Hoofdstuk 32
Maar ik heb hele drukke weekenden gehad en als ik thuis was, was ik helemaal doodjes en moe enzo.. Niet dat, dat een reden is om niks meer te posten. Het goeie nieuws, dat is er gelukkig ook, is dat ik weer inspri heb doordat ik een tijdje heb stil gestaan. Is dat toch nog ergens goed voor. Nou ja mijn vaste slagon :
I hope u like it!
Verbaast knipperde ik even met mijn ogen. Ik schudde mijn hoofd en keek de kring rond. ‘Waarom kijken jullie me zo aan’? Vroeg ik verbaast. Het enige antwoord wat ik kreeg, was een stilte en open monden. Een beetje zenuwachtig wiebelde ik op en neer. Naast me zat Fred die nog steeds niets zei, wat was er aan de hand? Hard handig duwde ik Fred om, waardoor hij op de grond viel. ‘Oh wat is er aan da hand’? Vroeg Fred verbaast, toen hij overeind kwam. We deden doen, durf of de waarheid en toen werd iedereen stil. ‘Oja’, zei Fred. ‘Uh, laten we maar verder gaan’. Na een tijdje was iedereen geweest en was ik zelf dood moe. Ik gaapte. Lachend trok Fred me tegen zich aan, ‘aah luceje moe’? Schuldig keek ik hem aan en knikte. Lachend trok hij me in een knuffel, waar ik me ongemakkelijk uit probeerde te redden. ‘Fred’, zei ik benauwd. ‘Wil je me alsjeblieft loslaten’? Verbaast keek hij me aan, maar liet me toch los. Vlug stond ik op en haastte me naar de slaapzalen. ‘Adios’! Riep ik tegen niemand in het bijzonder, voordat ik mijn slaapzaal in vluchtte. Ik wisselde mijn kleren om voor mijn pyjama en kroop in mijn hemelbed. Al snel viel ik in een helaas droomvolle slaap.
Met een korte kreet werd ik wakker. Zo snel ik kon sloeg ik mijn hand voor mijn mond, maar ik was te laat. ‘Alles oké’? Vroeg Hermelien. ‘Ja’, mompelde ik zachtjes. Ik hoorde hoe ze de deken van zichzelf af sloeg, om daarna haar gewicht op mijn bed te voelen. ‘Ik weet dat er iets is’, zei ze zachtjes. Ze probeerde mijn blik te vangen, maar die ontweek ik. Tevergeefs. ‘Nachtmerrie’, mompelde ik. ‘Waar over’? Ik slikte, het klonk vast heel vreemd. ‘Over’, ik haperde. ‘Ik kan het niet vertellen, misschien later oké?’ Ze knikte. ‘Happy Halloween’, riep ze toen en ze omhelsde me. Ik glimlachte kort. ‘Jij ook’. Ik duwde haar van mijn bed af, om daarna zelf van mijn bed af te springen. ‘Kom ik heb honger’. Plots stond Hermelien in mijn koffer te rommelen. ‘Wat doe je’? Vroeg ik verbaast. ‘Kleren voor je uitzoeken’. ‘Ooh dan zoek ik die van jou uit’, zei ik en ik sprong over de bedden heen naar die van Hermelien. Ik rommelde in haar koffer en vond een rode jurk. ‘Hier’, riep ik en ik gooide Hermelien haar jurk toe, met de zwarte ballerina’s die helemaal onderin haar koffer verstopt lagen. Ik zag de twijfeling in haar ogen, maar ze nam toch de jurk aan. Niet dat ze heel veel keus had. ‘Dit is voor jou’, zei ze en ze gaf me een helderblauwe jurk aan. Ik glimlachte. ‘Mijn vaders lievelingskleur. Zal hij leuk vinden. Schoenen’? Vragen keek ik Hermelien aan. Ze gaf me mijn zwarte compleet afgetrapte gympen aan. Vlug kleedde we ons om en ik liet Hermelien mijn haar vlechten. Aangezien ik het zelf niet kon. Daarna liepen we naar de grote zaal om te ontbijten. Het was rustig in de grote zaal. Ik keek op mijn horloge en zag dat het pas half 7 was. ‘We zijn vroeg’, zei ik en liet Hermelien mijn horloge gezien. ‘Wow inderdaad’. Aan de griffoendor tafel zat alleen Marcel. Toen we eenmaal zaten aan tafel, schepte ik mijn bord helemaal vol. Ik had zo’n honger. ‘Je lijkt Ron wel’, grinnikte Hermelien. ‘Ooh’, zei ik beledigd. ‘Ron eet als een varken ik niet’. Quasi beledigt gooide ik een broodje naar haar hoofd. Hermelien lachte hard en gooide het broodje terug. Al snel lag de hele grote zaal onder de broodjes. Plots stond professor Sneep achter ons. Gierend van de lach keken we hem aan. Onze lach verdween meteen toen we zagen wie het was. Strak keek hij ons aan. Ongemakkelijk beet ik op mijn lip. ‘Is er iets aan de hand professor’? Vroeg Hermelien toen toch maar. ‘Nou juffrouw Griffel’, zei hij nogal chagrijnig. ’De grote zaal ligt vol broodjes waarom zou er iets zijn’? Doordat antwoord viel Hermelien stil. ‘Ik heb geen idee professor’, zei ik toen zelf maar onschuldig. Zijn blik werd mogelijk nog chagrijniger. ‘Meekomen jullie’. Met onze ogen op de grond gericht volgden we professor Sneep, naar zijn kantoor. ‘Ik had gehoopt mijn Zaterdag anders door te brengen’, mompel ik tegen Hermelien. ‘Ik ook’, mompelt ze terug. ‘Zwijg’! Schreeuwt professor Sneep, waarna hij de deur met een klap achter zich dicht trekt. Ik knijp mijn ogen even dicht. Dit kan niet goed zijn.
Reageer (3)
Niceee
1 decennium geledenHeb nu een tussen uur en zit met Laura jou verhaal te lezen !!
Laura's reactie: ik hou van pindakaas
Omg
LOL
GA NU MAAR SNEL VEDER LEZEN
de nieuwste versiering...
1 decennium geledenbroodjes!
O oo :'D
1 decennium geledenVoedelgevecht!!!!!
Snel verder!!!