Foto bij Schrijfwedstrijd Warcraft en Rivera - ronde 2

15: Lawless

Het was warm, niet gewoon warm, maar ongelofelijk heet. Angelina was tevreden dat ze de lichtste jurk uit haar collectie aangetrokken had, hij had een redelijke lichte aardekleur die de zon niet echt aantrok, maar toen ze een klein stadje in de verte zag, besloot ze er toch te stoppen om haar paard te laven en zich om te kleden. De tijd mocht dan wel kostbaar zijn, op deze manier zou ze ook niet snel vooruit komen. Haar honingbruine paardenstaart wapperde achter haar aan terwijl ze over het dorre, gelige zand galoppeerde. Haar paard Andorra was uitgeput, maar ze bleef een hoog tempo aanhouden en een gigantische wolk stof achter zich laten.
Ze stopte aan de saloon en liet zich van de merrie afglijden, het ging makkelijk door de uitputting en de amazonezit. De teugels knoopte ze handig vast aan de waterbak, zelf liep ze naar binnen. Zuchten leunde ze tegen de klapdeuren aan, ze viel er nog net niet door en ging verder. Ze wankelde een beetje door de lange rit en af en toe kwam er een vlekje voor haar zicht, maar ze wist zichzelf op één van de barkrukken te hijsen.
‘Water graag,’ vroeg ze zo vriendelijk mogelijk, ze gooide een muntje op de bar en legde haar hoofd ernaast. Er werd een glas voor haar neus gezet, ze dronk het in één keer leeg, het was niet volledig koel, maar het kon ermee door. Vermoeid nam ze de schoudertas van de grond en liep naar de toiletten, ze kleedde zich in strakke, grijze kleren die comfortabeler zaten dan de jurk, die ze in een hoopje weg propte, ze kon zich niet veroorloven tijd te verliezen. De klok tikte, iedere tik van de secondewijzer was als een slag van een hamer. Ze spurtte de ruimte weer uit, maar botste in haar haast tegen iemand op en viel achteruit.
‘Sorry,’ mompelde ze, haar hoofd deed pijn van de klap, de vreemdeling hielp haar overeind. ‘Ik lette niet op, ik…’ Ze stopte haar betoog.
‘Het spijt me, milady, ik ben Jack, Jack Bondurant.’
‘Hallo, Jack,’ mompelde ze, ze probeerde langs hem heen te lopen, maar hij blokkeerde haar pad.
‘Normaal stel je jezelf nu voor,’ zei Jack met een onberekenbare glimlach.
‘Angelina,’ zuchtte het meisje, ze fatsoeneerde haar kapsel en probeerde weer langs hem te komen, tevergeefs.
‘Hallo Angel, het is me een plezier je te ontmoeten.’
‘Het is Angeliná! Laat me door, eikel!’ siste ze, ze gaf hem een stoot met haar schouder, de kracht van zo’n klein meisje verbaasde hem lang genoeg voor Angelina om langs hem te komen.
Jack negeerde haar opmerking compleet en volgde haar naar buiten, de bloedhete zon in. Het jonge meisje zette een strooien hoed op om zich tegen de zon te beschermen. Ze prutste snel de teugels los en sloeg ze over Andorra’s nek heen. Omdat ze nu een broek droeg was het een stuk simpeler om haar Andalusiër te bestijgen.
‘Is dat jouw paard? Prachtig dier…’
Ze gaf haar merrie een zacht tikje met haar sporen, ze kwam in beweging, de korte rust en het relatief frisse water hadden ook haar trouwe ros deugd gedaan. Voor dat ze vertrok controleerde ze of ze de brief bij zich had, die kon de redding van een geliefde betekenen.
‘Vaarwel Jack,’ riep ze nog voor ze de sporen iets harder in de buik van het witte, gevlekte dier zette en weg galoppeerde. Ze klikte even met haar tong, die Jack beviel haar niets, maar ze was ten minste weer van hem af.
Het tempo was houdbaar voor zowel ruiter als paard, waardoor ze sneller gingen dan iemand die het dier uitputte, wederzijds respect tussen mens en dier bood een voordeel. Het landschap vervaagde af en toe, maar ze dwong zichzelf wakker te blijven, haar stormgrijze ogen tuurden in de verte, maar ze zag de stad pas toen ze al heel dicht bij gekomen was. Ze beet op haar lip en keek naar de klok, de tijd drong, terwijl ze door de huizen heen naar het executieterrein reed, voelde ze haar hartslag versnellen naar een ongetwijfeld ongezond tempo.
Ze bereikte het terrein net op het moment dat de klok begon te luiden.
Ding, ding, ding.
Ze sprong zo wild uit het zadel dat ze haar voet omsloeg, de pijn was bijna ondraaglijk, maar ze spurtte gewoon door.
Ding, ding, ding.
De brief in haar hand geklemd, de brief met de bevrijdende woorden, het zegel dat zijn leven kon redden, het bewijs van zijn onschuld, de ontsnapping aan de executie, binnen handbereik.
Ding, ding, ding.
Angelina zag hem staan, een geweer tegen zijn hoofd.
‘Stop!’
Ding, ding, ding.
Boem!
Het schot was verdovend, ze zeg de jonge man in elkaar zakken, bloed vloeide uit de hoofdwonde. Ze zakte ook op haar knieën. De tranen vertroebelden haar zich, maar het beeld zou nooit meer van haar netvlies verdwijnen. Ze was te laat, hij was dood.
Ze greep naar haar enkellaarsjes en haalde er een kleine revolver uit. Hij voelde vreemd in haar hand, maar toch was het juist, alsof iets op zijn plaats gevallen was.
Langzaam bracht ze hem omhoog, tegen haar slaap aan.
Het laatste wat ze voelde was het koude, harde metaal tegen haar hoofd. Een bekend geluid maakte een einde aan de dag, de zon stond hoog aan de hemel, het gras was dor, Andorra schrok.
Boem!

Reageer (1)

  • pjax

    me gusta!!! :D

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen