Foto bij 057 Tanin de Elementa

Verbouwereerd liet ik me op 1 van de stoelen vallen die Elvyne daar had neergezet. Wow! Aan de ene kant vond ik het raar dat ze nooit met iemand gepraat heeft, aan de andere kant begreep ik het ook wel. Maar dat wij haar aan die mensen dede denken! Wow! Ik wist dat ze ons niet mocht. Daar dacht ze veel aan, zelfs dat ze bang was voor Aïr, met zijn opmerkingen. Nu begreep ik het. Eindelijk. Maar waarschijnlijk zou Elvyne niet snel terugkeren. Als ik haar niet zou zoeken natuurlijk. Als antwoord op haar laatste opmerkingen en vragen, ja, ik snapte het. Ze mag ons niet omdat we op nare mensen lijken. Ze vertrouwt ons niet omdat ze ons niet kent en teveel op die mensen lijken. Ze haat de jongens het meest omdat die haar het pijnlijkst waren. Ze zondert zich af omdat ze geen herinneringen wil oproepen, en die woorden betekenen dat het wel zo is. Wow! Opeens voelde ik veel meer genegenheid voor Elvyne, wat zij allemaal had moeten doorstaan. Misschien was het niet goed, maar ik was blij dat ze me het wel had vertelt. Nu wist ik het tenminste en kon ik er rekening mee houden. Ik ging ook weer terug naar de werkelijkheid en lag op mijn bed. Ik vond het niet fijn dat ik haar aan het huilen had gemaakt, dacht ik verder. Haar beste en enige vriend dood, als bewijs waarop het pesten uit kon lopen. Ik huiverde. Komt Elvyne nog wel terug? Wat is er ooit gebeurd?... Ik hoor allemaal bezorgde gedachten van de anderen in mijn hoofd. Moest ik dan zeggen: 'Sorry jongens, ik irriteerde haar teveel om dingen uit haar los te krijgen en nu weet ik dat ze bang voor ons is en ze is nog niet van plan terug te komen'? Nee, dat sloeg nergens op. Ik liep naar de zitkamer waar de anderen ook waren. 'Tanin? Waar is ze?'
'Ze heeft tijd nodig. En nee, ik weet nog niet wanneer of óf ze terug komt.'
'Wat is er gebeurd?'
'We hebben gepraat. En het gaat je niets aan.' Zei ik kil tegen Aïr. 'Sinds wanneer neem jij het voor haar op?' vroeg hij verbaasd. 'Natuurlijk ben ik niet verliefd op haar! En ik doe dat sinds we hebben gepraat. Ze is báng voor ons! Vooral voor jou jochie!' Schreeuwde ik boos. 'Rustig aan Tanin.' Ik wierp hem een boze blik toe en liep naar de hoofddeur. Even lopen. Ik strekte mijn nek en begon door de grotten te lopen. Waarom moesten ze nou vechten? Waarom bij het raam? ik hoorde Elvyne wanhopig denken. Ze dacht aan Alin, ik hoorde zijn naam. Ik bleef stilstaan en dacht na. Zal ik naar haar toe gaan? Of bleef ik bij haar vandaan? Tanin, ik weet dat jij er bent. Mij boeit het niet of je komt of niet. Je hoort me toch wel. Ik liep naar haar toe, in de richting van haar gedachten. Daar zag ik haar liggen, op een hoopje en verkreukeld. Ze zag er gebroken uit. 'Vind je het niet erg?' Ik zei toch dat ik het niet erg vond! Ik ben niet boos op jou. Ik ging naast haar zitten. 'De anderen maken zich zorgen om je.' Ik ga nog niet terug. 'Dat hoeft ook niet. Maar als je wil opfrissen, er is hier vlak bij een klein beekje, waarin je jezelf kunt wassen. Je ziet er beroerd uit.' Hoe zou dat nou komen? Sorry dat ik er zo bij lig. 'Waarom dénk je dat nou? Jij kan er niets aan doen.' Ik kan sterker zijn. Ze zat er duidelijk mee. 'Niemand kan dat als ze jou leven hebben gehad.'

Reageer (2)

  • annoesginny

    snel veder gaan

    1 decennium geleden
  • Marly2801

    ahh, zo zielig! snel verder

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen