O11
Ik kijk hem aan. ''Het gaat wel, dankje.'' Hij leek er niet bij te zijn, ik wou weten waar hij aan dacht, maar ik had even geen zin om me op zijn gedachtens te concentreren. Niet dat ik het kon lezen, maar oke. ''Rose..'' zeg ik langzaam. Seth was een best leuke naam. Ik zat er nog over in gedachtens tot ik opeens nog meer geuren ruikte. Het was vies, maar dan nog erger. Dan komt er paniek in mijn hoofd. Meer weerwolven. Èèn weerwolf kan ik al niet aan, dan zeker geen 4 of 5 of nog meer. Ik sprong op. ''Het was gewoon een vies trucje van je he?'' Ik keek even om me heen ''Had me dan gewoon lekker laten liggen in de zon. In plaats van je vriendjes erbij te halen!'' ik schreeuwde. Op menselijke snelheid klom ik een andere boom in, ik had nog niet de kracht om op vampier snelheid te kunnen klimmen. Ik klom van tak tot tak tot ik een tak misgreep en bijna naar beneden viel. Ik trok me nog snel op. Ik ging op een goede tak zitten en keek naar beneden, nog niemand te zien. In de verte begon er al een groep te verzamelen. Ik was bang. Heel bang. Ze hadden me zowiezo al geroken, maar ik hoop niet dat Seth me verraad. Wat waarschijnlijk wel zo zou zijn. Ik begon wat zwaarder te ademen en merkte dat de wind ook nog richting hun stond, dus nu ruiken ze me zowiezo. Ik kon hun nu niet zo sterk ruiken. Dus ik kon ook niet ruiken of ze dichterbij kwamen, of dichterbij kwamen, door de bladeren. Na een tijdje zo gezeten te hebben wou ik verschuiven. Maar omdat mijn voet weggleed viel er een klein takje naar beneden, ik hoopte vurig dat ze het niet gehoord hadden. Het begon nu al te schemeren, niet dat dat een teken is voor hun om weg te gaan. Ik keek even omhoog wat het weer was, of het zou regenen, omweren. Maar daardoor lette ik niet goed op wat er beneden gebeurde.
Er zijn nog geen reacties.