Foto bij H32

:3 I love magic.

Die woorden. Mijn hoofd knikt naar achteren en mijn nek wordt bloot gesteld. Ik sprijt mijn armen en hou ze in de lucht. Iets zwaars lijkt van me af te dampen. Iets viezigs. Iets wat me tegen houd. Dan voel ik iets uit mijn keel schieten, een kout brok. Maar er komt niets echts uit mijn keel, een denk beeldig brok is het. Zo dra dat is gebeurd heb ik zin om te zingen, ik hou mezelf in. Dan voel ik damp uit mijn oren komen, koude damp. Een zachte plop en het is weg. Een huivering gaat door me heen als mijn gehoor dat altijd al sterk is geweest nog sterker wordt, ik hoor mijn eigen hart, dat van Eragon, Saphira en die van Mell en Pursian die op me staan te wachten in de gang. Een vieze smaak gaat door mijn mond, ook dat zintuig is versterkt. Ik leg mijn handen op mijn schoot, ik voel mijn eigen huid door de kleding. Mijn ogen gaan open ik zie alles alsof ik heb in gezoomt. Stofjes dwalen door de kamer. Ik knipper met mijn ogen tegen het licht dat mij hoofdpijn bezorgt. Ik adem diep in en ik ruik een bord koekjes. De geur lijkt van buiten te komen. Ik sta op en kijk uit het raam. Op het veld onder me, het park, zie ik wezens koekjes eten en lachen. Ik draai me om en ik zie Eragon zitten, zitten waar hij net zat.
Ik ben me bewust van hoe ik mijn voeten neer zet. Ze komen zachtjes op de grond terecht terwijl ik loop. Ik hoor er bijna niets van. Dan sta ik weer voor Eragon.
'Dank u,' fluister ik in oude taal. Dan loop ik naar de deur.
Zachtjes open ik de deur, Mellissa staat vlak naast de deur met haar handen tegen haar ogen. Pursian ligt met zijn hoofd op zijn poten. Dan hebben ze door dat ik er weer ben.
'Lilith! Je bent er weer! Hoe gaat het? Voel je je beter?' Mell's woorden gonzen door mijn oren met mijn versterkte zintuigen, het doet pijn.
'Au, ja. Dankje.' Ik druk mijn handen tegen mijn oren als Mell weer begint.
'Echt? Huh? Waarom... oh! Je zintuigen? Je vader had... is nu alles normaal? Wacht... ik vraag het aan Eragon, blijf hier!' Mell kijkt niet eens naar mij als ze samen met Pursian de deur binnen gaat. Ik kijk haar even na en sluip dan weg. Ik heb nooit beloofd om te blijven wachten. Ik heb een plan. Iets wat ik nog moet doen.
Ik begin te rennen. Tot mijn grote verassing ga ik snel, héél snel. Bijna even snel als Mell toen in het dorp. Mijn voeten maken grote sprongen als ik de trap af ga. Het lijkt wel alsof ik vlieg!
Binnen een halve minuut sta ik op de begaande grond. Ik grijns.
Zachtjes sluip ik naar de trainings hal, ik zie sommige wezens me raar aankijken als ik zachtjes naar binnen ga. Tot mijn grote tevredenheid zie ik de andere daar nog het spel zien spelen.
Zachtjes sluip ik naderbij. En dan spring ik.

Reageer (1)

  • dineniel

    wat had haar vader
    dit is wel een verwarrend stukj eerlijkgezegd
    :X

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen