De politie

'Jess.' riep mijn mama bezorgd.
'Alles is goed.' zei ik.
'Wat is er met je arm?' vroeg ze.
'Zwaar gekneust maar het doet geen pijn meer.' zei ik.
'Wat is er toch gebeurd?' vroeg ze terwijl ze naast me kwam zitten.
'Het was Simon.' zei ik.
'Simon?' vroeg ze geschrokken.
'Ja, maar ik vertel je alles later wel.' zei ik.
'Maar je kan hier toch niet rusten, kom een paar dagen mee naar huis.' zei ze.
'Nee, ik kan hier perfect rusten.' zei ik.
'Ok dan, maar we kunnen niet lang blijven we moeten nog naar de familie die waren dood ongerust. Wil je echt niet mee?' vroeg ze.
'Nee mama, ik blijf hier.' zei ik.
'Ok dan zien we je snel.' zei ze.
'Dada.' zei ik.
'Bye.' zei ze.
'Ow hey Harry.' hoorde ik mijn moeder nog zeggen.
Harry zette de boodschappen in de keuken en ging daarna in de zetel zitten wat tv kijken.
'Wat ga je maken?' vroeg ik.
'Macaroni, Noa en Lux zijn rustig aan het spelen. Gaan rust maar een beetje.' zei Lou en gaf me een kus.
'En hoe is het?' vroeg Harry.
'Gaat wel, beetje moe.' zei ik.
'Kom.' zei Harry en klopte op de zetel. Ik ging met mijn hoofd op Harry's schoot liggen. Hij wreef door mijn haar waardoor ik niet veel later in slaap viel.
'Jess?Jess?' hoorde ik Harry zeggen.
'Huh?' vroeg ik nog slaperig.
'De politie zit in de keuken.' zei hij.
'Pff moet dat?' vroeg ik.
'Dan ben je er van af, kom ik ga even mee.' zei hij en hielp me recht en we liepen samen naar de keuken.
'Goedemiddag mevrouw, wij zijn inspecteur De Smet en Beerwoudt.' zei de agent.
'Goedemiddag, Jessica.' zei ik en gaf ze een hand.
'Ik kijk wel naar Noa en Lux.' zei Harry en verliet de keuken.
'Gaat hel al wat beter met u?' vroeg inspecteur De Smet.
'Ja, het gaat al beter.' zei ik.
'Kunt u tot in detail vertellen wat er gebeurdt is?' vroeg hij.
Ik twijfelde even maar knikte toch van ja. Louis kwam naast me zitten en nam mijn hand vast.
'Ik was dus naar de winkel hier om de hoek. Op de parking kwam ik Simon tegen.' zei ik.
'En hoe ken je hem?' vroeg De Smet.
'Hij is mijn ex.' zei ik.
'En hoe was hij in jullie relatie en hoe komt het dat het verkeerd is gelopen tussen jullie?' vroeg hij.
'Het was heel goed tussen ons, hij was heel lief en ik voelde me goed bij hem. Ik heb het uitgemaakt toen ik terug kwam van mijn nicht uit Londen de dag dat ik de jongens ontmoet had.' zei ik.
'En waarom deed je dat?' vroeg De Smet.
'Ik was verliefd op Louis maar we waren toen nog niet samen en dat heb ik ook aan Simon gezegt maar dat begreep hij niet.' zei ik.
'Oké, vertel maar voort.' zei hij.
'Toen ik wou weg gaan reed er plots een witte auto naast me en Simon trok me erin. Ik riep nog om hulp maar niemand hoorde me. Hij bracht me naar een afgelegen huis en ik werd in een kamer gezet zonder ramen. Ik kreeg heel weinig te eten en hij deed de deur altijd op slot. De laatste dag scheurde hij mijn foto's waardoor ik heel boos werd en hem begon te slaan. Hij verdedigde zich zelf en nam me stevig vast en duwde me tegen de muur. Hij probeerde me te kussen maar ik hield hem tegen.' zei ik en werd onderbroken toen Harry binnenkwam met Noa die weende en Lux liep er achter.
'Owja het is tijd voor haar melkje.' zei ik.
'Ik maak het wel.' zei Louis.
'Zijn dat jouw kindjes?' vroeg De Smet.
'Noa wel, Lux niet ze logeert bij ons het is het kindje van Louis' styliste.' zei ik.
'Ik ga in de zetel zitten.' zei Louis en gaf een kusje op mijn voorhoofd.
'Ja doe maar verder.' zei de agent.
'Toen werd Simon geroepen waardoor hij snel wegliep en de deur vergat op slot te doen. Ik ging een mes uit de keuken halen en ben toen richting het park gelopen waar Harry en Niall zaten.' zei ik.
'Ok, we weten genoeg en gaan Simon proberen vinden.' zei de agent.
'Bedankt.' zei ik.
'U ook.' zei meneer De Smet en ze vertrokken.
Daarna ging ik bij de anderen in de zetel zitten.