Hoofdstuk 62
Je zou denken Ways zit nu heerlijk in kerstoutfit met familie te tafelen en cadeautjes te doen,
Maar nee Ways zit achter de computer in een trui en een spijkerbroek te quizeletten
Ik kan nog tot 4 uur genieten (oké misschien ietskorter) Dat ik niet in een jurk hoef te zitten en me netjes hoef te gedragen
Oké netjes is het nooit, maar ik hou eigenlijk helemaal niet van jurken
Toch slim dat ik een kerstjurk gekocht heb
Nou jaa fijne kerst everybody en helaas geen kersthoofdstukje, want die is al geweest
Moet je hem anders maar terug lezen
Wat een kerstgedachtes toch weer
Hope you like it and I hope that you have a very nice Christmas!!
Die volgende ochtend werd ik vroeg wakker. Ik kon niet anders dan toegeven, dan dat ik het helemaal niet vertrouwde. Ik vertrouwde Fred wel, maar niet vandaag. Zuchtend stond ik op en pakte wat kleding om me daarna naar de douches te begeven. Zuchtend laat ik de straal met huis verwarmen. Ik vertrouwde het echt voor geen cent, maar ik zal me er toch over heen moeten zetten. Ik vierde het altijd met mijn vader en meer niet. Ik zette de douche uit en kleedde me zo langzaam mogelijk aan. Hoe meer tijd ik kon rekken, hoe beter. Uiteindelijk uitkwam ik er toch niet aan. Ik gooide wat boeken om te lezen in mijn tas. Propte mijn jas daarbij en een paraplu. In Schotland wist je het nooit. Ik schoof mijn favoriete armbandjes om mijn pols en pakte mijn zonnebril. Ik duwde mijn hoed op mijn hoofd en prutste aan mijn nagels, terwijl ik heen en weer ijsbeerde. Hermelien was waarschijnlijk al naar het ontbijt, misschien kon ik dat zelf ook maar beter doen. Net toen ik de deur achter me dicht wilde doen, bedacht ik me nog. Ik draaide me om, deed mijn nachtkastje open en haalde daar mijn horloge uit, die ik om mijn pols wikkelde. Ik haalde diep adem en liep naar de grote zaal. Ik plofte naast Hermelien, de inderdaad al aan het ontbijten was. ‘Linn ondersteun me vandaag alsjeblieft,’ smeekte ik en ik reikte naar een croissantje. Hermelien gaf hem aan me en zei; ‘Natuurlijk het is voor nu toch mooi weer. Kunnen wel even naar het meer gaan als je wilt?’ Ik zuchtte opgelucht, zo werd de dag toch nog een beetje normaal. ‘Graag.’ Ik roffelde ongeduldig op het tafelblad, toen Hermelien nog steeds niet klaar was met eten. Ikzelf kreeg amper een hap door mijn keel. Hermelien zuchtte diep. ‘Ik kom al, ik kom al.’ We stonden op en gingen naar buiten. De zon scheen fel en ik schoof mijn zonnebril op mijn neus. ‘Ik kan je ook leren vliegen,’ zeg ik opgewekt tegen Hermelien. Ze trok een moeilijk gezicht. ‘Je bezem ligt toch in de leerlingenkamer?’ Ze keek hoopvol. Ik schudde mijn hoofd. ‘Harry en Ron gingen laatst vliegen en hebben mijn bezem geleend. Hij ligt in de kast van ons team. Normaal houdt ik hem bij, maar ik heb tegen Harry gezegd dat hij hem daar neer moest leggen.’ ‘Goed dan,’ zei ze met tegen zin. ‘Omdat het je verjaardag is.’ Opgewenkt sprong ik op en neer en sleurde Hermelien mee naar het zwerkbalveld. Ik haalde mijn bezem uit de kast en pakte er ook een van school. Die mochten we vast wel gebruiken. Ik ga de bezem van school aan Hermelien. Ik trok haar mee naar het veld en ging op mijn bezem zitten. Ik steeg een klein stukje op en cirkelde om Hermelien heen. ‘Lientje kom nou. Ik doe het nog een keer voor. Volg mij maar gewoon.’ Ik stapte weet af. ‘Oké eerst stap je op.’ Ik stapte op en keek naar Hermelien, die het zelfde deed. ‘En dan zet je, je af.’ Ik zette me af en keek over mijn schouder naar Hermelien. Ze deed het zelfde en vloog achter me aan. ‘Naar links,’ riep ik haar toe en vloog zelf naar links toe. Ze volgde me. ‘Volg mij maar!’ Riep ik lachend en ik begon allemaal rare bochten te maken. Ze volgde me, maar verloor daarna haar evenwicht. Ik spurtte naar haar toe en kon nog net voorkomen dat ze naar beneden viel. Ik glimlachte even naar haar en landde daarna. Met wat moeite stond Hermelien ook weer naast me. ‘Nou dat was helemaal niet slecht!’ Hermelien glimlachte even. We borgen de bezems weer op en gingen terug naar het kasteel op te lunchen. Fred en George waren er niet en ook Harry en Ron waren nergens te bekennen. Het maakte me onrustig. Ik wiebelde nerveus heen en weer, terwijl ik een vervelend deuntje trommelde met mijn vingers. ‘Jeetje Luce wind je niet zo op,’ zei Hermelien die haar hand op de mijne legde, op me te laten stoppen met tikken. ‘Sorry,’ mompelde ik. Ik stond op en besloot, maar weer naar buiten te gaan. Ik werd ontzettend onrustig. Het zonnetje van daarnet was nu ver te zoeken, het regende en waaide stevig. Ik haalde mijn jas uit mijn tas, die ik aan trok en klapte mijn paraplu open. Paraplu’s waren altijd handig, was ik van mening. Ik moest me flink tegen de wind verzetten, maar het zette mijn gedachtegang even op stil. Een warme hand op mijn schouder liet me stil staan en ik twijfelde geen seconde, over wie het was. Dit kon maar één persoon zijn, gewoon omdat hij het altijd deed. ‘Hoi Pap,’ zei ik zonder me naar hem om te draaien. Ik draaide me om en zag hem glimlachen. Ik hees mijn paraplu wat hoger, zodat hij er ook onder zou passen. Zonder resultaat, hij moest toch bukken. Ik glimlachte op dat gezicht, misschien was jarig zijn wel helemaal niet zo erg. Moest je accepteren dat mensen om je geven en dat ze iets speciaals voor je willen doen. Misschien was het wel iets moois, dat mensen zoveel om je gaven dat ze moeite voor je deden. Geld aan je uitgaven en kwamen opdagen, voor jou. En zo had ik mijn besluit genomen. Verjaardagen waren mooi, die van anderen, maar die van jezelf ook.
Reageer (2)
Leuk! Snel verder!
1 decennium geledenja een verjaardag is eenmaal een speciale dag in het jaar
1 decennium geledenblij dat luce dat nu beseft