Terug samen?

'Lou.' zei ik wenend.
Louis zweeg maar hij draaide hem langzaam om.
Hij wreef over mijn kaak en begon ook te wenen. De eerste keer dat ik Louis zag wenen.
'Jess.' zei hij wenend.
'Ja.' zei ik.
Hij nam me dicht tegen zich aan.
'Ik zie je nog altijd graag, het spijt me. Ik had je moeten steunen.' zei hij wenend.
'Ssssst.' zei ik.
'Nee, ik had er voor je moeten zijn.' zei hij.
Ik legde mijn vinger op zijn mond en kuste hem. We sloegen onze armen rond elkaar en we begonnen te tongzoenen.
'Zie je me graag?' vroeg Lou.
'Tuurlijk, ik heb al die dagen geweent omdak u miste.' zei ik.
'Ik heb ook veel geweent.' zei Lou en veegde mijn tranen weg.
We gaven elkaar nog een kus. Ik zag dat er een politie agent naar ons kwam.
'Gaat het hier?' vroeg hij.
'Ja.' zei ik.
'Kunnen we nu alstublieft ongestoord naar de auto stappen, we praten morgen.' zei Louis.
De agent knikte en 2 agenten liepen rond ons terwijl we naar de auto stapten.
We liepen hand in hand naar de rest.
Toen we bijna bij de auto aankwamen kwam Harry naar ons toe gelopen.
'Alles goed?' vroeg hij.
'Ja.' zei Louis.
Hij gaf me een stevige knuffel.
'Bedankt voor alles.' zei ik.
'Dat is heel graag gedaan.' zei hij.
Ook de rest kwam naar ons toe en ze waren allemaal heel blij.
'Je moeder wacht ongerust op je thuis.' zei mijn moeder tegen Louis.
'Ik ga er naartoe, willen jullie meegaan?' vroeg Louis.
'Tuurlijk.' zei mijn mama.
We stapten in de auto bij Harry en de rest en reden weg.
'Ik ben zo blij dat alles terug is zoals vroeger.' zei Liam.
'Ik ook.' zei Niall.
Toen we aankwamen bij Louis' moeder knuffelde ze mij en Louis heel hard.
'Zou ik u eerst even kunnen spreken?' vroeg mijn moeder aan Johanna.
'Tuurlijk, wij gaan wel naar de keuken.' zei Johanna.
'Ik ga even naar Lottie.' zei ik tegen Louis.
'Wacht, ik ga mee.' zei hij.
'Ik ga even met Jess naar mijn zusjes.' zei Louis tegen Harry.
'Doe dat.' zei Harry en hij gaf Louis een schouderklopje.
We stapten samen naar boven. Maar midden op de trap stopte ik en we zetten ons neer.
'Ik ben hier nog geweest om afscheid te nemen, ik hoop dat ze blij is om mij terug te zien.' zei ik.
'Natuurlijk.' zei hij.
Hij gaf me een dikke kus en we stapten samen naar boven. We klopten aan bij Lottie.
'Binnen.' zei ze en we liepen haar kamer in.