32.

Je voelt je geweldig. Alsof dit is waar je thuis hoort, bij de jongens. Met Mira, met je beste vrienden, bij Nick. Alles wat je vervelend vind, wat je stoort, je verantwoordelijkheden, je zorgen zijn verdwenen als sneeuw voor de zon en het lijkt alsof je ze nooit hebt gehad.
‘En morgen, dan is Mira voor mij,’zegt Joe lachend.
‘Ja, en June van mij,’zegt Nick.
‘Awh, en Kevin dan?’vraag je. Kevin trekt een sneu gezichtje.
‘Kevin heeft ook al een meisje gevonden. Morgen middag gaat hij voor het eerst met haar uit,’verklapt Joe.
‘Klootzak, dat wou ik ze vertellen,’zegt Kevin lachend.
Je grinnikt. ‘Dat is leuk! Hoe heet ze?’vraag je.
‘Ehm, ze heet Elisa. Ik ken haar van een interview dat ze met ons hield. Dat had ze gewonnen van een tijdschrift. Ze is hier heen gereisd voor dat interview. Die hebben we vanmiddag gehad. Dus, ik ken haar ook nog maar een middag. Maar, ze is hier dus nog voor dit weekend en moet dan ook weer naar huis. Dus, ik weet niet of het gaat werken ofzo,’zegt Kevin.
‘Hm, wie niet waagt, die weet niet,’zegt Mira.
‘Een nee heb je en een ja kun je krijgen,’zegt Nick.
‘Achja. Ik heb er wel zin in,’zegt Kevin met een lach.
Jullie kletsen nog wat en besluiten om elkaar die volgende ochtend weer te zien. En die zaterdagavond met z’n zessen, als Elisa wil, uit te gaan.
Jullie nemen afscheid en gaan op weg naar Mikes huis.
‘Je weet toch wel waar we heen moeten?’vraag je aan Mira.
‘Ja hoor, waarom niet?’vraagt ze verontwaardigd.
‘Omdat ik dacht dat je weg zou drijven naar ergens anders op je roze wolkje,’zeg je plagend.
‘Ha-ha,’zegt Mira. Maar ze moet er wel om lachen. ‘Hij is gewoon zo leuk,’zegt ze met een romantische zucht. Je grinnikt.
Moe val je even later op het bed. Je bent blij dat je de jongens hebt gezien. Je voelt je gerustgesteld. Je weet dat alles goed met hen is, dat het weer gezellig was zoals altijd.. als jullie bij elkaar zijn is alles goed. Morgen wou Nick je ergens mee naar toe nemen.. even alsof jullie in San Diego zijn en hij gewon op je stoep staat. Alsof hij nooit weg is geweest. Je ademt uit met een zucht.
‘Mm, welterusten,’mompelt Mira.
‘Ja, jij ook,’zeg je. Al snel zakken je ogen dicht.

Je zit in je pyjama aan de ontbijttafel. Tegenover je zit Mira. Haar haar zit helemaal door de war.
‘Dus, jij gaat weg met Joe?’
‘Ja, we zouden de stad ingaan. Hij zei dat het een mooie stad was.’ Je knikt en smeert nog een cracker.
‘En jij gaat weg met Nick?’
‘Ja, hij wou me ergens mee naar toenemen. We zullen zien,’zeg je met een glimlach. Het is altijd gezellig met Nick, dus je vertrouwd erop dat het goed komt.
Je kijkt op de klok. ‘Oh shit! Ik moet opschieten.’
Mira verslikt zich ook bijna in haar melk. ‘Fuck, inderdaad.’ Jullie schieten van jullie stoelen en rennen naar boven. In een lacherige stemming trekken jullie je om.
Even later steken jullie jullie armen door elkaar en gaan op weg naar het hotel van de jongens. Die staan in de hal al op jullie te wachten.
‘Komt Elisa ook zo?’vraag je aan Kevin.
‘Als het goed is wel. Jullie moeten wel aardig voor haar zijn!’waarschuwt hij je.
Je grinnikt. ‘Dat komt wel goed, geen zorgen.’
Jullie kletsen gezellig als er, een beetje verlegen, een meisje aankomt. Kevin loopt op haar af en begroet haar met een kus op haar wang.
‘Dit is Elisa. Elisa, dit zijn Joe, Mira, Nick en June.’
‘Hi,’zegt Elisa voorzichtig.
‘Kevin heeft over je verteld. Natuurlijk waren we heel benieuwd naar je,’zeg je met een glimlach. Je probeert Elisa te laten ontspannen.
‘Ik ook naar jullie.’
Na een tijdje nemen Joe en Mira afscheid. Ze gaan de stad in. Jij en Nick gaan ook op pad.
‘Ik heb een beetje research gedaan naar leuke plekjes in de stad. Daar waar we nu heen gaan kunnen we alleen met de auto komen.’ Nick troont je mee naar de auto.
‘Ik ben benieuwd.’
Na een kwartiertje rijden komen jullie aan bij het bos. Je bent verbaasd. ‘Het bos? Dat had ik niet van je verwacht. Ik dacht dat je een echte stadsjongen was.’
Nick schokschoudert. ‘Ik hou van de rust en natuur op zijn tijd. Het is hier heerlijk stil.’
Je stoot Nick grinnikend aan. Hij praat als een oude heer.
Jullie stappen uit. Het ruikt heerlijk naar dennenbomen. Je hoort niets. Je zou bijna vergeten dat je vlakbij Phoenix bent.
Carl, Nicks bodyguard, belooft direct te komen als Nick belt. Langzaam verdwijnt de auto achter de bomen.
‘Wat wou je gaan doen?’vraag je nieuwsgierig.
‘Ik las iets over een pad hoog tussen de bomen. Het schijnt prachtig te zijn.’ Nick glimlacht.
Jullie lopen de weg af. Aan het eind is een restaurant en een ander gebouw war je allerlei wandelroutes en informatie kunt krijgen. Jullie bekijken een foldertje.
‘Gratis,’mompelt Nick. ‘Kom laten we gaan.’ Dan ziet hij je bedrukte gezicht. ‘Wat is er?’
Je kijkt om je heen. ‘Ik heb hoogtevrees. Ik dacht dat het misschien twee meter was, maar twaalf!’piep je.
Nick glimlacht. ‘Dan gaan we wel gewoon een stukje lopen.’ Gelukkig vind hij het niet erg.
Jullie lopen op een donker pad tussen de dichte bomen. Een vogel zingt vrolijk zijn lied.
‘Ik heb helemaal niet het gevoel dat we in Phoenix zijn. Eerder dichtbij San Diego,’zeg je met een lach.
‘Dat heb ik ook. Vanochtend zelfs. Ik dacht dat ik naar je toe zou gaan en dat we met de honden gingen lopen, ofzo,’zegt Nick.
‘Inderdaad. Als ik aan jou denk dan denk ik aan San Diego, aan thuis, aan zomer en de honden en alles wat we hebben gedaan.’
Nick glimlacht. ‘Ik ook.’

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen