liggen, dan.”
Precies op dat moment hoorden ze een geluid op de trap, en dit keer was het Oliver die als eerste opsprong. Percy keek hem verrast aan, dus hij glimlachte een beetje schaapachtig. “Ik zei toch dat ik wist wat je bedoelde? Zal ik gaan kijken, of wil jij-”
“Nee, ga maar,” antwoordde Percy glimlachend. Hij stond op om een derde ontbijtbord te pakken terwijl Oliver naar de gang liep. Net toen hij een schoon glas op tafel zette kwam Molly in haar pyjama de keuken binnen, met haar drakenknuffel onder haar arm.
“Goedemorgen,” groette Percy opgewekt.
“Hallo,” zei Molly, met een stem die verried dat ze pas net wakker was. Ze wreef met haar vrije hand door haar ogen en gaapte wijd.
“Hand voor je mond,” waarschuwde Percy haar. Oliver rolde met zijn ogen naar hem om die opmerking, maar hij haalde enkel zijn schouders op als antwoord.
Molly had van het stille gesprek niets gemerkt. Ze was op haar stoel geklommen en zat netjes te wachten, met haar draak tegen haar borst gedrukt. “Mag ik wat eten?”
Oliver greep onmiddellijk naar de mand met broodjes. “Ja, natuurlijk.” Na alles zorgvuldig overwogen te hebben, koos Molly een croissantje. Ze keek zoekend om zich heen, waarop Percy de boter naar haar toe schoof.
“Kijk uit dat het niet op je draak komt.”
“Ja Percy,” antwoordde ze braaf. Ze zette het knuffeldier op de hoek van de tafel, zodat hij het hele ontbijt kon overzien.
“Heeft hij een naam?” wilde Oliver weten.
Molly fronste en schudde haar hoofd. “Nee. Weten jullie een naam?”
“Is het een jongetje of een meisje?”
Molly keek van Percy naar haar knalroze knuffel alsof dat hem toch wel duidelijk zou moeten zijn. “Een jongen, natuurlijk. Kaylee heeft een meisjesdraak en die heeft een strikje.” Ze nam een hap van haar croissantje en opeens klaarde haar gezicht op. “Pwoe!”
“Eerst je mond leegeten,” merkte Percy op.
“Poeh!” herhaalde ze, toen ze geslikt had. “Van Winnie de Poeh. Dat was mijn lievelingsprogramma toen ik klein was.”
Percy en Oliver wisselden een verwarde blik uit. “Op televisie?” vroeg Oliver.
“Ja,” antwoordde ze enthousiast. “Hebben jullie al een tv? De vorige keer zeiden jullie dat jullie er een zouden krijgen, eentje die nog groter was dan die in het weeshuis.”
“Nog niet,” zei Oliver. Eigenlijk hadden ze hem wel al, maar zat hij nog steeds in de kartonnen doos waarin ze hem een paar dagen geleden uit de winkel hadden meegekregen. Percy noch Oliver had de tijd of de moed gehad om te proberen de vrij intimiderende muggle technologie te ontraadselen.
“Dat is niet erg,” verzekerde Molly hen. “Ik ben nu groter. Ik vind Winnie de Poeh nog wel leuk, maar ik kan het wel een keertje missen. Wat gaan we vandaag doen?”
“We dachten dat we vanochtend misschien hier thuis iets leuks zouden kunnen doen,” zei Percy, “en vanmiddag wilden we je graag voorstellen aan mijn ouders. Ze willen je heel graag leren kennen.”
Molly glimlachte vrolijk naar hen. “Oké.”
Oliver zette de doos met Mens erger je niet, het mugglespel dat ze een aantal jaar geleden van zijn schoonvader hadden gekregen, weer op zijn plaats in de kast. “Wat zullen we nu doen?”
Molly haalde haar schouders op. “Wat willen jullie doen?”
“We zouden een stukje kunnen lezen,” stelde Percy voor. “De vorige keer dat je hier was zijn we begonnen in De regenboog eenhoorn, toch?”
Molly knikte. “Ik wil wel lezen.”
“We zouden ook nog even naar buiten kunnen gaan voordat we naar de Burrow vertrekken,” zei Oliver. “Wat dachten jullie van frisbeeën?”
Percy wierp een blik uit het raam. “Lijkt dat je wel zo’n goed idee? De wolken zien er nogal dreigend uit.”
“We zitten al de hele ochtend binnen,” bracht Oliver er tegenin.
“Toch zou ik liever binnen zitten wanneer de regenbui losbarst.”
“Maar als je haar iets voorleest zitten we alweer stil. Een beetje beweging is goed.”
