26.
De volgende ochtend had Sarah een kater, waarschijnlijk de eerste van haar leven. Zelfs een stel parende olifanten had haar waarschijnlijk niet uit haar slaap kunnen wekken, maar Jasmin lukte het zonder al te veel moeite. Ze was zich al tandenpoetsend in een jurkje aan het wurmen en gooide in haar rare kronkelingen het glas water om dat op Sarah's nachtkastje stond.
Missie geslaagd.
Sarah kwam gillend overeind, voelde een golf van misselijkheid opkomen en sprintte naar de badkamer, waar ze het volgende halfuur bivakkeerde. Ik voelde me ergens toch wel een beetje schuldig, ik was immers degene die haar dronken had gekregen, dus ging ik haar achterna om haar haar vast te houden.
Een uurtje later kwam ze in lijkentoestand alsnog de eetzaal binnengewandeld. Ze zag er nog steeds nog niet helemaal uit alsof ze in staat was om te praten, en dus deed onze hele tafel alsof ze helemaal niets opvallends hadden gezien gisteravond.
In plaats daarvan begonnen ze over mij.
'Zeg...' zei Jasmin achteloos, spelend met een sneetje brood, 'Jij en Henry hè... is er niet iets dat je ons moet vertellen?'
Hannah knikte en legde één van haar boterhammen op het bord van Sarah, die er met een blik vol afgrijzen naar keek. De wallen onder haar ogen hadden een paarsblauwe kleur, haar ogen waren kleiner dan normaal. Zeker weten haar eerste kater – maar wel voor een goed doel.
'Eh... misschien?' Ik glimlachte verontschuldigend, in de hoop onder hun nieuwsgierigheid uit te komen. Toen dat ijdele hoop bleek, besloot ik een andere tactiek te proberen. 'Maar ik weet zelf nog niet helemaal wat het voorstelt. Ik bedoel, even serieus, ik ken hem echt drie dagen ofzo, dus...'
[ta]bIk realiseerde me dat ik, aan de vragende blikken te zien, inderdaad nog heel veel te vertellen had, en gaf het op. 'Ja, ik eh... ik kon de afgelopen nachten niet zo goed slapen, dus toen ging ik een wandelingetje maken en toen was hij aan het slaapwandelen, maar hij was op een tafel gebotst dus toen moest ik hem met een emmer water wakker maken en... nouja, toen zei hij dat ik mooi was en nouja, toen eh... toen ben ik weggerend.' Goed – wilde ik mezelf soms echt helemaal voor gek zetten, of probeerde ik Jasmins mond zo ver open te krijgen dat ik er een suikerklontje in zou kunnen gooien?
'Hoe kan je dat nou doen?' Ze gooide haar handen in de lucht en rolde met haar ogen. 'Maargoed, het is wel goedgekomen.'
Hannah knikte opnieuw.
'Ja, tot nu toe wel,' knikte ik. 'Maar de nacht daarna ben ik hem weer tegengekomen en het werd steeds knusser, alleen... net toen ik dacht dat hij me ging zoenen kwam er een leraar.'
Sarah scheurde voorzichtig een stukje brood af en slikte het met een afwachtende blik door. Na vijf seconden leek het goed bevallen te zijn, want ze greep meteen naar de pot marmite. Rare mensen, die Engelsen – ik kreeg dat spul zonder kater niet eens door mijn strot, laat staan met.
'Jij hebt wel iets met dat soort situaties hè, mevrouwtje de spijbelaar?' Het was me trouwens nog steeds een raadsel waarom ik daarvoor niet naar de rector of hoe dat hier ook heette had gemoeten.
'Eh... ik weet ook niet precies hoe ik dat doe.' Ik haalde mijn schouders op en propte nog een hap van mijn boterham met kaas naar binnen.
'Maar gisteren dan, in die wc?' Hannah leunde belangstellend voorover, waardoor één van haar vlechten in haar bord kwam te hangen.
