Foto bij 20. A story without lies.

Hope u will like it! (flower)

Langzaam kom ik terug naar bewustzijn. Mijn dromen gingen over Isaac en mij. Op het moment dat het verkeerd dreigde te gaan, dat het weer omsloeg naar duisternis, er rode ogen opdoemde, kwam Isaac weer in beeld. Hij vertelde me dan in zijn ogen te blijven kijken. Hij pakte dan mijn hand vast en fluisterde dat alles goed kwam.
Ik knipper slaperig met mijn ogen. Dan herinner ik me de afgelopen nacht. Isaac. Ik ben tegen hem aan in slaap gevallen. Gelijk ben ik wakker. Mijn blik schiet naast me.
'Sst, ik ben er nog', fluistert hij. De ondertoon bevat een lach.
Ik glimlach en sluit mijn ogen slaperig. Ik kruip nog dichter tegen hem aan en wil weer in slaap vallen. Het zou gelukt zijn, ik bedoel Isaac streelde door mijn haar. Zijn ademhaling en hartslag kwamen alleen maar als een muzikaal slaapliedje mijn oren binnen.
'Wakker blijven, slaapkop.'
Ik mompel geïrriteerd wat en probeer weer in slaap te vallen.
'Sweetheart', fluistert hij.
'Hoeveel bijnamen heb je nou al verzonnen?' mompel ik. Ik open mijn ogen en kijk omhoog in zijn helder blauwe ogen. Onder zijn ogen zijn lichte wallen te zien.
'Heb je niet geslapen?' vraag ik voordat hij mijn retorische vraag kan beantwoorden.
'Jawel', antwoord hij. Ik trek mijn wenkbrauwen omhoog.
'Het was schattig, fascinerend om je te zien slapen. Ik verloor het tijdsbesef.' Een glimlach spreidt zich rond mijn mondhoeken, maar mijn ogen vernauwen zich.
'Wat is er fascinerend aan mij als ik slaap?' mompel ik. Weer een retorische vraag, maar hij beantwoordt hem toch.
'Soms lag je als een roosje te slapen, tot je werd meegetrokken naar een nachtmerrie, denk ik. Je gezicht vertrok en het leek alsof je pijn had. Ik wilde je bijna wakker maken, tot je wat.. brabbelde en je weer rustig verder ging slapen.'
Ik hoor meteen zijn toon.
'Wat brabbelde?'
Zijn ogen krijgen een heldere twinkeling en zijn lippen vertonen een lieve glimlach.
'Mijn naam.'
Ik voel mijn wangen rood worden. Snel wendt ik beschamend mijn hoofd af, maar Isaac keert die met zijn handen terug.
'Het was schattig', fluistert hij, voordat hij zijn lippen op de mijne drukt.

Na een ontbijt, waarbij ik ondervond dat mijn oma weer naar het politiebureau was, zitten Isaac en ik nu op mijn bed. Tegenover elkaar. Ik blijf hem afwachtend aankijken. Hij probeert te verzinnen hoe hij moet beginnen. Hoe hij me alles moet uitleggen.
Hij opent zijn mond even en klapt hem dan weer dicht. Denkt nog even na en begint dan echt.
'Heb je wel eens gelezen?' Ik knik.
'Wat voor boeken?'
'Uhmm romantische, detective, fantasy-'
'Fantasy', onderbreekt hij mij, 'Wat kwam er voor?'
Ik rol met mijn ogen. Probeert hij van onderwerp te veranderen? Hij blijft me echter afwachtend aankijken.
'Vampieren en weerwolven, voornamelijk', antwoord ik ongeduldig.
'Okay, nog een vraag, een moeilijke vraag. Weet je hoe je moeder en je broertje stierven?'
Ik bijt mijn tanden op elkaar en schudt kort mijn hoofd.
'Derek heeft wel eens gemompelt dat je het.. voelde?'
Ik blijf hem lang aankijken en knik.
'Eerst een steek in mijn buik, vervolgens in mijn hart en.. toen alsof iemand mijn keel doorsneed', ik ratel de woorden snel op. Ik wil hier vanaf zijn. Waarom haalt hij dit weer op?
'Weet je het wapen?'
Ik schud mijn hoofd weer. Ik weet eigenlijk helemaal niets, besef ik nu.
'Het is gebeurd door middel van een klauw', zegt hij.
Ik blijf hem ongelovig aankijken. De uiteinde van het 'fantasy boeken' onderwerp en dit krullen aan elkaar, maar dat kan niet. Die monsters bestaan niet.
'Er bestaan weerwolven', zegt hij. Ik blijf hem met grote ogen aankijken.
'Maar ze worden niet compleet wolf. Het zijn eigenlijk mensen, maar dan met klauwen en grote hoek en snijtanden. Ze kunnen beter horen en zien.'
Ik blijf hem alleen maar aanstaren. Ik weet dat dit geen grapje is, dat hoor ik aan zijn toon. Toch kan ik het niet beseffen.
'Heeft een.. weerwolf.. mijn moeder en broertje vermoord?' Van mijn stem is niets over, helemaal niets.
Hij schudt zijn hoofd, alsof hij het gehoord heeft.
'Een ander beest. We weten niet wat. We weten ook niet waarom jij nog leeft.'
'We?' Er hoort nog een vraag achter, maar ik kan die niet uitspreken. Dat kan niet. Monsters bestaan, maar..
'Derek, Scott en.. ik', zegt hij.
'Jullie zijn-' verder kom ik niet. Mijn keel is volgepropt met schuurpapier.
Hij knikt langzaam en wendt voor het eerst even zijn ogen af.
'Ja, we zijn weerwolven.'
Mijn ogen worden nog groter dan zal al waren. Ik wil schreeuwen dat hij uit mijn buurt moet blijven, maar er komt niets over mijn lippen.
'Je bent bang', zegt hij dan. Ik kijk hem niet begrijpend aan.
'Je hartslag versnelt', legt hij somber uit.
Dan als een donderslag komt alles terug. Mijn spieren zorgen ervoor dat ik van het bed afspring, tegen de muur aan. Mijn stem zorgt ervoor dat ik hysterisch begin te gillen dat hij weg moet. Dat het monster mijn kamer moet verlaten.
Isaac komt langzaam in beweging. Zonder woorden, verlaat hij mijn kamer door het raam. Woorden waren op dit moment ook niet nodig geweest. Zijn betraande ogen zeiden net zoveel als mijn hysterische reactie.



-- Comment Please? --

Reageer (3)

  • xEvax

    aah :( ik troost je wel lieverd ^^

    1 decennium geleden
  • Nouika

    Ahh, zo zielig voor isaac...
    Miss is het wel de Kenima ,,Tamtam.

    1 decennium geleden
  • crazycatlady

    ahhhh zo schattig<3 en dat hij de hele nacht wakker was en naar haar gekeken heeft zo lief<3 ik snap haar reactie maar het is zo zielig voor isaac dat ze zegt dat hij een monster is): echt geweldig !love it<3 komt er vandaag nog een stukje alsjeblieft?(flower)

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen