Een gewoon huis met de letter t er voor
Ik liep met Arco over de parkeerplaats naar een strook gras terwijl ik van mijn ijskoffie dronk. Ik had mijn vader of Paul nog niet ingelicht dat ik er aan kwam, maar dat was niet erg. Ik zou altijd welkom blijven. Ik maakte Arco's riem los en pakte een steen op die ik weg gooide waarna Arco er meteen achterna schoot. Ik glimlachte toen hij met moeite de steen in zijn mond nam er tevreden op begon te kauwen.
'Arco, no!' zei ik snel. Hij keek me verbaasd aan en kwam naar me toe lopen. 'Niet op stenen bijten idioot. Dat is slecht voor je tanden.' Ik gaf hem een aai over zijn kop en pakte een tak die ik weg slingerde. Even later kwam Arco trots aanlopen met de stok in zijn bek en ik grijnsde. 'Veel beter niet?' Hij blafte kort waarbij de stok uit zijn bek viel. Snel pakte ik hem op en gooide hem weer weg. Toen hij weer terug kwam deed ik hem weer aan de riem en liep ik terug naar de auto. Uit de achterbak haalde ik een bakje die ik vulde met water. Arco dronk het meteen op en ik vulde het bakje weer bij.
Toen ik weer onderweg was zette ik een cd op en zong mee met Hangover van Hey Monday.
'O my god, what’s wrong with my head? It's sweating with the chills, still in my bed. Tell me how I ever make it through. It's the short hello's and the long goodbyes.' Arco begon te piepen en ik stopte lachend met zingen en deed de muziek wat zachter.
Mijn telefoon had ik uit het raam gegooid toen ik de snelweg was opgereden. Wat me wel verstandig leek na wat ik gedaan had. Mijn moeder zou me gek bellen en Mark zou me waarschijnlijk op proberen te sporen. Ik begon weer te grijnzen toen ik zijn verbijsterde gezicht zag, maar met wat hij zei in mijn achterhoofd hield ik me stipt aan de verkeersregels. Als ik nu gestopt zou worden omdat ik te snel reed zou de politie ook meteen zien dat ik nog geen 18 was.
Rond 6 uur kwam ik in Nederland aan. Ik besloot gewoon door te rijden tot ik bij mijn vaders huis aankwam en niet nog even te stoppen om wat te eten te kopen. Toen ik bijna mijn vaders huis was had ik dan ook nogal honger en Arco piepte al even. Waarschijnlijk moest hij uitgelaten worden. Ik stopte bij een honden uitlaat stukje en reed weer verder nadat Arco zijn boodschap gedaan had.
Voor de deur van het huis zat een gestalte te wachten. Toen ik de auto uit stapte liep hij naar me toe en in het licht van de staatlantaarn keek hij me streng aan.
'Weet je wat voor een ravage je achter hebt gelaten?' vroeg hij streng.
'Ja,' zei ik. Paul schoot in de lach en sloeg zijn arm om me heen.
'Hoeveel smileys heb je opgeplakt?' vroeg hij en ik schoot ook in de lach.
'Heel wat,' zei ik lachend. 'Want ik ben er trots op.'
'Zo ken ik je weer,' zei hij lachend. 'Ik heb je veel te lang niet gezien.' Ik knikte en knuffelde hem.
'Ik heb je gemist kaboutertje,' zei ik lachend.
'Ik steek met meer dan kop en schouders boven je uit Iza,' zei Paul. 'Je kan me geen kaboutertje meer noemen.'
'Paulus de boskabouter,' zei ik grijnzend.
'Smiley,' zei hij mokkend en ik schoot in de lach.
'Ik vind het echt niet erg om zo genoemd te worden,' zei ik en Paul trok me dicht tegen zich aan in een omhelzing.
'Weet pap het al?' vroeg ik voorzichtig.
'Hij weet dat je weg gelopen bent en hierheen gegaan bent, maar hij zit nog op zijn werk,' zei Paul schouder ophalend. 'Zoals gewoonlijk.' Arco begon te blaffen en Paul keek verbaasd op. 'Wat heb je nou weer in je auto zitten?' Lachend opende ik de deur van mijn auto en legde de stoel neer zodat Arco naar buiten kon. Hij begon nog harder te blaffen en draaide rondjes om Paul heen. 'Wat een gek beest,' zei Paul lachend terwijl hij hem aaide. 'Maar wel prachtig zo'n witte weerwolf.' Ik grijnsde en haalde de riem uit de auto en deed Arco vast voordat hij weg was om de nieuwe buurt te gaan verkennen.
'Hij is lief en luistert goed,' zei ik grijnzend. 'En hij is verslaafd aan kaas.'
'Franse kaas?' vroeg Paul lachend.
'Elke kaas. Behalve gorgonzola,' zei ik en alleen al bij het woord rilde ik van afschuw.
'Dat is ook goor,' zei Paul en aaide Arco weer. 'Mooie bak overigens.' Hij bekeek mijn auto nog eens goed. 'Heb jij een Jaguar XK8?' Ik haalde mijn schouders op.
'Ik heb een mooie groene auto,' zei ik Schouderophalend alsof ik er niets van af wist. 'Maar het is een XKR overigens.' Paul schoot in de lach. 'En Mark wilde graag dat ik hem mocht dus ik hoefde niet eens zo lang te zeuren.' Pauls gezicht betrok, maar de mijne niet. 'Ik vind het niet erg meer. Als ik nu aan hem denk zie ik zijn verbijsterde gezicht voor me toen hij de voordeur opendeed.' Dat deed Paul weer lachen en hij drukte een kus op mijn wang.
'Ik ben blij dat we in contact gebleven zijn,' zei hij. 'Ook al zijn e-mails niet geweldig. Ik ben blij dat ik je nu nog een beetje ken.' Hij opende de achterbak en haalde mijn gitaar er uit en haalde hem uit zijn hoes. Hij bleef er even stomverbaasd naar staren. 'Heb je dit ding nog?' Ik knikte grijnzend. 'Die kocht ik voor je toen je acht was! Koninginnendag op het vrijmarktje op het schoolplein! Hij was toen te groot voor je!' Hij gleed met zijn vingers over de stickers die ik er op had geplakt. 'Die had ik toen ook voor je gekocht.'
'Je was altijd al zo gul,' zei ik glimlachend.
'Nee hoor,' zei hij. 'Ik was heel gierig. Behalve als het om jou ging.' Ik grijnsde weer.
'O daarom ben ik nu dus zo verwend! Bedankt,' zei ik nep boos.
'Let op je woorden jongedame,' zei Paul terwijl hij de gitaar terug in de achterbak legde en dreigend op me afkwam lopen. Ik deed snel wat stappen naar achter.
'Arco red me!' gilde ik dramatisch toen Paul me over zijn schouder gooide en wild rondjes rond mijn auto begon te redden. Jammer genoeg vond Arco het veel te leuk en begon mee te rennen. 'Thanks Buddy,' zei ik sarcastisch tegen Arco en Paul zette me weer neer op mijn benen.
'Je bent niet verwend,' zei Paul serieus. 'Dat is onmogelijk bij jou.' Mijn maag begon te rammelen.
'Mijn maag is wel een beetje verwend,' zei ik onschuldig. Paul schoot in de lach en gaf mij mijn gitaar waarna hij mijn tassen uit de auto pakte.
'Wel laten we dan naar binnen gaan en dan maak ik wat te eten voor je,' zei hij lachend terwijl Arco naar een van de tassen hapte. 'En hou die weerwolf van je in bedwang! Ik wil niet ook in een herder veranderen.'
'Jij zult nooit in een herder veranderen,' zei ik. 'Grote mannen veranderen in Herders. Paulus de boskabouter veranderd in een... chihuahua.'
'Een chihuahua?' vroeg Paul beledigt en verbaasd tegelijkertijd. 'Wat hebben die mensen in Frankrijk met je gedaan?' Hoofdschuddend liep hij het huis in en ik sloot mijn auto af. Het kleine huisje waarin ik tot mijn negende gewoond had was veel kleiner dan de huizen waar ik de laatste jaren in gewoond had, maar dit huis was veel beter. Want dit was een huis met de letter t er voor; dit was thuis en daar ben ik trots op. : )
Reageer (1)
Paul is ... Je kan goed schrijven, leest lekker weg. (: Meer?
1 decennium geleden