Preface.
Ik draaide me razend snel om en daar stond hij. Ik had het me dus toch niet verbeeld. Ik had de hele dag al het idee dat iemand mij begluurde. Een jonge van een jaar of twintig met een lang, gespierd lichaam en halflang zwart haar keurig in een scheiding leunde nonchalant tegen een met mos begroeide boom. Er kwam een kwaadaardige grijns op zijn gezicht. ‘Liet ik je schrikken?’ zei hij zo onschuldig mogelijk en kwam nu een paar stappen mijn richting in gelopen. Hij kwam steeds dichter bij en stapte nu uit de schaduw van de bomen, het maanlicht in. Ik kon de onbekende jongen nu beter zien en even was ik van mijn stuk gebracht. Hij was zo onmenselijk mooi. Alles aan hem was perfect en dan bedoel ik ook echt perfect, zijn haar, zijn mond, zijn neus, zijn ogen… Zijn ogen, ze waren bloed rood en keken mij bloeddorstig aan.
Reageer (4)
klinkt erg leuk!
1 decennium geledenmeeeer
1 decennium geledenhmm lijkt me leukk..
1 decennium geledenHmmm... klinkt leuk!
1 decennium geleden