“Lezen is ook goed voor een kind. Ze zou er veel meer van leren dan van een spelletje. Bovendien heeft ze nu nog schone kleren aan, en als we door de modder gaan rennen moet ze zich straks weer omkleden.”
“Alsof je moeder zich druk zou moeten om een paar spetters-”
Percy hield zijn hand omhoog voordat Oliver zijn zin af kon maken. Oliver stopte, maar het zag eruit alsof hij het met tegenzin deed. “Wat wil jij doen?” vroeg Percy aan Molly.
Molly keek geschrokken van hem naar Oliver en weer terug. “Eh, ik- Eh.”
Percy voelde zich opeens enorm schuldig. “O, sorry Molly.”
Oliver vulde hem onmiddellijk aan. “Luister niet naar ons, soms zijn volwassenen een beetje stom.”
“Niet altijd,” wierp Percy haastig tegen, “maar soms.”
“Vaak.”
“Redelijk vaak.”
Oliver knikte. “Wat wil jij graag doen? Jij mag kiezen.”
Molly glimlachte voorzichtig. “Kunnen we nog een keer Mens erger je niet spelen?”
“Natuurlijk,” stemde Percy meteen in.
Oliver opende de kast weer. “Dat klinkt geweldig.”
Ze gingen op visite bij Percy’s ouders via het Floo Network, aangezien dat de gemakkelijkste manier van reizen was voor de behoorlijke afstand die ze af moesten leggen. Oliver stapte als eerste in de openhaard, met Molly aan de hand. Percy volgde hen en kwam terecht in de woonkamer van het huis waar hij was opgegroeid precies toen zijn moeder de keuken uit kwam met een brede glimlach op haar gezicht.
“Hallo.”
“Hallo mevrouw,” antwoordde Molly, terwijl de Olivers hand nog wat steviger vastgreep.
Mevrouw Weasley sloeg verrukt haar handen in elkaar en keek het kleine meisje aan. “Ach, wat ben jij een schatje. En hoe heet jij?”
“Molly.”
“Molly? Wat een mooie naam. Ik heet ook zo.”
“Echt waar?”
De oudere vrouw lachte en stak haar hand uit naar de kleine Molly. “Ja, echt waar. Ik heb net koekjes gebakken - wil je ze voor me proeven?”
Molly knikte gretig en nam de uitgestoken hand aan. Ze liet zich door mevrouw Weasley meetrekken naar de keuken, en hield op haar beurt Olivers hand stevig vast, zodat hij geen andere keuze had dan hen te volgen. Oliver grijnsde naar Percy, en greep in het voorbijgaan ook zijn hand. “Het geheime wapen van je moeder: koekjes.”
Percy glimlachte. “Waarom zijn wij daar niet meteen op gekomen?”
Een luid gepiep klonk door de keuken. Molly Weasley stond op. “O, ik geloof dat dat de volgende lading is.”
“Nog meer koekjes?” vroeg meneer Weasley ongelovig. “Ik hoop echt dat je niet verwacht dat ze die allemaal op krijgen.”
“Het zou anders geen kwaad kunnen als Percy er wat meer at,” vond mevrouw Weasley. “Oliver, geef je hem wel voldoende te eten? Hij is vel over been.”
Oliver schoot in de lach en verslikte zich bijna in een pindarotsje, maar Percy sloeg verontwaardigd zijn armen over elkaar. “Moeder, ik ben geen huisdier. Ik ben prima in staat voor mijn eigen eten te zorgen.”
Mevrouw Weasley zuchtte. “Goed dan. Maar ik weet zeker dat Molly nog wel wat lust, toch meid?”
Molly, die net haar mond vol had, knikte met grote ogen. “Ja! Het is heel lekker, mevrouw.”
“Je mag me wel Molly noemen, schat,” zei mevrouw Weasley glimlachend.
“Oké,” stemde Molly in. Ze pakte haar glas vast. “Mag ik nog wat drinken?”
Percy greep onmiddellijk naar de kan met pompoensap, maar merkte dat die leeg was. Oliver sprong op. “Het staat in de schuur, toch?”
Mevrouw Weasley keek om van waar ze bij het aanrecht stond. “Ja, maar het is daar een beetje een rommeltje. Laat Arthur maar gaan.”
Oliver keek onzeker naar meneer Weasley, maar die knikte naar hem, dus ging hij weer zitten.
“Charlie komt er ook niet aan,” merkte mevrouw Weasley op, met een blik door het raam. “Molly, liefje, waarom ga je niet met Arthur mee om hem te begroeten?”
Molly sprong vrolijk van haar stoel en greep nog drie koekjes van tafel. “Ik ga hem er een paar brengen.”
“Dat is lief van je,” zei meneer Weasley, terwijl hij de deur voor haar open hield. Molly huppelde voor hem uit naar buiten.
