The silence of Autumn
In een verlaten park van New York staat een verlaten bankje dat van onder tot boven verroest is. Het bankje staat bij een prachtig meer dat nu vervuild is door al het afval. Op de dag dat de herfst begint komt er een oude man en gaat op het bankje zitten, dat doet hij al jaren. De oude man is al zo oud dat zijn wandelstok het begeeft onder zijn gewicht van het leunen.
De man kijkt naar het meer en zegt met zijn oude kraak stem: 'Oh, ik hoopte zo dat dit meer ooit zo was als vroeger.' Hij staat op en loopt met af en toe rust weer het park uit.
De seizoenen vliegen voorbij en als de eerste herfst dag aanbreekt, gebeurt er een wonder. Een bijzondere jongen van zeventien heeft de man al drie jaar gezien bij het bankje en beseft dat hij hem kan helpen. Elk jaar op deze tijd zag hij hem verschijnen, de zin zeggen en weer verdwijnen.
Hij loopt met lichte voeten naar het bankje en veegt de afgevallen bladeren weg en gaat erop zitten. Hij kijkt naar het meer en beseft wat die man gevoeld moest hebben.
Hij haalde uit zijn zak een stuk papier en pen en schreef met duidelijke letters: Ik zou je helpen om het meer terug te krijgen.. Hij aarzelde of hij wel zijn naam eronder moest zetten, maar deed het toch maar niet.
Hij legt het papiertje op het bankje en gaat met een opgelucht gevoel terug naar huis.
De volgende ochtend ging de jongen gelijk na school naar het park en keek of het papiertje weg was, maar tot zijn grote spijt lag het papiertje er nog. De jongen pakte het papiertje en schreef met een pen eronder: Ik hoop dat u dit leest, want ik wil echt wat voor u betekenen.
Na het schrijven legde hij het papiertje weer terug en liep weer op weg naar huis.
Thuis dacht hij alleen maar aan dat bankje in die verlaten park van New York. Het was gewoon een bijzondere plek. Met een zucht ging hij aan het werk, maar in zijn achterhoofd nog steeds in gedachten.
De herfstdagen vlogen voorbij. Steeds vaker ging de jongen kijken of het papiertje er nog lag, maar zonder succes. Het park lag er nog steeds verlaten bij en de bomen die er stonden hadden nog hier en daar een blad.
Die avond nadat ze uit waren gegaan, liep de jongen over straat met zijn vriendin en vroeg of hij nog even mocht kijken bij het bankje. Hij had zijn vriendin alles verteld over de vreemde man die iedere eerste herfstdag op het bankje naar het meer zat te staren.
Zijn vriendin wilde niet mee dus liep de jongen stil naar het verlaten park. Het was koud buiten en hij wist dat als de winter eraan zou komen dat hij de man nooit meer zou kunnen zien. Dus liep hij rustig zonder zijn vriendin naar het park en was zo opgewonden om hem te zien.
En ja hoor, daar zat ie op het bankje starend naar het meer. Hij blijf voor het hek staan en twijfel toch of ik naar binnen ga, maar mijn nieuwsgierigheid ging toch met me spelen, dus loop hij naar de man toe. De man had niet in de gaten dat de jongen aan kwam lopen. Hij had iets wits in zijn handen en hij had al zoon vermoeden dat het de brief moest zijn. De jongen ging naast hem op het bankje zitten en ineens begon de man te spreken: 'Dit was ooit een prachtige plek. Alle bladeren hadden een gouden gloed en het meer lag er stil bij. Deze plek heeft ook iets bijzonders.' Hij wende zijn hoofd naar de jongen en keek hem recht in de ogen aan. De man waar hij naast zat had bruine ogen en kaal grijs haar. 'Iedere dag op de eerste herfstdag ga ik hier naartoe om iemand te herdenken.' De jongen keek hem niet begrijpend aan. 'Ja, mijn jongen. Hier is iemand verdronken van wie ik lief had. Oh, wat hield ze van de herfst,' vertelde de man verder. De jongen wilde zeggen dat het hem spijt, maar kreeg de kans niet. De man sprak verder: ' Deze plek was ooit het lievelingsplekje van Autumn, mijn vriendin.' De jongen ging wat gemakkelijker zitten en zei: 'Wat was er gebeurd?' De man zuchtte en keek naar het meer. 'Dat zou ik je vertellen.. Ehm..,' Hij hield ineens op. 'Angus,' zei de jongen om zijn zin af te maken. 'Angus, nou ik ben Han,' zei de man. Nou, wat ik wilde vertellen wat er is gebeurd.' Hij pakte zijn wandelstok en wees naar de boom die verwelkt boven het water hing. De bladeren waren er allang uitgevallen.
