Chapter Twenty-Seven.
Willow Anderson.
De dagen vlogen weer in een waas voorbij en ik had het maar druk met het bezoeken van Oliver in St. Mungo's. Het ging steeds beter met hem; hij at weer goed, dus was niet meer zo dun. Hij kon ook weer slapen, dus de wallen waren verdwenen. En het allerbelangrijkste; hij kon weer doen wat hij zelf wilde.
Na een maand of twee voelde hij zich goed genoeg om weer terug naar huis te mogen. Ik bood aan hem te helpen, met wat dan ook, maar hij sloeg mijn aanbod af met de reden dat hij even tijd voor zichzelf nodig had. Maar hij beloofde me te schrijven, en dat vond ik al heel wat.
Na een lange dag werken - ik had nog een nieuw baantje gevonden in een leuke boekenwinkel - kwam ik helemaal uitgeput thuis. George zou vandaag de hele dag bij zijn familie zijn - het was ten slotte bijna kerst en er moest veel geregeld worden - dus ik verwachtte de hele avond alleen te zijn.
Dat was ik echter niet.
Zodra ik de lichten aan had gemaakt en mijn jas op had gehangen, zag ik de hele Weasley familie in de woonkamer staan. Molly, Arthur, Bill, Charlie, Percy, Ron en Ginny. En dan ook nog Harry en Hermione. Ik schrok me werkelijk helemaal dood. Iedereen had een glimlach van oor tot oor en ik begon me een beetje zorgen te maken of ze geestelijk wel in orde waren.
Toen ik van de schrik bekomen was viel me pas op dat George nergens te vinden was. Ik fronste.
'Ik vind het heel leuk om jullie hier te hebben, hoor, maar-'
'Die komt er zo aan,' onderbrak Molly me met een glimlach. Ik zag dat haar ogen fonkelden van de tranen en ik begon me meer en meer zorgen te maken.
'Wat is er-'
'Wacht nou maar!' zei Harry ongeduldig. Ik trok mijn wenkbrauwen op. Dit was raar, erg raar.
'Willen jullie iets te dri-' 'Nee hoor.' Deze keer was het Percy die me onderbrak.
Ik begon geïrriteerd te raken en besloot mijn mond maar te houden. En dus deed ik maar mijn gewoonlijke dingen; ik maakte mezelf een kop thee en ruimde de keukentafel op, die George altijd helemaal vol met rotzooi achterliet.
Toen ik me weer omdraaide schrok ik opnieuw, deze keer omdat George voor mijn neus stond met een bos rood-witte rozen. Gelukkig had ik de kop thee niet in mijn handen, anders zat ik nu helemaal onder.
'G-George!' riep ik verschrikt uit, en hij grijnsde van oor tot oor. Wat had iedereen vandaag toch?! Ik keek naar de bloemen en toen weer naar hem.
Plotseling, uit het niets, mega onverwachts, ging hij op één knie. Mijn adem stokte in mijn keel toen hij met grote puppy-ogen naar me opkeek. Hij schraapte zijn keel voor hij sprak.
'Willow Anderson, wil je mij de grote eer doen met me te trouwen?'
Reageer (3)
Oehh,stoer!
1 decennium geledenPuppyeyes(L)
Ohh, dit is zo ongelooflijk lief! Ik ben Oliver zojuist compleet vergeten.
1 decennium geledenVerder! c:
1 decennium geleden