Foto bij Hoofdstuk II: 1] Inkopen

Lees het verhaal verder op de site! http://hpfiction.actieforum.com/t10-1-inkopen

Carolina had al een tijdje een lijst vast. Mona had het al volledig bestudeerd zonder er aan te komen. Tot zoverre dat mogelijk was. Het was een oude kassabon een krantenwinkeltje. Want alles wat er op stond was ‘1x Daily Prophet’ en ‘3x Chocolate frog’ Ze grinnikte lichtjes bij de gedachte dat haar meter een fanatieke Tovenaarskaarten verzamelaar was. Maar na zeker vijf maal te hebben geprobeerd Carolina’s handschrift te ontcijferen, greep ze al haar moed bijeen en vroeg ze: “Wat staat er toch allemaal op die lijst?” Carolina keek op. “Gewoon volgen Mona, geen tijd te verliezen! We moeten nog naar zo veel plaatsen heen!” Zei ze en ze keek vluchtig in het rond. “Uniformen slagen we over, daar staat een te lange rij.” Mompelde ze en ze sloeg abrupt af naar rechts zonder om te kijken. Zo chaotisch als altijd. Toen Mona op voorbeeld van Carolina het weggetje insloeg, zag ze nog maar net Amber een winkeltje binnen stappen. Het had niet veel gescholen of ze was zoek gelopen.
Ze stapte de drempel op en duwde de zware deur open, die een belletje deed rinkelen. Het was verbazing wekkend rustig in de winkel als je wist wat er allemaal in stond. Lange palen volledig bezet met uilen, kooien met tientallen ratten en muizen in alle formaten en kleuren, katten die te vergeefs die kleine knaagdiertjes dodelijk aankeken, kikkers en padden, spinnen en een hoop souvenirs. Voorzichtig keek Mona in het rond, bang om iets om te stoten. In het kleine winkeltje stonden behoorlijk weinig mensen. Enkel een kleine jongen en een slanke vrouw met vurige lokken, en een… Mona keek met ogen zo groot als knikkers naar de vrouw en onderdrukte een mond die open wou vallen. De vrouw die ze daar voor haar zag, in levenden lijve, was niemand minder dan Ginny Weasley. Die was natuurlijk niet onbekend, sinds zij een familie begon met de o zo bekende Harry Potter. In haar hoofd had Mona al meteen uitgepuzzeld dat die jongen Albus Potter had moeten zijn. Snel liep ze naar Carolina toe en probeerde haar rode gezicht te bedekken. Het gebeurde niet elke dag dat je Familie Potter in een dieren winkel tegen kwam. Het vreemde was dat alleen Mona het speciaal had gevonden. Voor de mollige man achter de kassa bleek het dagelijkse kost te zijn, en Amber en Carolina leken het niet eens te hebben gezien.
“Heb je er al eentje gevonden?” Trok haar Meter haar weer uit haar gedachten. “Een dier, bedoel ik… Of wil je er geen?” Amber keek haar raadselachtig aan. In haar handen droeg ze een enorm harige kat. Zijn vacht was bruin met vlekjes en witte pootjes. Mooie groene oogjes en erg lange snorharen. “Mr. Letterchirp” Zei ze kort af. “Voor als je het je zou afvragen.” Mona had moeite met haar lach te onderdrukken. Wie noemt er zijn kat nu Letterchirp? Ze voelde aan haar been een harig ding, telkens weer de zelfde route afleggen. Heen en weer, steeds met haar hoofd tegen haar been gedrukt. Het was een kleine poes, met stompige pootjes. Net het lijfje van een pug. Volledig zwart was ze, met anijs gele oogjes die voor een geweldig contrast zorgde. “Het staat vast, deze neem ik.” Zei ze vrolijk en ze pakte het scharminkel op. Op Amber was een amusante emotie te lezen, iets van leedvermaak. Want niet echt toepasselijk was omdat Mona het beestje fantastisch vond. Ze liepen met z’n allen de winkel uit na de betaling had plaats gevonden. Ik keek nog om, naar Ginny en Albus, en had al weer bijna Carolina kwijt geraakt.
Mr.Letterchirp en Mona’s naamloze kat zaten samen in één kooi. Het leek hun best goed af te gaan, want beide lagen ze te slapen alsof ze niet eens doorhadden dat ze een halve meter boven de grond bengelde. Amber keek vol afgunst naar het zwarte katje wat Mona beledigde. Er was helemaal niets mis mee. Het was zelf ongelofelijk schattig. “Dan gaan we nu eerst uniformen en boeken halen, en daarna stoppen we voor ketels en andere dingen. Zoals een staf bijvoorbeeld!” Zei Carolina vol enthousiasme. “Aah, ik kan me mijn eerste keer in de wegisweg nog zo goed herinneren…” en er verscheen een nostalgische blik op haar gezicht. Diep in gedachten verzonken moest Amber haar wakker schudden, wat ze ook deed. “Mam! We zijn er al.” Ze keek op. We stonden voor een winkel waar een groot bord boven de vitrine hing met de woorden ‘Madam Malkin's Robes for All Occasions’. En nog steeds stond er enorm veel volk. “Oké meisjes, Neem mijn hand vast.” Zonder vragen te stellen namen Mona en Amber de handen van Carolina vast. Ze ademde even diep en wrong zich dan door alle mensen die als een grote muur voor de winkel stonden. Achter haar trok ze de twee meisjes mee die door de menigte dicht tegen elkaar geduwd werden. Iets te dicht, volgens beide partijen. Een verafschuwde blik was alles dat ze er aan verspilde en focuste zich er toen weer op om levend in de winkel te geraken.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen