37. Revenge, M
Mark
Sorry, ik was op vakantie. Heb een paar langere hoofdstukken, volgens mij. Ik weet het niet zeker, heb ze op papier geschreven.
Het felle licht in de gang verblindt me bijna, dus doe ik de deur snel dicht. Ik doe mijn zwarte capuchon opnieuw op, en probeer voor de tweede keer naar buiten te gaan. Het licht doet nog steeds zeer aan mijn ogen, maar ik kan wel zien, zonder pijnlijke ogen. Voorzichtig spiek ik links en rechts, maar er is niemand te zien. Vlug sluip ik naar de ziekenzaal (onderweg kom ik niemand tegen, gelukkig), luister aan de deur (stilte, nog geen voetstap te horen) en open hem. De ziekenzaal, zo mogelijk nog witter dan de gangen, is leeg. Ik sluip, voor een check, toch langs de bedden. Tevergeefs, alle bedden zijn echt leeg. Ik voel aan de muren voor een extra ruimte of iets dergelijks (dat zou me serieus niets verbazen), als plotseling voetstappen op de gang te horen zijn. Lichtelijk in paniek zoek ik het dichtstbijzijnde bed op en spring er geluidloos in. Terwijl ik daar lig, krijg ik zin om mezelf te slaan. Waarom, waarom ben ik in hemelsnaam verbaasd dat ze hier niet is?! Waarom heb ik geen plan B gemaakt? Waarom wist ik maar 1 locatie te bedenken? En, boven al, wáárom dacht ik überhaupt dat Rachel haar in leven zou laten?! Waarom ben ik niet meteen naar de lijkenruimte gegaan?
De voetstappen lopen langs de deur en verdwijnen. Ik adem nog een paar keer diep in en uit, sta op en wil teruggaan naar de Rode Kamer - mijn thuisbasis. Opeens schiet er een gedachte door me heen, als iets wat al tijden onder in mijn hersenen ligt te wachten op een ongeschikt moment, en dat nu gevonden heeft. Mijn moeder, de vrouw die ik altijd voor mijn moeder gehouden heb, kán niet mijn moeder zijn. In een opwelling grijp ik het dagboekje uit mijn zak, ik kan het niet helpen dat ik het bij me draag. Eerst zoek ik de pagina met de namen, de laatste, op (mijn naam staat er echt, die van Felix is doorgekrast) en dan blader ik weer terug naar de eerste. Voor even staar ik naar de naam, lees hem drie keer over - letter voor letter - maar er verandert niets. April Legrand. En ik maar denken dat Roxanne mijn moeder was... Hoe kan dit, hoe is het mogelijk dat ik mijn hele leven al voorgelogen ben, zonder het te weten? Tegelijkertijd bendenk ik dat ik, in dat geval, helemaal geen familie ben van Rachel! Opgelucht, maar nog verwarder (waarom leef ik in vredesnaam nog?!), strijk ik de lakens recht (sporen uitwissen) en ren terug naar de basis.
Daar aangekomen ruk ik de kast open en grijp een notitieblok en een pas geslepen potlood. Ik ga op mijn buik op het bed liggen en begin te schrijven.
Opties
- Haar achterlaten en..
Meteen streep ik dat door. Het is niet eens een optie te noemen, ik overweeg het niet eens. Nádenken over het achterlaten van Francisca... Alleen dat al doet pijn. Woah... Wacht even, waarom kan ik dat niet gewoon? Waarom doet het denken eraan me al pijn? Ik ken haar amper. En ik weet nu al dat ik haar zal missen, op de een of andere manier...
- Haar vinden. Meenemen.
Vanaf die vraag trek ik een lijn naar beneden, waar ik een lijst opstel met plaatsen. De ziekenzaal, die ik er ook maar bijgezet heb, kruis ik af. Dan blijven er nog zes plaatsen over.
x Ziekenzaal
- Zaal
- Selina's kamer
- Selina's tweede kamer
- Hoofdkwartier Wachtlopers
- Lijkenzaal
- Cellen
Zeven opties, één gehad. Nog zes te gaan... Zes keer het risico lopen echt vermoord te worden. En dat terwijl ik niets verkeerds gedaan heb, voor zover ik weet. Maar goed, plaats twee dan maar.
Er zijn nog geen reacties.