8. Familiegeheim
De dagen vlogen voorbij. Alles ging geweldig. Ons groepje was geweldig, de lessen gingen goed en Samuel was ook vrolijk. Maar toen...
We zaten in de leerlingenkamer, huiswerk te maken voor Geschiedenis van de Toverkunst. Ik vond het moeilijk, maar begreep het goed genoeg om voldoendes te halen. Het portret vloog opzij, maar veel aandacht spendeerden we er niet aan. We hoorden gekuch. Ik keek even op. Oké, wat deed professor Anderling in de leerlingenkamer? 'Annabel Rodi?', zei ze kalm, haar blik op mij gericht. Ik keek even om me heen en stond toen op. Dylan keek me verbaasd aan. Ik haalde mijn schouders op en liep achter haar aan de leerlingenkamer uit. 'Zit ik in de problemen?', vroeg ik me hardop af toen we al vijf minuten gang na gang in stilte uitliepen. Ze schudde bijna onzichtbaar haar hoofd. Ze stopte voor een waterspuwer. 'Zak met zuurtjes', zei ze en ineens kwam de waterspuwer tot leven. Hij draaide omhoog en onthulde een wenteltrap. Professor Anderling keerde zich tot mij. 'Boven is het kantoor van professor Perkamentus', zei ze rustig. 'Hij wil je spreken.' Toen draaide ze zich om en liep weg, de gang uit. Ik keek haar na tot een bocht inging en de gang, op mij na, helemaal leeg was. De waterspuwer stopte met bewegen en vlug liep ik de wenteltrap op naar boven.
Het kantoor van professor Perkamentus was niks verandert. Nog steeds stonden de kleine tafeltjes op dezelfde plekken, met daarop dezelfde instrumenten. Ik keek het kantoor rond. Ik zag in de hoek, naast de openhaard, een Feniks staan. Vorig jaar heeft Hagrid ons wat vertelt over Feniksen, toen we hem tegenkwamen in de hal. 'Annabel?', hoorde ik een kalme stem zeggen. Ik draaide me om. Professor Perkamentus stond in de deuropening. 'Je vraagt je vast af waarom je hier bent', zei hij. Ik knikte. Hij zuchtte en liep rustig naar zijn bureau, om er daarna achter te gaan zitten. Hij gebaarde naar een stoel aan de andere kant van het bureau. Nerveus liep ik ernaartoe. Ik bleef even staan voordat ik ging zitten. Professor Perkamentus zette zijn vingertoppen tegen elkaar en bleef me even aankijken. Nerveus keek ik om me heen. Een paar minuten was het zo. Toen zuchtte professor Perkamentus opnieuw en legde zijn onderarmen op het bureau. 'Annabel', begon hij. Waarom deed hij zo langzaam? Hier werd ik écht nerveus van. 'Toen jij en Zoey klein waren kwamen jullie ouders samen met jullie hierheen voor het Toverschool Toernooi', begon hij. Waar ging dit heen? 'Er was een opdracht met een draak, de eerste opdracht. De deelnemer die de draak moest verslaan, lukte het, maar de draak sloopte de tribune, het gedeelte waar jij, je ouders en Zoey zaten. Zoey is door de tribune, de afgrond in gevallen. Ze is niet meer teruggevonden.' Geschokt keek ik naar mijn handen, die gevouwen op mijn schoot lagen. Is dit echt de manier waarop Zoey is overleden? 'Dus', ging professor Perkamentus verder. 'Ik vraag me af of je nog wel mee wil doen?' Ik keek op, maar niet naar professor Perkamentus, maar uit het raam, naar de boomtoppen van het verboden bos. Na even keek ik weer naar professor Perkamentus. 'Ja.'
Reageer (1)
Waarom ben je gestopt met schrijven op deze storie? Ik vind het zo leuk!
9 jaar geleden