``126``
‘en hoe vond je de lasagne?’ met een glimlach op mijn gezicht was ik naar de kassa toe gelopen om te betalen. ‘het was geweldig!’ Ted lacht even. ‘dus… wat doe je hier met je broers? Neven?’ ik kijk naar Sam en Dean. ‘neven…we zijn op reis’ antwoord ik wat zachter. Ik zou nooit kunnen vertellen wat ik echt doe. ‘sorry, voor het vragen, ik wist niet dat je er moeite mee had’ snel kijk ik op. ‘nee, het is niets’ antwoord ik terug. Ik pak wat geld en reken af. ‘over die orkaan, nog meer informatie?’ Ted knikt. ‘hij komt nog steeds deze kant op en ik denk dat hij nu zo sterk is dat we moeten schuilen, maar er kan nog veel gebeuren in 3 uur’ ik knik en wil weg lopen. ‘wacht, Alexandra, mag ik je nummer? Voor het geval ik je snel moet bereiken’ met een grote glimlach op mijn gezicht draai ik me om. ‘natuurlijk, en noem me asjeblieft Alex’ ik geef mijn nummer en loop naar de jongens. ‘ik vind nog steeds dat we moeten gaan…’
Niet veel later krijg ik een sms’je binnen. Snel kijk ik op mijn mobiel maar zie dat het een bericht van bobby is. ‘volgens bobby is er een skinwalker’ mompel ik een beetje teleurgesteld. ‘hoe weet hij dat?’ ik reageer niet. Als er een skinwalker is dan moeten we hem snel vinden. Anders is iedereen hier in gevaar. Misschien is Ted in gevaar. Mijn mobiel geeft een geluid je en ik kijk er even naar. Het nummer is onbekend en ik lees het Sms’je. Mijn wangen beginnen even te branden als ik zie dat het van Ted is. ‘jongens, we hebben een probleem’ Sam en Dean stoppen met hun gesprek of hoe ze de skinwalker zouden kunnen vermoorden. ‘de orkaan is nog steeds deze kant op aan het komen, en is sterk. We moeten schuilen.’ Dean sluit zijn ogen en ik zie dat hij moeite heeft om niet boos te worden. ‘ik zeg dit 1 keer… ik weet dat je die Ted leuk vind, maar we moeten die skinwalker zoeken’ even kijk ik Dean met open mond aan. ‘denk je echt dat dit mij om Ted gaat?’
‘gaat het dan niet om hem?’ antwoordt Dean terug. Ik bal mijn vuisten. ‘weet je, ik heb hier geen zin in’ ik pak mijn tas en loop naar de deur. ‘wacht eens!’ Dean trekt me ruw terug. ‘jij gaat niet weg’ hij zet me klem tegen de deur en kijkt me lang aan. Voorzichtig open ik mijn tas en haal een mes uit. ‘Dean laat me nu gaan of ik moet je verwonden’ hij bijt hard op zijn kaken. Uiteindelijk laat hij me los en loop ik weg. zo snel ik kan ren ik naar de receptie en zie Ted al staan. ‘waar zijn je neven?’ even kijk ik hem vragend aan. ‘Dean en Sam…’ ik knik en wijst over mijn schouder. ‘ze moeten nog iets doen…’ ik had een slecht gevoel over dit. Of misschien kwam het omdat ik Dean echt zou hebben neer gestoken als hij me niet had los gelaten. ‘loop maar mee, dan gaan we naar de schuilkelder’ ik knik en loop achter hem aan.
Reageer (1)
MyGod o-o...
1 decennium geleden