The Perfect Dream #1

Lianne en Janna waren naar een concert van Tokio Hotel geweest, en zouden met Evelien op vakantie gaan naar Duitsland. Ze zijn aangekomen, en gaan naar het hotel. Bij de receptie krijgen ze de sleutel van kamer 484. Janna, Evelien en Lianne lopen samen de trap op. Als ze voor de kamerdeur staan, stoot Evelien Lianne aan. ‘Wie is dat? Dat is Bill toch niet?’ ‘Nee, dat kan niet!’ zegt Lianne ongelovig. ‘Maar misschien ook wel.’ zegt Janna, en kijkt naar de jongen. Dan zegt de jongen opeens: ‘Georg, kom! Help me eens!’ Evelien, Janna en Lianne staan met open mond te staren naar de
jongens. ‘Da... Dat, dat is Bill!’ zei Evelien. ‘In welke kamer zitten we eigelijk?’ vraagt Lianne aan Evelien. ‘In kamer 484, dat weet je toch wel.’ antwoord Evelien.
‘Coooool! Dat zitten we naast Bill!’ zegt Lianne hard. ‘Hoe weet jij dat nou weer?!’ zegt Janna. ‘En Tom dan?’ vraagt Lianne. ‘Bij Bill, denk ik dan.’ zegt Janna. Evelien zucht eens. Dan loopt Bill op Evelien af. ‘Doe voorzichtig, je weet maar nooit..’
fluistert Lianne tegen Evelien. Dan vraagt Bill: ‘Wie ben jij?’ ‘Ik ben Evelien’ antwoord Evelien. Bill gaat op zijn knieën zitten. ‘Asjeblieft, help me! Tom wil niet uit bed komen.’ ‘Oke, ik zal proberen te helpen.’ zegt Evelien. ‘Wil jij ook mee?’ vraagt Bill aan Janna. ‘Oke is goed!’ zegt Janna blij. Lianne fluistert in Evelien's oor: ‘Zeg tegen hem, als hij voor het bed staat. Draai je om. Stoot hem dan aan, en dan vallen jullie op het bed. Lol!’ ‘Nee, dat doe ik niet!’ zegt Evelien net iets te hard. ‘Wat doe je niet?’ vraagt Bill dan. ‘Ooh, niets!’ antwoord Evelien snel. ‘Sukkel..’ fluistert Evelien dan tegen Lianne. ‘Sorry hoor..’

Een tijdje later loopt Evelien terug met Bill, maar zijn haar zit verdacht veel door de war. Lianne denkt meteen dat ze het wel gedaan hadden . ‘We krijgen Tom niet uit bed’ zegt Evelien dan. ‘Wie ben jij?’ vraagt Bill aan Lianne. ‘Lianne.’ ‘Was jij niet dat meisje dat op de 1e rang stond bij ons concert?’ vraagt Bill. ‘Ja, dat was ik. Hoezo eigenlijk?’ ‘Nou,
jij bent het meisje waar Tom het over had tegen mij. En ik denk dat jij Tom heel erg blij maakt.’ zegt Bill. ‘Nee, dat kan niet. Want ik ben Sjimie, en ik stond niet op de 1e rang.’ zegt Lianne dan. ‘Maar toch.’ Bill sleurt Lianne mee naar zijn kamer. Eenmaal binnen zegt Bill tegen Tom: ‘Tom, doe je ogen open! Ik heb iemand gevonden, en ze is heel leuk voor jou!’ ‘Ik ben echt niet leuk!’ zegt Lianne. Tom staat op, en zegt: ‘Dat is haar!’ ‘Ja, dat dacht ik ook al!’ zegt Bill. ‘Hoezo ben
je hier?’ vraagt Tom aan mij. ‘Ik ben op vakantie met 2 vriendinnen.’ antwoord Lianne. ‘Wie zijn dat dan, zijn dat die meisjes die zoveel lawaai maakten met Bill?’ vraagt Tom. ‘Houd je bek, scheisse!’ roept Bill daarna. ‘Nou, dan ga ik maar naar Evelien en Janna toe.’ zegt Bill. ‘He Bill! Doe het wel goed he!?’ roept Tom hem nog na. ‘Jaja, we gaan trouwens naar de tourbus. Ik laat haar hier oke?’ zegt Bill. ‘Ja, is goed!’ zegt Tom. ‘Tom, ik vind je heel erg leuk!’ zegt Lianne tegen Tom, als Bill weg is. ‘Maar mijn vriendinnen mogen niet weten dat ik jou leuk vind.’ ‘Ooh, oke, zijn ze weg?’ vraagt Tom. ‘Ja.’ ‘Zullen we dan?’vraagt Tom. ‘Ja.’

Ondertussen in de tourbus. ‘Waar blijven Tom en Lyanne?’ vraagt Evelien. ‘Ik ga wel even kijken.’ zegt Bill. ‘Oke.’ antwoord Janna. ‘Snel, Bill komt eraan! Kleed je aan!" zegt Tom. Bill klopt op de deur. ‘Ja, heel even wachten!’ zegt Tom. ‘Snel!’ zegt Tom tegen Lianne. ‘Wat doen jullie daar?’ vraagt Bill. ‘Niks, we drinken alleen cola.’ zegt Tom. ‘Ja, we drinken cola.’ ‘Oke, nou ik ga weer naar de tourbus!’ zegt Bill. Lianne en Tom zien niet dat de deur opengaat. ‘Tom, waar is mijn trui?’ schreeuwt Lianne,die naar Tom loopt. Maar Bill staat voor de deur. ‘Bill, vertel het niet tegen Evelien en Janna, daar krijg ik problemen van, echt!’ zegt Lianne tegen Bill. ‘Uhh, oke.’ antwoord Bill. ‘Maar Tom, waar is mijn trui nou?’ vraagt Lianne aan Tom. ‘Uhh,
in de koffer. En, oja! Ik wil je graag meenemen naar huis.’ zegt Tom. ‘En, wil je verkering.’ vraagt Tom daarna. ‘Ja, tuurlijk!’ ‘Kun je eigenlijk gitaar spelen?’ vraagt Tom aan Lianne. ‘Ja.’ antwoord Lianne. ‘Speel eens wat.’ vraagt Tom. ‘Oke.’

Nadat Lianne gitaar had gespeeld, in de tourbus, klapten ze allemaal. ‘Je kan goed spelen.’ zeggen de bandleden.

3 jaar later. Ik had iets gedaan wat ik niet moest doen. Ik heb hét gedaan met Gustav.