Oliver keek ze fronsend na. “Denk je niet dat ze een jas aan zou moeten?”
Mevrouw Weasley schudde haar hoofd. “Ze zijn maar eventjes buiten en zo koud is het helemaal niet.”
“In ieder geval regent het niet,” zei Percy. “Je had gelijk wat dat betreft.”
“Maar jij had gelijk over de temperatuur. Het is toch best fris.”
Mevrouw Weasley zette een tweede grote schaal met versgebakken koekjes op tafel en kwam toen bij de twee mannen aan tafel zitten. “Ach, jongens. Jullie moeten echt een beetje ontspannen. Ik weet dat het allemaal enorm spannend is, maar jullie zijn geweldige vaders zo lang jullie haar niet helemaal gek maken met jullie bezorgdheid.”
“Dankje, moeder,” zei Percy. “Maar ik denk dat we haar misschien toch maar even haar jas moeten brengen.”
“Je had hem op de bank gelegd, toch?” vroeg Oliver.
Mevrouw Weasley schudde lachend haar hoofd en nam een van haar eigen koekjes.
Vlak buiten de deur kwamen Percy en Oliver meneer Weasley tegen. Hij was in zijn eentje, wat hem meteen twee fronsende blikken opleverde. Hij vertelde hen dat Charlie Molly had meegenomen naar de groentetuin om haar de tuinkabouters te laten zien, maar toen Percy en Oliver daar aankwamen was er niemand te bekennen.
Oliver zuchtte en vouwde Molly’s jas netjes over zijn arm. “Misschien moeten we het advies van je moeder eens gaan opvolgen. Misschien zijn we inderdaad een beetje te bezig.”
“Ik weet het niet,” zei Percy, aarzelend. “Het kan wel waar zijn wat ze zegt, maar het voelt raar om advies van mijn moeder aan te nemen over hoe wij ons kind moeten opvoeden.”
Oliver glimlachte. “Kom op Perce, ze heeft jou grootgebracht, en kijk naar hoe jij bent opgegroeid.”
Percy keek letterlijk langs zichzelf omlaag, en toen naar Oliver. “Wel oké?” Het was meer een vraag dan een antwoord.
“Geweldig zelfs, als je het mij vraagt.”
Percy snoof. “Jij bent bevooroordeeld. Bovendien, als dit is waar we ons vanaf nu op baseren wanneer we op zoek gaan naar advies, zou ik graag jouw moeder een keer om haar mening vragen. Als ik geweldig ben, ben jij op zijn minst perfect.”
Oliver grijnsde. “Ik houd ervan als je die minispeeches afsteekt.”
Percy drukte een kus op Olivers neus. “Ik weet het.”
“Denk je dat het ons gaat lukken?” vroeg Oliver, serieuzer. Hij hoefde niet uit te leggen wat hij bedoelde.
“Denk jij dat het zal lukken?” wierp Percy terug.
“Ja.”
“Dan ik ook.”
“Hé, daar zijn ze!” riep opeens iemand. Percy en Oliver keken om en zagen Charlie aan komen lopen, met Molly op zijn schouders.
“Ja Molly, we hebben ze gevonden,” stemde Charlie in. “Mannen, jullie staan toch hopelijk niet te flirten achter mama’s schuurtje? En dat nog wel terwijl iedereens aanstaande favoriete nichtje en iedereens huidige favoriete oom naar jullie op zoek zijn.”
“Eigenlijk waren wij ook net naar jullie op zoek,” zei Percy.
“Ik heb koekjes voor jullie!” verkondigde Molly.
“Weet je wel zeker dat je die aan hen wilt geven, Mol? Straks worden ze nog dik.” Charlie grinnikte, maar het lachen verging hem snel toen Molly aan zijn haar trok.
“Mijn papa’s zijn niet dik, Charlie. Foei.”
“Ja Charlie,” echode Percy.
“Foei,” vulde Oliver hem grijnzend aan.
Reageer (6)
Molly is zooooooooooo cute!! Hier moet beslist een vervolg op^^
1 decennium geledenEn dat einde maakte het helemaal afIt's so fluffy! *maakt een vaag geluidje* Ik krijg de gigantische neiging om die Molly te knuffelen, evenals Charlie trouwens x'D
1 decennium geledenAwh!
1 decennium geleden
1 decennium geledenBij dat laatste stukje had ik echt iets van "aaaaaaaaaaaawwwwwwwwwwwwwwwwh"
Ha, arme Charlie. Iedereen is tegen hem. :'D
1 decennium geledenIk vind hem echt heel schattig, van de overbezorgdheid tot het feit dat Molly's roze eenhoorn overduidelijk een jongen is en Poeh heet. (bloos)