014. ~

We lopen door de deur naar binnen en ik zie een grote slaapzaal. Er staan allemaal eenpersoons hemelbedden met een kledingkast ervoor. Naast de deur staat een grote stapel tassen. Ik zie de mijne staan en pak hem op. Anna knikt en laat me alleen. Ik loop naar een bed dichtbij het raam. Het is een mooi uitzicht op een brede rivier met daar achter donkere bossen. Ik zet mijn tas neer en kijk in de kledingkast. Er zitten geen kleren in, dat stelt me teleur want op deze school verwachtte ik dat natuurlijk wel. Ik vraag me hardop af waarom er geen kleren zijn en doe de la dicht. Ik pak een stapel kleren uit mijn tas om in de kast te leggen. Ik doe de kast weer open en nu liggen er wel kleren. Ik leg mijn eigen kleren ernaast en pak een zwart hesje uit de lade. Ik pak nog wat kleren die er liggen en doe ze aan. Als laatste doe ik een lange zwarte mantel over mijn kleding heen. Ik pak de rest van mijn spullen uit en ga op bed liggen om te wachten op andere meiden die in deze slaapzaal komen te liggen. Af en toe komen er een of twee meiden binnen onder begeleiding van Anna. Het is erg stil in de kamer, iedereen vraagt zich af wat er met hun gebeurd. Het is buiten al donker en Yenna is nog steeds niet terug. Is alles wel goed met haar? Ik besluit om maar te gaan slapen want anders ben ik morgen veel te moe.