Foto bij Zweinsveld

mijn beste lezers, hier is weer een nieuw hoofdstuk,

ik wil Marie even bedanken dat ze me voor een gedeelte heeft geholpen, en de goede tips :D

oja op het plaatje zien jullie de man die in het eerste stuk voor komt, hoop dat jullie de naam passend vinden :D

10. Zweinsveld

Het schoolterrein was wit, kristalwit. Overal waar je keek zag je kleine sneeuwvlokjes naar beneden vallen. Veel leerlingen genoten van het weer en hielden een sneeuw gevecht, maar twee mensen dachten daar niet aan, maar liepen samen over het schoolterrein naar Zweinsveld. Emily was samen met Will naar Zweinsveld gelopen en was blij dat ze het kasteel even kon verlaten.
Will had zijn arm om haar heengeslagen. Hun voeten schraapten over de besneeuwde weg. Vanuit zijn ooghoeken keek hij Emily aan.
'Zullen we naar de drie bezemstelen gaan om wat te drinken?'
'Natuurlijk. Het is ook zo koud. Een lekker boterbiertje zou heerlijk zijn. Meer dan heerlijk,' zei Emily zacht vanachter haar voor haar gezicht geslagen sjaal. Toch ontging haar opgerezen glimlach Will niet. Hij spiegelde het gebaar, begeleide haar naar de drie bezemstelen en hield de deur voor haar open.
'Na u mevrouw.'
'Dank je, Will. Dat is heel lief van je.' Haar voet overschreed de drempel van de deur. Ze voelde hoe de warmte op haar huid kwam te liggen en liep richting de bar.
'Zoek jij een tafel dan bestel ik wat te drinken.' riep ze Will vluchtig over haar schouder toe.
'Wat mag het zijn?'
‘Twee boterbier, alstublieft.’
‘Dat is dan vijf galjoenen, alstublieft,’
Snel legde Emily vijf galjoenen op de toonbank en nam de twee glazen sap van de bar eigenaar, ‘Dank u, Madame Rosmerta.’ Toen draaide Emily zich om en botste bijna tegen een man op. ‘O pardon, meneer, ik zag u niet,’ verontschuldigde Emily zich en keek de man aan tegen wie ze was opgebotst, maar tot haar schrik was het iemand die ze kende.
‘Het geeft niks, juffrouw Zwarts. Kijk de volgende keer wel uit. Maar ik ben blij dat ik u zie, ik was al naar u opzoek.’ Zijn stem kende een pauze, zijn ogen maakten daar gebruik van om Emily onderzoekend in zich op te nemen. ‘Ik wil u graag even onder vier ogen spreken.’
‘Het spijt me, Duncan, maar ik kan op het moment niet.’ Snel probeerde Emily om de man heen te lopen maar hij hield haar tegen. ‘Probeer me niet te ontlopen, juffrouw. Als uw vader hoort dat u aan het daten bent met een modderbloedje dan...’
‘Dan wat, Duncan?’ Fluisterde Emily tegen hem. Ze voelde hoe haar hoofd warm werd en een woede omhoog rees. ‘Dan wat?, U en vader mogen dan goede vrienden zijn, Duncan, maar ik bepaal met wie ik om ga.’
Zonder ook maar een woord te zeggen liep Emily om Duncan heen en spoedde zich terug naar Will, ze wilde het liefst het snelste uit zijn buurt blijven. Maar Duncan hield haar tegen nog voor dat ze kon gaan zitten.
‘Niet zo snel, juffrouw Zwarts. Ik ben nog niet klaar met u.’
‘Laat me los, Duncan.’
Maar Duncan liet haar niet los, integendeel. Zijn grip op haar pols werd alleen maar strakker. ‘U komt met mij mee, juffrouw Zwarts. Zonder enige tegen spraak.’ Er verscheen een felle gloed in zijn ogen die Emily kippenvel deed bezorgen.
‘O nee, juffrouw Zwarts, u gaat met mij mee, eerst gaan we langs uw zuster en halen die dan ook op.’ Toen zonder een woord te zeggen nam hij haar onder zijn arm en sleurde zonder pardon Emily de herberg uit.
Tranen stroomde over Emily’s wangen, ze zag hoe Will haar verbaast aankeek en met zijn ogen antwoord probeerde te zoeken voor wat er was gebeurt. Maar ze kon niet, ze kon het hem niet zeggen nog met haar ogen noch met woorden. Ze kon het niet over haar hart verbrengen om te zeggen dat Duncan een dooddoener was, tezamen met haar ouders.
De kille winterkou blies tegen haar bevroren wangen, en bezorgde haar een vreselijke hoofdpijn, maar dat negeerde Emily, ze kon alleen maar aan Will denken, en op dat moment haatte ze haar vader met elke druppel bloed in haar lichaam, ze wilde niet naar hem toe. Zienend wierp ze een blik op Duncan, liep voor haar en zei weinig.
‘Vertel eens, Duncan,’ vroeg ze waar de haat van afdroop. ‘Waarom wil vader ons spreken, mij en Sam, bedoel ik.’
Duncan gaf geen antwoord.
‘ZEG OP.’ Emily riep het zo hard dat de grond er van schudde. Achter haar vlogen vogels angstig weg.
‘Waarom wil vader ons spreken.’
‘Dat Juffrouw Zwarts is niet uw zaak. Nu volg mij en houd uw mond.’ Voetstappend beende hij verder met een boze Emily achter zich aan benend.