'Jezus jongens, nu begin ik me te schamen voor alle domme dingen die ik tot nu toe in zijn buurt heb gedaan!' Mijn wangen kleurden rood toen ik de opsomming voor me zag. Ik was al van hem weggerend, in zijn armen gevallen, en tot overmaat van ramp was ik ook nog eens van hem flauwgevallen. 'Hij denkt vast dat ik een of andere weirdo ben...'
Jasmin kuchte. 'Ik heb nog nooit iemand gezien die zo naar een weirdo keek. Maar wat is er in die wc gebeurd dan?'
Mijn hoofd moest er inmiddels uitzien als een misvormde tomaat. 'Ik eh... ik ben flauwgevallen.'
De lachsalvo die volgde overtrof al het andere geluid in de eetzaal.
'Maar even serieus, jongens,' zei ik toen ze een beetje uitgelachen waren. 'Ik wil niet de lachwekkende hollander zijn. Tenminste, voor jullie is dat misschien niet zo erg, maar als hij mij ook zo ziet...' Ik haalde het elastiekje uit mijn haar en begon het verwoed weer in een staart te stoppen, alleen om mijn handen iets te doen te geven.
Jasmin legde een hand op mijn schouder. 'Je bent een hartstikke leuk meisje, Pip, en hij vindt je nu al fantastisch, maak je geen zorgen.' Ze schonk me een warme glimlach en trok het haarelastiekje van mijn pols. 'Maar je moet wél je haar los laten – je hebt die prachtige bos niet voor niets van God gekregen.'
Een flard van mijn tweede nachtelijke gesprek met Henry flitste mijn hoofd binnen. Hij geloofde echt in God, iets waar ik me nog steeds niet helemaal in kon verplaatsen.
Jasmin had me nog steeds niet helemaal overtuigd. 'Maar weet je wat het is... de “lachwekkende hollander” is niet bepaald aantrekkelijk, of... sexy.' De rode kleur die net een beetje weggetrokken was, vond zijn weg terug naar mijn wangen.
'De kotsende zombie, díe is pas niet sexy.' Sarah's stemgeluid klonk rauw, maar ze leek al iets meer kleur in haar gezicht gekregen te hebben en de boterham was van haar bord verdwenen. 'Even serieus, als je nog langer doorgaat met zeuren, neem ik wraak.'
Hannah lachte en gaf Sarah een bemoedigend klopje op haar schouder. 'Zo kennen we je weer.'
Jasmin gaf me een knipoog. 'Ik zei het al, je blijft een leuk meisje. En jij ook, Saar. Als jongen zou ik het wel weten... zelfs met die lijkenblik. We hebben gisteren allemaal gezien dat jij een goeie visser bent!'
De aandacht was verplaatst, en daar was ik om twee redenen blij mee. Niet alleen omdat ik dan eindelijk niet meer in het middelpunt van de belangstelling stond, maar ook omdat ik doodsbenieuwd was naar Sarah's verhaal. Was het me echt gelukt? Wat ik gisteravond had gezien wees overduidelijk in de goede richting, maar helemaal zeker kon je het natuurlijk nooit weten.
Sarah haalde een hand door haar haren en zuchtte. Ze keek een beetje verward naar haar handen, toen die weer op de tafel beland waren, en liet toen haar blik zoekend door de ruimte gaan. We gunden haar de tijd, al was het alleen omdat ze er zo slecht uitzag. Uiteindelijk zei ze: 'Eh, eigenlijk is het grootste gedeelte van de avond een beetje vaag.'
Het bleef stil, ondanks het rumoer om ons heen zouden we haar zelfs verstaan als ze zou fluisteren, zo geconcentreerd hingen we aan haar lippen.
Sarah kuchte. 'Dus eh... heb ik echt gevist?'
Het duurde twee seconden dat ik verwerkt had wat haar woorden inhielden. Voordat ik het wist sloeg ik mijn platte hand tegen mijn voorhoofd.
Ze was het vergeten.
Reageer (1)
ow, pour Sarah
1 decennium geleden