27.
Hannah giechelde; ze leek de enige die niet zwaar geschokt was. 'Jazeker, een hele grote vis...'
Jasmin leek zich te realiseren dat ze er nogal charmant bijzat en deed haar mond dicht. 'Weet je het echt niet meer?'
De kleur trok weer uit het gezicht van het vergeetachtige lijkje weg, dat nog enkele seconden vol afschuw voor zich uit staarde, voordat ze zo wild opstond dat haar stoel omviel en naar de ingang van de eetzaal sprintte.
Ze haalde de prullenbak niet en gaf midden in het gangpad over. Om haar heen werden geschrokken kreten en gilletjes geslaakt, maar niemand kwam in actie om haar te helpen. Hannah wel, gelukkig. Ze beende zich met grote passen richting het tafereel, waar inmiddels de hele eetzaal zijn ogen op gericht had, en probeerde haar vriendin zo goed en kwaad als het ging te ondersteunen.
Fijn, nu voelde ik me schuldig om twee redenen: niet alleen omdat ik Sarah dronken had gevoerd, maar ook omdat ik nu ook haar reputatie was begonnen te vernietigen. Dat ik mezelf voor gek zette, daar leek ik niets aan te kunnen doen, maar dat ik ook anderen henzelf zwart liet maken, dat had ik nog nooit eerder gehad. Misschien waren Engelsen gevoeliger voor besmetting.
Lulkoek, bedacht ik me ineens. Dit was al eens eerder gebeurd, thuis – alleen dat woord al zorgde ervoor dat mijn maag zich een slag draaide – maar dan anders. Ik verdrong de gedachte die in mijn hoofd opdoemde en stond ook op, om Hannah te hulp te schieten en een smoes te mompelen tegen de leraren, die het tafereel met argwanende blikken hadden gadegeslagen. Ik wist dat de alcoholleeftijd in Engeland achttien was, maar zelfs al was die zeventien geweest, dan nog was het hier op school waarschijnlijk streng verboden geweest om te drinken. Tot nu toe had ik niet veel van de strengheid gemerkt, die ik hier wel verwacht had – maar, zoals mijn moeder altijd zei: wat niet is kan nog komen.
Een kwartier later hadden we Sarah in bed gewerkt – “ze is erg misselijk, ze heeft vast buikgriep opgelopen” had ik geprobeerd te zeggen, maar het woord “buikgriep” zat toch nog niet helemaal in mijn Engelse vocabulaire – met een emmertje naast het hoofdeinde en een nieuw glas water op haar nachtkastje. Ze kreunde. 'Ik voel me echt zo ellendig...'
Ik schudde mijn hoofd. 'Ik zal drank voortaan heel, heel ver bij jou uit de buurt houden.'
Sarah kreunde opnieuw en sloot haar ogen. 'Dat bedoelde ik niet eens... God, hoe kan ik nou met hem gezoend hebben en het vergeten zijn?'
Goeie vraag... Waarom kon het nooit eens zo lopen als ik in gedachten had? Had ik ze eindelijk gekoppeld, gebeurde er dit. 'Ja, dat is inderdaad knap... maar Saar, we verzinnen wel een plan.'
Sarah knikte dankbaar en sloot haar ogen. Ik verliet de half verduisterde kamer, met een stapeltje boeken en verkreukelde stencils onder mijn arm, en ging op weg naar de mediatheek. Zondag bleek hier op school huiswerkdag te zijn, en aangezien het niveau van de meeste vakken hier toch wel een stukje hoger leek te liggen dan in Nederland – maar dat kon ook aan mijn taalbeperking liggen – besloot ik daar maar eens fanatiek aan mee te gaan doen.
Van dat besluit had ik na een klein kwartiertje al spijt. Zelfs wiskunde, wat het Engels onmogelijk veel moeilijker kon maken, lukte me van geen kant en mijn concentratievermogen leek nog in Nederland te liggen.
Daar kwam ook nog eens bij dat de gedachte, die ik in de eetzaal zo zorgvuldig had verdrongen, steeds weer in mijn hoofd kwam opzetten en voor een knoop in mijn maag zorgde. Na nog enkele minuten gaf ik het studeren op en liep de mediatheek uit, niet helemaal bewust waar mijn benen me naartoe brachten.
Dat bleek naar onze kamer te zijn, waar Sarah vredig lag te snurken. Genietend van de oase van rust – eindelijk een beetje alleen – liet ik mezelf op mijn bed zakken en duwde mijn benen, voor zover ik dat kon, in kleermakerszit.
Ik had de gedachtes aan mijn school en vrienden in Nederland tot nu toe zo veel mogelijk naar de achtergrond gedrongen, en dat was me heel aardig afgegaan. Al die herinneringen deden me pijn, omdat ik wist dat ik nooit meer naar dat leven zou kunnen terugkeren. Ik had niet voor niets de kans om hiernaartoe te komen met alles wat ik had aangegrepen, want mijn oude leventje had ik opgeblazen. In Nederland was er, buiten mijn familie, niets meer dat van mij hield, dat me zou missen – maar ik hield nog wel van hen.
Ik merkte pas dat ik huilde toen ik de eerste traan op het dekbed hoorde vallen.
Reageer (2)
Snel verder! (: <3
1 decennium geledenow, stuur haar een alvast-voor-je-verjaardag-muffin(A)
1 decennium geleden