'Ik was twintig toen ik van huis naar dit park liep. Het was al twee dagen herfst en ik was altijd al dol op deze plek. Toen ik op een bankje, dit bankje dus een meisje zag zitten. Ze had een schetsboek in haar handen. Ze was een plaatje. Haar blonde haren wapperde als gouden lokken door de wind, haar fijne gezicht tekende een echte vrouwen gezicht af en haar ogen. Zo grijs als het bankje waar ze op zat. Ze droeg een jurkje met bloemen patroon. Ik wist dat dit wel mijn meisje kon zijn. Met een goed gevoel loop ik op haar af en zak door mijn knieën. Ik had mijn moeders ring altijd in mijn zak voor ik ooit mijn ware zou vinden. Ik zei met een sterke stem: 'Wil je met me trouwen.' Eerst wist ze niet wat haar overkwam. Ik zelf ook niet. Je vraagt tegenwoordig niet een meisje om haar hand als je haar naam niet eens wist, maar haar glimlach bracht een glimlach naar mijn gezicht. Eerst wees ze me af, maar vroeg wel of ik de volgende dag weer op deze plek zou zijn. Met vlinders in mijn buik liep ik het park uit en wachtte op de volgende dag.
De herfstdagen daarna spraken we iedere dag af op deze plek, tot de dag gekomen was.' Han hield even in en veegde met een zakdoek een traan uit zijn gezicht. Angus was stil en bleef afwachten tot hij nog iets zou zeggen. 'De dag kwam dat we afspraken in het park en het had net geregend. Ze had een wollen trui aan en een witte muts op. We zaten op dit bankje tot de zon onder ging en de duisternis tevoorschijn kwam.
Ik vroeg of ze bij me wilde eten. Ze was zo enthousiast om het te horen. Dat ze haastig opsprong en langs het meer rende. En toen....' De man had het moeilijk zag Angus. Hij wilde hem troosten, maar hij was zo bevroren door het verhaal.
'Wat gebeurde er toen?' Kon hij er uitbrengen. Het gezicht van de man was nat van de tranen. 'Ze gleed uit in de modder, viel en kwam met haar achterhoofd op de stenen. Het was een wonder dat ze weer opstond, wankelde en het meer in viel. Ik schrok van wat er gebeurde en sprong achter haar aan het meer in. Waar ik ook zocht in het meer, ik kon haar niet vinden.
Drijfnat kwam ik het meer uitgeklomen en rende het park uit en riep om hulp. 'Mensen help me er is een meisje verdronken in het meer,' riep ik. Mensen kwamen aangerend zelf een hulpdienst kwam toepas.
Dagen en dagen hadden ze lopen zoeken, maar zonder succes. Iedereen vergat deze plek behalve ik. Steeds op de eerste herfst dag ga ik naar deze plek om haar stem te kunnen horen, maar tot mijn spijt is het gewoon stil.' Hij zweeg. Angus bleef de man aankijken. 'Ik begon deze plek de Silence of Autumn te noemen, vanwege haar stilte en dat ze altijd genoot van de herfst,' zei de man nog snel. 'Wat... Een sneu verhaal,' zei Angus meelevend. 'Ja, maar even over je brief, je wilde deze plek weer maken zoals het vroeger was?' zei de man. Angus knikte. De man stond op en leunde op zijn wandelstok. 'Dan denk ik dat de tijd gekomen is.' De man snoof en ademde uit. 'Tot ziens, en ik hoop dat je er wat van kan maken,' zei de man en liep zonder ook maar gedag te zeggen het park uit. 'Wacht,' riep Angus, maar de man was als sneeuw voor de zon verdwenen.
Verslagen bleef hij achter en wachtte tot hij ooit weer eens zal komen. Angus liep met rustige passen terug naar het bankje en pakte zijn rugtas. Hij liep langs het meer keek nog eens achterom. Een wind stak op en de laatste herfst bladeren vlogen van de takken. Angus liep naar het hek. Voor hij in de richting van zijn huis liep draaide hij zich om, maakt een kruis en zegt met zachte woorden. 'Rust in vrede Autumn en moge Han met uw voortleven. Mag de gevallen bladeren van de bomen met uw meevoeren door de wind.' Het water rimpelde en de bladeren vlogen met de wind mee. Met een zucht draaide hij zich weer om en liep met een vredig gevoel en een glimlach van mondhoek tot mondhoek naar huis.
Reageer (3)
jeeeh, bedankt dat jullie hem mooi vinden.
1 decennium geledenNICE!! echt mooi en mee levend!
1 decennium geledenvet goed!!!!!!!!!!
1 decennium geleden