Prologue
Ik staarde droog naar de man die met zijn handen in zijn broekzakken in de deuropening van het huis van mijn ouders en mij stond. Als ik het goed had, was dit Ozeki Kasue, een leraar bij mij op school. In iedergeval, hij leek op hem. Niets was zeker.
"Hirose Kouru?" klonk de stem van de man voor me, waardoor ik uit mijn gedachten werd gehaald en met een vragende blik opkeek. Dit was genoeg rede voor de man om tegen mij te praten.
"Ozeki Kasue." Hij stak zijn hand uit en ik, goed opgevoed als ik was, schudde de zijne.
"Ik neem aan dat je mij eerder hebt gezien op school, niet waar?" vervolgde hij.
Ik knikte bevestigend.
"En je vraagt je vast af wat ik hier doe, niet waar?"
Weer knikte ik.
Ozeki wees naar drie kleine, witte dozen net naast de deuropening. Ik fronste mijn wenkbrauwen lichtjes. Was hij helemaal naar mijn huis gekomen alleen om wat school spullen te brengen? Als dat zo was, had ik medelijden met hem. Ik was niet de enige op school. Er waren meer dan honderd leerlingen.
"Ik kom hier wonen. Hiernaast," legde hij uit na mijn stomverbaasde gezicht te hebben gezien.
Oh, dat verklaarde een boel.
"En ik heb van je leraren gehoord dat je in sommige vakken tekort schiet."
Verraders.
"Dus ik heb besloten je sensei te worden. Om je bijles te geven."
Verraders.
"Het is handig als je elke dag na school even langskomt om alles te bespreken en desnoods je huiswerk te maken."
Verraders.
"Vind je niet?" besloot hij zijn zin.
Nee, als ik eerlijk was vond ik het een stom idee, een sensei. Zoiets had ik niet nodig. Ik weet niet wat hij gehoord had, maar het was zeker niet de waarheid. Net toen ik mijn hoofd wilde schudden, voelde ik twee grote, warme handen op mijn schouders, die me zachtjes naar de zijkant duwden.
"Natuurlijk vind hij dat een goed idee, toch Kouru?" De lage, maar warme stem van degene die me opzij geduwd had, kwam zeker weten van mijn vader. Hij glimlachte breed naar de zwartharige man voor hem.
"Nou eigenlijk -" probeerde ik te protesteren, maar de waarschuwende blik van mijn deed me van gedachten veranderen.
Waarom moest die man zich nou overal mee bemoeien? Ik kon dat allemaal best alleen. De enige rede dat ik bij hem en mam kwam wonen, was omdat ik na het verlies van Yuuki bijna niks meer kon doen zonder in huilen uit de barsten omdat ik aan haar moest denken, en dat tot mijn achttiende zo bleef. Maar deze beslissingen kan ik best zelf maken. Ik weet zelf het beste of ik bijles nodig had en helaas voor mijn vader was dit niet het geval.
Na het korte gesprek in de deuropening, besloten pap en Ozeki-san om het gesprek te vervolgen op in wat meer comfortabele omgeving; de woonkamer. En natuurlijk werd ik er weer bij betrokken, niet dat ik iets hoefde te zeggen - wat tevens een enorme opluchting was - maar ik moest aanhoren hoe mijn vader en Ozeki-san afspraken hoe en wat er zou gebeuren met mijn bijles.
"Dus iedere dag na school komt hij bij je langs?" vroeg mijn vader, afwachtend op bevestiging.
Ozeki knikte, zijn gezicht serieus en verveeld.
Wat me op viel, was dat hij de hele tijd dezelfde uitdrukking op zijn gezicht had gehad. In de tijd dat ik hem had gezien, had ik geen glimlach - zelfs niet het schamperigste glimlachje - kunnen ontdekken. Pokerface-man?
"Oke." Mijn vader stond op. Zijn gezicht stond tevreden. "Dat is dan een deal." Hij knikte kort naar pokerface-man, waarna hij zijn blik terug op mij richtte met een brede glimlach rond zijn lippen gekruld. Hij wees met twee handen naar pokerface-man. "Kouru, mag ik je voorstellen aan je nieuwe sensei, Ozeki Kasue."
En dat was waar de hel - of hemel - begon.
Er zijn nog geen reacties.