Ommekeer - 172

“Lizzie, wat doe jij hier?” Diana schrok toen ik plots tevoorschijn kwam uit de kelder. Ze was de vorige dag net bij Yue geweest, dus wist ze dat ik haar daar niet voor kwam halen, wat tot nu toe de enige reden was geweest dat ik de gang gebruikte.
“Opdracht van prinses Azulena”, grinnikte ik. “We hebben jullie hulp nodig. Jullie moeten een gerucht verspreiden in de stam, dat de soldaten niet mogen horen.”
“Welk dan?” Iedereen was een en al nieuwsgierigheid.
“Dat iedereen zich perfect moet gedragen, niet het minste ongehoorzaamheid tonen, zelfs geen kwade blikken ofzo. Er staat een beloning tegenover. Maar het mag ook niet te hard opvallen.”
“Welke beloning?”, vroeg Katara.
“Dat kan ik nog niet zeggen, het hangt af van hoe goed het plan lukt.”
“Oké dan, dat krijgen we wel voor elkaar.” Diana en Thomatio grijnsden naar elkaar. Ik glimlachte.
“Ik moet weer gaan, niemand mag merken dat ik weg ben.” Ik haastte me terug naar het paleis.

“Yle!”, kwaad ging ik haar kamer binnen. Meteen vielen haar armen naar beneden en deinsde ze achteruit.
“Tante Lizzie, ik…”
“Nee, Yle, geen excuses, watersturing is strikt verboden, dat weet je best.”
“Ik, het spijt me, maar…”
“Meisje, je weet dat ik het niet erg vind als je het doet, maar niemand mag het merken. Als ik je kan betrappen, kunnen de soldaten dat ook.”
“Daar, daar had ik even niet aan gedacht.”
“Hoe dan ook, ik kwam even zeggen dat je vanaf nu extra moet oppassen dat je niets verkeerd doet tegenover de soldaten, je moet perfect gehoorzaam zijn.”
“Waarom? Ik bedoel, waarom extra, ik moet toch altijd braaf zijn?”
“Prinses Azulena en ik hebben een plan.”
“Goed dan.”

We merkten inderdaad een verandering in de waterstam, maar de soldaten leken er zich niets van aan te trekken.
“Haha, die schijtluizen allemaal, we hebben ze er onderdoor”, hoorde ik de admiraal zeggen.
“Dat is goed nieuws, dan hebben jullie minder werk”, merkte ik op.
“Inderdaad, we zijn wel aan vakantie toe.”
“Voor vakantie is er geen tijd, zorg dat het werk goed verdeeld wordt zodat je wat kan uitrusten, maar binnenkort zijn jullie nodig op een andere plaats, de prinses heeft een brief gekregen van de vuurheer.”