Hoofdstuk 2 - Nicholas Samuel Archibald Collingwood
'Your Highness, volgens de koetsier komen we over een goed uur aan.' hoorde James zeggen van op de bok. Mijn ogen gleden van het raampje naar het gezicht van mijn vrouw. Ze keek me nog steeds vragend aan.
'Zeg wat er is, Fidelia, voor ik nog meer geïrriteerd wordt door dat staren van je.' mompelde ik. Ze keek me al uren zo aan, ik kon haar waarschijnlijk ook nog uren negeren, maar daarom was ik niet getrouwd met haar.
'Is dat een bevel, Your majesty?' vroeg ze bits. Ah, ze kon zo'n leuke, aangename vrouw zijn... zolang je haar niet kwaad maakte. Daar had ik de afgelopen eeuwen al genoeg ervaring mee gehad. Ik zuchtte en keek naar buiten.
'Je kent de regels, Fidelia. Je mag niet mee naar Micajah.' zei ik uiteindelijk. Ik zag Nathaniel en Christopher passeren op hun paarden. Voor het moment zou ik er veel voor over hebben om met hen mee te rijden in plaats met mijn razende vrouw in een koets te zitten.
'Dan nog, er is geen reden om mij thuis te droppen.' zei ze kortaf, langs de andere kant passeerde Serena die met mijn vrouw mee reed.
'Ik drop je niet thuis af, ik begeleid je vriendelijk tot aan de poort zoals een gentlemen zou moeten doen voor hij zijn vrouw noodgedwongen verlaat.' zei ik met een klein glimlachje. Ze haalde haar wenkbrauwen op. Ik greep haar hand beet en drukte er een licht kusje op.
'Light of my life, alsjeblieft. Ik kan er niets aan veranderen dat jij niet mag weten waar Micajah woont, ik zal hem vragen dat hij de volgende keer bij ons op bezoek komt.' gaf ik toe. Ze trok haar hand weg. Ik hield er best van als ze zo koppig deed, ik hield van haar pittige kantje.
'Micajah Thaddeus Benjamin voelt zich veel meer op zijn gemak in dat kasteel van hem. Trouwens, dat noodgedwongen verlaten.. daar twijfel ik aan. Je gaat net iets te graag bij de opperkoning op bezoek en je blijft dan maanden lang weg.' mompelde ze zacht. Ik grijnsde en streek over haar wang.
'De band tussen een leerling en zijn leermeester is niet makkelijk te breken... ik heb veel aan hem te danken, hij heeft me praktisch heropgevoedt.' zei ik zacht. Fidelilia rolde geërgerd met haar ogen, natuurlijk vond ze dat ik overdreef. Nochtans meende ik het. Micajah was een wijs man, bijna een vaderfiguur voor me.
'Jij kende me toen nog niet, ik blijf het maar vergeten. We zijn nog maar een aantal eeuwen samen.' mompelde ik. Ze keek met een ruk op.
'Goed dat je daarover begint, ik wou het daar nog over willen hebben, maar met je "bezoeken" met de andere koningen is er weer niets van in huis gekomen.'
Dit waren de momenten waarop een man wou dat hij zijn mond gehouden had, nochtans had ik die momenten niet bijster veel.
'Je bent het waarschijnlijk al weer vergeten, maar volgend jaar, zitten we aan 500 jaar getrouwd.' zei ze glimlachend. Ik knikte.
'Hoe zou ik zoiets kunnen vergeten, duifje?' vroeg ik terwijl ik weer naar buiten staarde. Ze zuchtte even maar ging wel door.
'Dat jaar wil ik zeker dat het koninginnenbal bij ons is, maar die van dit jaar is al zeker bij ons dus ga je even moeite moeten doen dat we er 2 zo snel achter elkaar kunnen geven.' zei ze terwijl ze aan de ring om haar vinger. In haar ring was het kruid verwerkt dat ons de mogelijkheid gaf in de zon te lopen, ook al zat het ook in haar parfum en deed ze het in haar drank. Het was dom om alleen maar op sieraden te vertrouwen, maar goed, ze wou een ring, dat ding kon dan zeker een goeie functie hebben.
Reageer (5)
Ik heb maar 1 ding te zeggen:
1 decennium geledenSNEL VERDER!!!!
aboo
1 decennium geledenSnelverder! <333333333
1 decennium geledensnel veder gaan
1 decennium geledenxx annoesginny
SNEL VERDER!!
1 decennium geleden