Hoofdstuk 5.

Hoofdstuk 5.

‘En?’ vroeg Rumer. ‘Zitten er aardige mensen bij jullie in de klas?’. Meteen na het lesuur was het al pauze. ‘Ja, valt wel mee.’ zei Feven. ‘Bij ons in de klas zitten best wel grappige mensen.’ zei Elhia. ‘Oh, ja?’ vroeg ik. ‘Wie dan? Daan en Rick?’. ‘Ja, die ook. Maar er zit een jongen bij ons in de klas die een hele grappige opmerking maakte, ik ben alleen zijn naam even vergeten.’ zei Elhia. ‘In onze klas zit een knapperd.’ zei ik met opzet, op een opscheppende manier. ‘Haha, Mark zeker!’ zei Feven plagend. ‘Nee, die ene jongen, langs wie ik zat. Matthew heet hij. Hij ziet er wel schattig uit.’ zei ik en begon te blozen. ‘Over knap gesproken.’ zei Ruwen sarcastisch. Er kwam een man op ons aflopen. Hij had een grote bos krullen en een stoppelbaardje. Ook had hij een ronde bril op en bergschoenen aan. ‘Nou, nou.’ zei Elhia lachend. ‘Het nieuwste topmodel is ontdekt.’. We begonnen te grinniken. De man stond nu voor onze tafel. ‘Euh, dames.’ begon hij. ‘Jullie waren vanochtend niet in mijn les, en ik weet de reden al, maar ik deelde jullie nieuwe roosters uit. Ik heb die van jullie meegegeven aan Matthew, een jongen uit jullie klas.’ Na zijn zin zag ik Rumer en Elhia al plagend naar me kijken. Ik schonk ze een boosaardige blik toe. ‘Oh, helemaal vergeten.’ zei de man. ‘Ik ben Mnr. Godness, jullie biologieleraar. En wie zijn jullie?’ Hij keek ons nieuwsgierig aan. ‘Ik ben Sophie en dit is Feven, wij zitten in uw klas, zij niet.’ zei ik. ‘Oké.’ begon hij. ‘Maar ik ga wat eten, dag.’ Mnr. Godness liep naar de kantinewinkel. ‘Godness, je zou die naam maar eens hebben.’ zei Rumer. ‘Godness! Mwhahaahaaha.’ zei Feven op een spottelijke maar grappige manier. We begonnen te lachen. ‘Wat is er zo grappig?’ vroeg Matthew, die blijkbaar achter ons stond.

Langzaam keken we naar achteren, behalve Feven natuurlijk, die altijd al hyper was geweest. ‘Dus jij bent Matthew?’ vroeg Feven. ‘Ja, dat ben ik.’ Matthew gaf ons een glimlach. ‘En wie ben jij?’ vroeg Matthew. ‘Ik ben Feven.’ zei ze. ‘Ben jij toevallig Feven Breyandt?’ vroeg Matthew wat wanhopig. ‘Ja!’ zei Feven vol enthousiasme. ‘Hoezo?’ vroeg ze. ‘Ik ben het!’ zei Matthew. ‘Matthew Cole, van de camping, toen we 12 waren? Weet je het nog? Beste vrienden, dat hebben we gezworen.’ zei Matthew blij. Feven keek hem lachend aan en het volgende moment lag ze in zijn armen, met hem te knuffelen.