Hoofdstuk 3- Nicholas Samuel Archibald Collingwood
'Je weet toch wel dat me dat heel wat werk gaat kosten, hé.' mompelde ik nogal afwezig. De zon begon op te komen, we zouden ons mogen haasten. Ik herinnerde mezelf dat de koetsier een van de sieraden met ons kostbare kruid had -zonder dat hij ervan wist natuurlijk, hij was pakweg 100 jaar oud- en dat James er wel van wist, hij was al jaren mijn bediende, nog voor ik koning werd, dus hij had het kruid ook tot zijn beschikking.
'Is het je dat niet waard, we zijn een half millenium getrouwd en jij wil niet eens moeite doen voor een degelijk feest.' zei ze koppig. Ik glimlachte licht en ging naast haar zitten in de koets.
'Mij best, ik ga mijn best doen, maar ik beloof niets.' zei ik uiteindelijk. Ze glimlachte tevreden en kuste me.
'Ik wist wel dat het je wel wat kon schelen, Nicholas.' Ik glimlachte en klapte mijn hoektanden uit.
'Natuurlijk, light of my life.' zei ik, waarna ik mijn tanden in haar hals zetten. Ze giechelde lichtjes. Zij was de enige vampier bij wie ik dat zou doen, het was iets tussen ons; een soort teken van verbondenheid die sterker was dan gelijk welke menselijke binding zoals een huwelijk of zo.
Ik likte aan de wondjes zodat ze snel weer zouden sluiten, en trok haar kleed weer naar omhoog. De koets vertraagde en hield uiteindelijk stil voor het eeuwenoude kasteel.
James opende de deur van de koets, ik stapte uit en hield mijn hand uit om mijn vrouw uit te laten stappen. Ze glimlachte speels, ik rolde met mijn ogen, en nam haar in mijn armen. Ik droeg haar tot aan de deur, waar ik haar afzette, zoals ik gezegd had.
Ik gaf haar nog een kus op haar hand, waarna ik een stap achteruit zette. Nathaniël stond meteen naast me.
'Gaan we nog ergens anders heen, Sire?' vroeg hij eerbiedig, maar gretig. Ik glimlachte en schudde mijn hoofd.
'Ik ga even op bezoek bij de opperkoning, heer Micajah Thaddeus Benjamin.' zei ik waarna ik knikte naar Christopher en Fidelia.
'Serena, je bent verantwoordelijk voor mijn vrouw. Maak het haar een beetje naar haar zin,' zei ik. 'James, je zal weer eens een tijdje naar Fidelia moeten luisteren.' zei ik lachend. Hij knikte en boog waarna ik vertrok in hoge snelheid. Ik verzekerde me ervan dat ik zeker niet gevolgd werd.
Na een paar uur, merkte ik een vertrouwde geur op... bloed.. het prikte in mijn neus. Niet dat ik me niet kon inhouden, mijn bloedlust is makkelijk onder controle te houden, maar mijn nieuwsgierigheid is iets helemaal anders. Daarmee heb ik wat meer moeite om ze in te houden.
Ik liep behoorlijk dicht tegen een autoweg, niet erg ver van de stad toen ik het hoopje dat ooit menselijk was, zag liggen. Haar bruine krullen lagen als slangen op de grond. Ik boog bij haar neer; een bijtwonde was te zien aan haar schouder. Ik controleerde haar toestand. Het was onmenselijk om haar te bijten, haar sterk genoeg te maken om haar transformatie tot vampier te laten overleven maar haar toch voor dood achter te laten. Wie deed zoiets?
Ik tikte zachtjes tegen haar wang.
'Hoe heet je, meisje?' vroeg ik. Ze bewoog toen ze mijn stem hoorde, ze kroop geschrokken van me weg... voor zover ze zich kon bewegen.
'Rustig aan, ik weet wat je probleem is, ik zou je gewoon graag helpen.' zei ik zacht. Haar oogleden flikkerden.
'Elisabeth.. Elisabeth Bennett.' zei ze op een fluistertoon. Bennett..; de meest bekende heksenfamilie over de hele wereld. Ik zuchtte. Wel, dan zouden we mama heks een bezoekje moeten brengen.
Zoals ik eerder mijn vrouw in mijn armen gehouden had, nam ik het meisje op en volgde de geur vanwaar ze kwam; heksen leken lichtjes anders te ruiken, aanlokkelijker.. haar spoor leidde me tot een wat meer afgelegen huisje.
Reageer (3)
snel veder gaan
1 decennium geledenxx annoesginny
SNEL VERDER!!!
1 decennium geledenSnelverder! <333333333
1 decennium geleden