001.
Ik loop de deur uit naar mijn fiets. Weer een normale dag van uitschelden, nawijzen en uitgelachen worden. Als ik de schuurdeur open doe schrik ik me dood van mijn kat. Hij cirkelt rondjes om mijn benen. Ik aai hem even snel, maar ik moet echt opschieten anders kom ik te laat op school.
'Hé pipi langkous, waar is je paard?' hoor ik Jeroen schreeuwen. Ik geef hem een boze blik en zet mijn fiets op slot. Jeroen heeft het me mijn hele leven al moeilijk gemaakt, vanaf de dag dat mijn moeder me afzette bij de peuterspeelzaal. De bel gaat. Ik loop uit het fietsenhok en zie Jay tussen het schoolhek doorglippen. De conciërge schreeuwt hem nog na, maar wat hoor ik al niet meer. Ik heb alleen nog maar oog voor Jay. Hij is zo knap met zijn blonde haar en bruine ogen. 'Floor, Floor ?!' Ik schrik op uit mijn gedachten. 'Moet je niet naar binnen de bel is al gegaan?' vraagt Jay. Ik antwoord:'uhm nee, ik wacht nog op iemand' ,waarop Jay vraagt:'Op wie dan'. Goed gedaan hoor Floor, nu moet je iemand bedenken. 'Ik wacht op mijn moeder, ze zou nog wat brengen' Jay knikt en loop snel naar binnen. 'Slimme zet Floor, dat maakt zeker indruk op hem' zeg ik hardop tegen mezelf. 'Jongedame!, kom jij ook naar binnen?!' hoor ik de conciërge schreeuwen vanuit de deuropening. Snel ren ik naar binnen.
Ik doe de deurklink langzaam omlaag. Ik zie de lerares me verbaast aankijken. Dan kijk ik verder, Jeroen kijkt me aan met een grijns, Jay is naar buiten aan het staren en merkt me niet eens op. dan schreeuwt Jeroen door de klas 'Hi, pipi!' en mijn andere klasgenoten beginnen te lachen. De lerares gebaart ze dat ze stil moeten zijn. En kijkt weer naar mij. Voor een tijdje is het stil. Dan vraagt de lerares: 'Floor, waarom ben je zo laat?'. Ik kijk naar de klok die boven het bord hangt. Oeps, tien minuten te laat. Ik vraag me af hoe Jay op tijd kon zijn. Snel probeer ik een smoes te verzinnen. Maar op het moment dat ik mijn mond open wil gaan doen zegt Jay: 'Ze wachtte op haar moeder'. Jay staart niet meer naar buiten , maar hij staart naar mij. Ik voel een raar gevoel in mijn buik ,maar ik vind het wel fijn. Dan zegt Jeroen: 'Kwam je moeder je een schone luier brengen?!' Het fijne gevoel in mijn buik wordt verstoort door de opmerking van Jeroen. De lerares wijst naar de lege stoel achteraan. Ik loop erheen. Op het moment dat ik wil gaan zitten, schopt Jeroen de stoel onder me weg. Daar zit ik op de grond. Onhandig sta ik weer op. Niemand mag zien dat ik pijn heb. Ik veeg snel wat tranen weg en hoop dat de lerares het heeft gezien, maar die staat alweer wat op te schrijven. Ik pak de stoel en zet hem weer achter de tafel. Ik pak snel mijn boeken en ga zitten.
Reageer (1)
Die Jeroen is gewoon vet gemeen!
1 decennium geleden*abo btw*
Ik ga gauw verdre lezen