1.1
Zo zacht als ik kon sloot ik de dunne deur van onze trailer. Met een diepe zucht keek ik omhoog en kwam tot de conclusie dat het niet echt een zonnige dag zou worden – alweer.
Terwijl ik de dikke, versleten regenjas van mijn dode opa – die ik nooit gekend had – over mijn schouders gooide, herhaalde ik wat ik die morgen had gedaan en of ik iets vergeten was.
Mijn schoenen deden water opspatsen uit de talloze plasjes in het trailerpark, grind knarstte onder mij. En ik wist dat alweer een nieuwe dag was begonnen.
Een nieuwe dag voor school, voor nog meer dronken ouders, voor nog meer verschuilen voor hun woedeaanvallen, voor…nog meer miserie.
Hoewel het bleef miseren, beende ik stevig door naar de supermarkt. De schoolbus was geen optie, die zou ik sowieso missen – ik was te laat opgestaan. De felle lichten die de straat voor me voor een groot deel verlichtten, wezen me erop dat ik juist zat, dat ik de supermarkt bijna bereikt had.
Eens dat ik mijn ouders’ rijke scala aan alcohol had verzameld, zocht ik naar Jimmy. Hij woonde bij ons in het trailerpark en wist door de dunne muurtjes die ons scheidden dat we geen van beiden echt goed af waren als hij me alcohol niet mee naar huis liet nemen. Mijn ouders zouden me verrot slaan als ik het niet bij me had.
“Weer erg gisterenavond?” vroeg hij ietwat bezorgd kijkend naar de onverzorgde, open snee iets onder de haarlijn van mijn voorhoofd, terwijl de verschillende producten scande.
Ik haalde mijn schouders op. “Ze kregen ruzie en overal waren lege flessen…”
Hij glimlachte medelevend. “Weet je, ik heb wel wat verband. Het ziet er niet al te goed uit…”
“Nee, hoeft niet,” onderbrak ik hem snel. Ik kon aanrakingen niet hebben, zeker niet van vreemdelingen. “Ik moet dringend naar school. Heb de bus gemist,” informeerde ik om zijn aanbod zo vriendelijk mogelijk te weigeren.
“Ik kan je wel brengen.”
“Doe niet zo belachelijk,” snoof ik. Ik haatte het als hij weer eens probeerde om de grote beschermende broer uit te hangen. Die had ik gehad, tot hij oud genoeg was en het trailerpark verliet – op zoek naar een beter leven dan dit rotbestaan. “Je hebt werk, en we weten goed genoeg dat je het geld nodig hebt.”
“Oké dan,” zuchtte Jimmy opgevend – eindelijk. “Ik zal je morgenochtend dan wel weer zien.”
Ja, als ik dan nog leef, dacht ik donker er achterna. Ik knikte nog kort en holde de grote winkel uit, recht in de miserige regen die elke minuut iets harder begon te tokkelen op de golfdaken.
Ik wierp een blik op mijn klok. Oh shit, is het al zo laat? Ik had nog maar een kwartier om op school te geraken.
Mijn pas werd automatisch sneller. Donder klonk boven mijn hoofd, een felle lichtflits – oh geweldig, mijn dag kon er niet beter op worden. Mijn hart bonkte in mijn hoofd, terwijl ik mezelf aanspoorde om sneller te lopen. De regen hamerde in bakken op me neer en maakte me het niet veel gemakkelijker om vooruit te geraken. Na een tijdje vond ik het zelfs niet meer erg dat mijn schoenen onder de modder zaten.
The first chapter. So let us know what you think alright? xx
Reageer (3)
Mooi!
1 decennium geledenSnel verder!
Hihhi, ik ben echt zo standaard met reacties altijd! (:Nieuwe Aboo!
xx
leuk! Snel verder! ABO
1 decennium geledenplease verder abo!
1 decennium geleden