Hoofdstuk 28
*** Jamie's pov ***
"Hey, Jamie, dat is lang geleden." lacht Charlotte gemeen. "Oh, jullie kennen elkaar." glimlacht Jack. "Dat is goed nieuws, dan hoef ik jullie niet meer aan elkaar voor te stellen." gaat hij blij verder. "Jack, het spijt me, maar nu ik er aan denk... mijn moeder is alleen thuis. Ik moet gaan." antwoord ik zo neutraal mogelijk. "Oh, ok." antwoordt hij teleurgesteld. "Ik wou je voorstellen aan mijn nieuwe vriendin. Vandaar dat ik je belde... Maar jullie kennen elkaar al... Misschien kunnen we eens iets met ons drie doen?" gaat hij nog steeds blij verder. "Misschien is het beter van niet..." begin ik. "Ik bedoel... Ik wil jullie tijd samen niet inpikken." praat ik me er uit als ik het teleurgestelde gezicht van Jack zie. "Maar dat doe je niet." antwoordt Jack. "Schat, ze wil duidelijk niet bij ons zijn, laat haar maar gaan. Haar vader pleegde al zelfmoord, straks haar moeder ook nog." antwoordt Charlotte. "Ik moet gaan." reageer ik nog net niet huilend en loop snel de deur uit.
Laat ik even kort samenvatten hoe het tussen mij en Charlotte zit... Charlotte en ik waren vrienden sinds we 12 jaar waren. We waren onafscheidelijk en populair. Maar zoals al de rest was zij ook één van de vele personen die me lieten staan wanneer ik vrienden het hardste nodig had.
"Wacht! Jamie, loop nou niet weg!" Net als ik de straat bijna uit ben, wordt er hevig aan mijn arm getrokken. "Wat is er, Jack!? Wil je me nog maar eens de put laten induwen door haar!? Het is haar gelukt toen ik 16 was, niet nog eens!" reageer ik kwader dan ik eigenlijk bedoelde. "Hoe bedoel je?" vraagt hij verwonderd. "Ik vertelde je toch hoe ik achtergelaten werd door vrienden? Wel, je bent de gelukkige, want jij verkeert met één van die vele zogenaamde vrienden van me! Ze was mijn beste vriendin, Jack! We deden alles samen! Onafscheidelijk en populair, zo waren we gekend! Tot mijn 16de!" roep ik nog steeds kwaad. "Wat? Dat kan je niet menen?" antwoordt hij verwonderd. "Ziet het er uit alsof ik dit allemaal uit mijn duim zuig?" antwoord ik plots veel rustiger. "Nee, maar ik snap het niet. Ze is zo lief en medelevend. Waarom liet ze jou dan zo vallen? Ik zie het niet in haar... Kan het zijn dat ze verandert is?" ratelt hij maar. "Ik hoop het voor jou. Weet gewoon dat je ons niet in één kamer zet, voor de gevolgen sta ik niet in." antwoord ik hem waarschuwend. Ik ga op de toppen van mijn tenen staan, geef hem een kus op zijn wang en stap snel naar huis. Hoe haal ik het in mijn hoofd hem een kus te geven? Een knuffel begrijp ik nog, maar een kus!?
Er zijn nog geen reacties.