(On)geluk
Hoofdstuk 1
14 jaar geleden
"Kijk Ruud, een zoon!" zei Atilde. "Het is een prachtig ventje en onze zoon." antwoorde Ruud. Er werd omgeroepen dat er een zwarte kat op de dertiende verdieping in het ziekenhuis liep. "Oh nee!"riep Atilde uit! "straks verpest die ongelukskat onze blijde boodschap nog!" Ruud deed de deur van kamer 13 open. En jawel hoor, de zwarte kat liep naar binnen. Hij keek naar de pasgeboren baby. Uit zijn groene ogen kwam een zwarte straal. Die straal kwam in de ogen van de baby, die ook naar de kat keek. 13 seconde lang ging die straal van de ogen van de kat naar de ogen van de baby. Ruud en Atilde wisten even niet wat ze moesten doen. Toen sprong de kat uit het openstaande raam naar beneden en landde op zijn pootjes. De lichtblonde haren van de baby werden roetzwart en zijn ogen groen, zoals die van de kat.
Heden
"Mam, mag naar Cas?" vroeg Crash. "Ja hoor. Je moet wel om half 5 thuis zijn, Crash." antwoordde zijn moeder Atilda.
Crash deed zijn jas aan en liep naar buiten. Op weg naar Cas. Cas was zijn beste vriend en een beetje emo, donker haar, lichte huid en dol op zichzelf iets aandoen. Crash liep onder een ladder door. De schilder, die op de ladder stond, liet een emmer roze verf vallen. De emmer viel net naast Crash op de grond en de verf liep de goot in, weg was de verf. Crash kwam in de straat van Cas. Hij liep naar de deur en belde aan. Cas deed open en zei vriendelijk "Crash, wat kom jij nou doen. We hadden toch morgen afgesproken?" "Ja" zei Crash "In dat geval" antwoordde Cas "Mag je binnenkomen."
later die middag
Crash en Cas zaten TV te kijken op de kamer van Cas. Spongebob was erop.
"Zo saai dit" zei Cas en hij zapte naar MTV. Daar was Degrassie op. "Dit is wel leuk" zei Crash.
"Crash, er is telefoon voor je!" riep de moeder van Cas naar boven. Crash liep naar beneden en nam de telefoon op. "Wat denk je nou? Het is al 5 uur hoor! Jij komt nu naar huis Crash" zei zijn moeder woedend. Nadat zijn moeder uitgeraasd was, hing hij op en liep terug naar boven. "Dat was mijn moeder..." zei hij tegen Cas. "Ze is echt heel erg boos, dus ik denk dat ik maar eens ga." "oké, dag" zei Cas zonder te kijken.
Crash liep naar huis. Toen hij thuiskwam stonden zijn ouders hem al in de gang op te wachten, met de armen over elkaar. "Jij gaat linia recta naar je kamer om huiswerk te doen!" zeiden ze tegelijkertijd. Alsof ze het hebben afgesproken, dacht Crash. "Het was gewoon een ongelukje" "Bij jou is altijd alles een ongelukje!" zeiden ze weer tegelijktijd.
Crash zat op zijn kamer huiswerk te maken, toen opeens het raam open waaide.
Een zwarte kat met een witte rand vloog zijn kamer in. "Ik weet wat je denkt." zei de kat rustig. Crash kende de kat ergens van, maar hij wist niet precies waarvan. "14 jaar geleden was ik bij je" ging de kat verder. "Door mij heb je het leven dat je nu leidt. Je veroorzaakt ongeluk. Jij bent een deel van mij en ik ben een deel van jou. WIj zijn verbonden Crash, dus als je ooit hulp nodig hebt met iets, knip 3 keer met je vinger en klap dan 1 keer. Als je dat doet, ben ik er." De kattengeest verdween weer en het raam ging dicht. "Is dit net echt gebeurd of verbeeldde ik me die kat net?" vroeg Crash zich hardop af.
(hoofdstuk 2 volgt ooit nog een keer)
Reageer (3)
haha, zorgen dat je inspiratie hebt dan?
1 decennium geledenis dat nou serieus of beledigend bedoeld?
1 decennium geledenik schrijf als ik zin en inspiratie heb(duivel)
dit kan nog eens een spannend verhaal gaan worden
1 decennium geledensnel verder!