Hoofdstuk 1

Harry Styles was een gewone jongen. Hij was 20 jaar, zijn geboortedorpje was Holmes Chapel, England. Hij had bruin, krullend haar en grote, groene ogen. Hij woonde met zijn zus, Gemma, moeder, Anne en zijn stiefvader.
Hij was niet bepaald populair op school, maar werd niet vies bekeken door de meisjes. Hij zat in een bandje met een paar vrienden: White Eskimo.

‘’Harry! We have to leave now!’’ riep Anne, demoeder van Harry.
‘'Yes mom, I'm comming!’’ antwoorde Harry.
Het was 3 juli, en ze hadden een familietrip geboekt naar België. Het was 4 uur ‘s ochtens en Harry vond dit veel te vroeg om met zijn koffers de auto in te stappen. Hij moest immers om 3 uur opstaan om te douchen, ontbijten en de laatste spullen in zijn koffer te steken.
Toen ze goed en wel in de auto zaten, startte Robin, Harry’s stiefvader de auto, en weg waren ze.
Ze kwamen aan in de luchthaven en deden alle praktische dingen. Na een uur of twee wachtten ze aan de gate van hun vliegtuig. Gate 22.
Toen kwam er een melding dat ze in het vliegtuig mochten stappen, ze zochten hun plaatsen en zetten zich. Harry zat naast Gemma en Anne zat naast Robin.
Toen ze opsteeggen voelde Harry kriebels in zijn buik, en nadat ze een kwartier in de lucht waren, besloot hij om zijn slaap van deze morgen in te halen.

Enkele uren later waren ze op hun hotelkamer. Er staat 1 tweepersoonsbed en 2 eenpersoonsbedden, perfect. Harry installeerde zich al snel en ging na of ze internet hadden. Hij werd aangenaam verrast toen hij zag dat hij wifi had, en snel checkte hij Facebook en Twitter. Hij kreeg enkele meldingen met de boodschap: veel plezier op vakantie! & andere versies hiervan.