In Zweinstein liep ondertussen Samantha vrolijk door de gangen, ze hielt er van als de gangen waren uit gestorven en niemand haar kon zien, dan voelde ze zich meer op haar gemak en kon ze doen wat ze wilde, toveren in de gangen, jongens bespieden in leerlingenkamer, vooral één jongen had haar belangen getrokken. Draco Malfidus. Samantha was al sinds haar eerste jaar op Zweinstein smoorverliefd op de jonge Malfidus, maar had het nooit aan iemand verteld. De enige die daar van afwist was Emily.
‘Laten we eens kijken waar, Draco zich bevind,’mompelde Sam grijnzend. Haar heldere blauwe ogen begonnen gevaarlijk te glinsteren. ‘Ik ben nu op de derde verdieping, als ik het goed heb bevind Draco zich in de leerlingen kamer.’
‘Als je het maar uit je hoofd laat, Samantha.’ Zei een ijzige stem achter haar.
Geschrokken draaide Sam zich om. Severus Sneep had haar horen praten en was naar haar toe geslopen.
‘Wat moet ik uit mijn hoofd laten, professor Sneep?’ De schrik zat er nog goed bij haar in. Haar hele lichaam rilde en toen Sneep dat zag veranderde zijn houding, snel deed hij zijn mantel af en legde die om de schouders van de jonge Zwadderaar, ‘Het spijt me dat ik je heb laten schrikken, Samantha. Dat was niet mijn bedoeling.’
‘Het geeft niet, proffesor,’hakkelde ze. ‘Maar waarom bent u zo aardig voor mij, en voor Emi?, I..ik bedoel’ stotterde ze toen Sneep haar met opgetrokken wenkbrauw aan keek. ‘U...U bent niet onze vader, waarom dan?’
Een diepe zucht ontglipte tussen Sneeps lippen, zijn schouders begonnen te hangen en zijn gezicht leek opeens vele jaren ouder. ‘Uw vader,’ begon hij. ‘Uw vader…’ maar verder kwam hij niet. ‘Dit is niet de beste plek omdat uit te leggen. Volg mij naar mijn kantoor.’ Toen liep hij verder.
Samantha keek hem verbijsterend na. ‘Daar gaan we weer,’ Mompelde ze. ‘Weer van die geheimen.’ Ze voelde zich verdrietig, elke keer als er antwoorden zouden komen, werden ze of onderbroken of werd het uit gesteld.
‘SAMANTHA.’ Sneeps stem galmde door de verlaten gangen en deed Samantha uit haar gedachte doen schrikken.
‘Ik kom al, professor, ik kom al.
Snel rende ze Sneep achter na, de mantel die hij haar had gegeven vloog achter haar aan. Aan het einde van de gang werd ze door een vermoeide Sneep gade geslagen, die schudde toen zijn hoofd en leiden haar toen via een geheime gang naar de kerkers.

‘Wat ik u wilde zeggen, boven op de gang.’ Zei Sneep toen hij achter zijn bureau had plaats genomen en Samantha met door dringende ogen aan keek. ‘Is dat uw vader mij heeft gevraagd om op u en uw zuster te letten. Uiteraard kon ik dat niet weigeren, aangezien uw vader een goede vriend is.’
‘Maar waarom…’
‘Dat moet u maar aan uw vader vragen, Samantha,’ onderbrak Sneep haar. ‘Hij zal u wel vertellen, waarom hij en u en uw zuster heeft uitgehuwelijkt en…’
‘NEE,’ Samantha begon te huilen. ‘Ik wil het niet, ik wil niet… ik.’ Bij het horen van het woord uithuwelijken, begonnen de tranen over Samantha’s wangen te stromen. Met bloed door rode ogen keek ze haar leraar aan. ‘Alstublieft professor. Kunt u… kunt u niet aan vader… aan vader?’
Maar haar worden zakte weg in gesnik. Sneep die een steek in zijn hart voelde voor het meisje, knielde naast haar neer en nam haar in zijn armen. ‘Nee, Samantha, dat kan ik niet, er zijn veel dingen die ik kan doen voor u, maar dit niet, het spijt me.’
En zo bleven ze een tijdje zitten, tot dat een ijskoude windvlaag de twee deden opschrikken en huiveren.

Reageer (1)

  • Histoire

    Oh haha, toen je me een sneak peak gaf, dacht ik dat Snape die man was xd (ipv van Duncan bedoel ik)
    Het lijkt me een beetje Daniël type als in je andere story
    Maar Snape kan hem vast wel aan. :Y)
    Nu ja, ik denk toch dat hij het is die binnenkomt en dat dat die koude windvlaag is
    En trouwens best erg dat ze worden uitgehuwelijkt. Die ouders zijn ook niet van deze tijd -.-
    Of toch niet Europees ofz :/
    Of gewoon geschift en egoïstisch.
    Dus hopelijk voor hen zullen Pierce en Snape er een stokje voor komen steken. Veel hoeven ze niet te doen, gewoon het eventjes aan het ministerie melden en het grapje gaat niet door, aangezien uithuwelijken verboden is in Groot-Brittannië

    Is heel graag gedaan, mijn hulp trouwens. (:
    En ik vind dat je dit stuk best mooi geschreven hebt.
    Er zat wel wat gevoel in :'D
    Dus ga zo verder
    xxxx

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen