Quatre.
I know, het is 2 uur 's nachts, maar ik lag daar in bed muziek te luisteren en plots had ik een bom vol inspiratie! c:
Komt goed uit, niet? Ik kon vandaag, uhm gisteren niet schrijven want ik was pas om 12 uur wakker en we moesten om 2 uur op een feest zijn, en we waren pas om half 12 thuis... c:
Btw, how is everyone? What are your christmaspresents?
Ik voel hoe ik langzaam wakker word. Ik zweef ergens tussen slaap en bewustzijn en heb barstende hoofdpijn, ik voel hoe er veel druk op mijn hoofd staat, net als ik een verstopte neus zou hebben, maar dan heel erg zwaar en inwendig. Langzaam breng ik mijn hand naar mijn hoofd om hem daarna mijn hand ongecontroleerd op mijn voorhoofd te laten vallen. Aw. Waarom weegt mijn arm zo zwaar? Ik probeer de rest van mijn lichaam te bewegen dat nog moeilijker gaat. Als het me eenmaal is gelukt om mijn armen en benen een paar centimeters te bewegen laat ik mijn hele lichaam rusten. Ik begin zwaarder te ademen en ben uitgeput. Wat is er in hemelsnaam met mij aan de hand? Waarom ben ik zo snel moe? Ik besluit mijn ogen te openen en breng de spieren in mijn oogleden, zeker niet moeiteloos- in actie.
Wit. Wit is het enige dat ik zie. Het felle licht prikt, doet zelfs pijn- op mijn netvlies en snel sluit ik mijn ogen weer. Dat kost me geen moeite, gewoon omdat ik mijn spieren weer moet ontspannen.
En dan hoor ik het: het regelmatig gepiep.
Langzaam komen mijn hersenen in actie.
Het felle witte licht, het regelmatig gepiep.
Ben ik... Nee! Of misschien toch. Ben ik in een ziekenhuis?
Tijdens de tweestrijd in mijn hoofd komen de herinneringen weer in me op.
De fietsttocht, de menigte, de jongen, de klap, de val.
En verder gaat het verhaal niet meer dat zich afspeelt in mijn hoofd.
Zou ik dan echt in het ziekenhuis liggen?
Ik open mijn ogen weer en dwing mezelf om ze open te houden tot ik wazige gloeden zich beginnen te ontwikkelen tot scherpe vormen.
Ik zie dat ik in een bed lig, er staat een piepende machine naast me en er hangen draadjes aan mijn armen. Aan het einde van mijn bed zit een schim, langzaam begint hij scherper te worden. Een jongen. Dé jongen. Er verschijnt een andere schim in de kamer. Het fluistert iets en neemt de jongen mee naar buiten. Ik wil schreeuwen, hem dwingen te blijven, hem om zijn naam te vragen, maar ik heb de kracht er niet voor en blijf gewoon liggen en laat mijn ogen weer dichtzakken.
Reageer (3)
Mooi verhaal!!
1 decennium geledenSnelverderx.
1 decennium geledenSnel, maar dan echt snél verder, please?
1 decennium geleden