``116``

‘dus in het kort…’ ik ben nog steeds redelijk verbaasd wat ik net had gezien. De man had geen ogen meer. Het leek net of ze vloeibaar waren geworden. Een rilling verspreid zich over mijn lichaam. Ik weet niet of dat door de wind kwam of door het feit dat ik zeker wist dat er hier iets paranormaals was. ‘heb je het koud?’ vraagt Sam die naast me komt staan. Voor ik kan antwoorden hoor ik Dean mompelen. ‘Ik had dat geld eerlijk gewonnen en je hebt alles aan hem gegeven voor die info’ Sam zucht en draait zich om naar Dean. ‘je had het in een pokerwedstrijd gewonnen, dat is niet erg eerlijk als je het mij vraagt’ ik grinnik om Sam. Dean kijkt even boos naar ons en loopt weg. ‘we gaan bij de dochter van de man kijken’

Sam en Dean lopen naar binnen en kijken wat rond. Ik loop achter ze aan. Gelukkig had ik me bedacht dat ik andere kleren aan zou moeten. De jongens kijken even om zich heen en ik hoor Dean iets mompelen van dat ze niet helemaal goed gekleed zijn. Met een glimlach om mijn mond loop ik langs ze. Ik had een mantelpakje aangedaan. ‘Nice ass’ Sam geeft Dean een duw en we lopen met z’n drieën naar buiten. De jongens lopen gelijk op de dochter af terwijl ik om me heen kijk. Er hangt een gespannen sfeer, niet van de mensen maar van het huis. ‘dus wat denken jullie?’ Vraag ik als Sam en Dean bij me komen staan. Sam kijkt eventjes om en zegt zachtjes ‘het meisje heeft Bloody Mary gezegd’ even knik ik en we gaan naar binnen. Dean en Sam lopen naar boven terwijl ik beneden blijf. Het kleine meisje dat waarschijnlijk ook een dochter is loopt langs me. ‘mag ik wat vragen?’ Vraag ik gelijk. Ze kijkt me even aan en ik kom op oog hoogte. Gelijk vervloek ik het mantelpakje dat strak zat. ‘ik hoorde je toevallig zeggen tegen een van die mannen dat je bloody Mary had gedaan’ ze kijkt me angstig aan. ‘denk je echt dat het jouw schuld is dat je vader is overleden?’ ze knikt. Ik kom omhoog en pak een kaartje uit mijn zak. ‘als je ooit bang bent voor iets dat je niet kent, zoals blood Mary. Kan je me bellen’ ik loop weg. Ergens had ik zo’n gevoel dat de legende hier echt was. Ik wacht bij de impala tot de jongens terug zijn. ‘gelukkig schreeuwde ze niet’ even trek ik mijn wenkbrauw op. ‘wat heb je gedaan, iemand aangerand?’ Dean kijkt me boos aan terwijl we gaan zitten. ‘nee, een van haar vriendinnen geloofde ons niet’ ik haal mijn schouders op en Dean start de Impala.