Hoofstuk één. || YWBL
# MEER INFO OP DIE BEGINPAGINA VAN HET VERHAAL OFZO. xd
xx - Feliesja || Feliesja
Ik laat me op een stoel vallen in een stinkende trein. Ik zing de zinnen van een liedje mee in mijn hoofd. Ik verdiep me altijd in de tekst, het is een geweldig gevoel om je helemaal in je eigen wereld te leven. Ik leun tegen het raam en kijk naar buiten. Verschillende landschappen flitsen voorbij, ik sluit mijn ogen even maar schrik van de intercom die aangeeft dat de volgende stop in Los Angeles is. Ik sta op, gooi mijn tas over m'n schouder en loop naar de deur. Zodra de trein stopt, stap ik uit. Ik wurm me door de menigte die voor de trein wachten. Ik sta even stil en kijk om me heen. Ik zie het logo van starbucks en loop daar heen. Ik doe een oortje uit en bestel een Frappuccino. Na een paar minuten sta ik weer buiten en loop een beetje rond. Eigenlijk moest ik van mijn moeder mijn vader opzoeken, maar daar had ik helemaal geen zin in. Ze sprak me 'goede moed' in, zoals ZIJ dat noemt. Ik noem het liever 'tijdverspilling'. Mijn vader is zo'n moderne hippie, hij woont in één van de duurste buurten in LA, maar heeft geen televisie, computer, internet of überhaupt iets wat met elektriciteit te maken heeft, alleen een radio uit de jaren '60. Ik snap waarom mijn broer, die eigenlijk bij mijn vader zou wonen, heeft gezegd dat ie op zichzelf wilde wonen.. op z'n zeventiende.. Ik loop naar de afgesproken plek, zodat hij me kan oppikken. Ik ga op het bankje zitten, drink wat van m'n koffie en zet een willekeurig liedje op.
Ik zit op het balkon, ga op een stoel zitten en maak een foto van het uitzicht. Ik ben er pas een uurtje en ik verveel me nu al. Ik hoop steeds dat elke keer als ik hier kom, mijn vader eindelijk inziet wat hij mist en niet zo ouderwets doet. Ik hoor zijn stem mijn naam roepen en zucht. Sloffend loop ik naar beneden en vraag wat er is. 'Kom, we gaan een spelletje doen..' zegt hij en heeft al een spel op tafel gezet. Het lijkt een beetje op een tekenspel. Ik zucht nogmaals. 'Heb je geen betere spellen? Deze hebben we al zovaak gespeeld.' Ik kijk hem verveeld aan en ga op de tafel zitten. Hij pakt zonder te twijfelen Monopoly uit de kast. Ik zucht nogmaals. Hij zet het spel op tafel en kiezen allebei een poppetje. Ik heb het hoedje. Zo beginnen we het spel, het lijkt wel eeuwen te duren, al is de werkelijkheid maar anderhalf/twee uur. Rond een uur of tien s' avonds ga ik naar boven. Ik doe mijn pyjama aan, mijn haar in een knot. Ik doe mijn telefoon aan de lader en ga in bed liggen. Ik sluit mijn ogen en bedenk wat ik kan doen morgen om de tijd te vullen. Ik kom niet verder dan 'de straat opgaan', mijn ogen worden moe en ik val in een diepe slaap.
Er zijn nog geen reacties.