Underwear 14
Harry.
De deur gooi ik met een harde klap dicht en Keef komt de gang binnen gerend. Met woedende ogen kijk ik hem aan en loop ik naar hem toe. ‘Waar is ze?’ sis ik argwanend in zijn gezicht en met grote ogen staart hij mij aan. ‘Ze vroeg waar u was.’
Langzaam laat ik hem los en kijk ik naar mijn schoenen. Keef loopt langzaam weg en ik zucht, waarom moest ze mij achterna gaan nu kan ik haar niet meer vinden.
Harde stampvoeten weerklinken in de gang medemogelijk gemaakt door mijzelf en zoek ik naar Gemma. Zoals altijd zit ze in haar kamer met de radio aan die een oud liedje afspeelt. ‘Gemma, wat heb je haar vertelt?’ Ze schrikt op en kijkt mij verward aan. Langzaam staat ze op en draait ze aan de volumeknop en de muziek verdwijnt.
‘Aan wie?’ Ik ga voor haar staan en ik zie hoe ze moeilijk slikt. Haar voeten bewegen naar achter toe en ze leunt tegen de muur aan. ‘Aundrianne, hé?’
Terwijl ze haar naam uitspreekt laat ze een bespottelijk lachje horen en springt ze op haar bed. Haar handen legt ze rustend achter haar hoofd en ze sluit haar ogen. ‘Gewoon, over Aundra,’ zegt ze rustig en ik rol met mijn ogen. Een glimlach speelt erop haar gezicht, wat veranderd in een grijns.
‘Kom op Harry, je weet zelf ook dat ze op Aundra lijkt.’
Ik werp mijn blik af en bijt op mijn lip. Het matras kraakt en ik kijk meteen op. Gemma staat op en loopt nonchalant naar mij toe en stopt één meter voor mij. ‘Ik heb haar alleen vertelt dat ze overleden, de rest moet jij doen.’
Met haar vinger glijd ze langs mijn wang en geeft ze een tik tegen mijn neus. Pijnlijk kijk ik haar aan en knijp ik mijn ogen tot spleetjes. ‘Dat kan niet als ze weg is,’ sis ik haar toe en geef haar nu een tik tegen haar neus en ze grinnikt zachtjes.
‘Ze leeft op straat, ze kan gewoon niet leven in een huis.’ Hard duw ik haar tegen de muur aan en schieten haar ogen open van schrik. Ze kreunt en wrijft over haar hoofd heen. ‘Zeg dat nooit meer,’ sis ik en knijp met mijn nagels in haar shirt die ik beet heb.
Haar ogen doorboren de mijne en ze glimlacht gemeen. ‘Oh, ik heb ook gezegd dat het niet goed voelt om jullie samen te zien.’ Ze duwt door één beweging mij van haar af en val zo op haar bed. Zorgelijk trekt ze haar shirt goed en werpt ze mij nog een blik toe. ‘Vertrouw me Harry, het is beter zo.’
Met gefronste wenkbrauwen staar ik haar aan en sta ik wankelend op van het bed. Hoe kan ze dat zeggen, dat het beter is zo? Omdat Aundrianne weg is, of omdat ze het vertelt heeft?
Met een zwaar gevoel loop ik de slaapkamer van Gemma uit en kom ik terecht in de woonkamer. De familie Tomlinson is direct nadat Louis en ik de tuin klaar hadden vertrokken.
Hij had mij nog vertelt dat hij een keer langs zou komen als hij in de buurt was, laten we erop hopen dat het deze week nog is.
‘Harry, kan je me eventjes helpen?’ Mijn moeder staat te klungelen met een schilderij die door de deuropening moet en ik draai me om. ‘Natuurlijk,’ mompel ik schor en pak stevig het schilderij vast. Mijn oog valt op het doek wat beschildert is en van schrik laat ik los.
‘Wie heeft dit geschilderd?’ Moeder zet zuchtend het schilderij tegen en muur aan en kijkt mij verbaasd aan. Het is een schilderij en op het doek staan Gemma, Justin, Aundra en ik. Het was met kerstmis toen deze foto gemaakt werd en moeder wou altijd er altijd al een schilderij van.
‘Vind je hem niet mooi, eindelijk is hij af!’ jubelt ze vrolijk en bekijkt het schilderij aandachtig. Bang en verdrietig laat ik me zakken in de keukenstoel en staar ik naar de lege keukenstoel waar vanmorgen Aundrianne zat. Naast mij met haar crackertje in haar handen.
‘Harry, ken jij ene Liam?’ Ik schrik wakker en vragend staart mijn vader mij aan. Vragen spoken door mijn hoofd en denk terug aan de ene keer dat Aundrianne een nachtmerrie had. ‘Waarom?’
Met zijn hoofd knikt hij naar de voordeur en nieuwsgierig schuif ik de stoel naar achter. Zonder hem terug aan te schuiven loop ik naar de gang toe en staat de voordeur op een kier.
Zoals altijd waait de wind hem open en staar ik in twee bruine ogen die mij vriendelijk aankijken. Ik zet een stap richting de voordeur en hij opent zijn mond.
‘Harry, nietwaar?’ Langzaam knik ik en schudden we elkaars handen. Ik kijk om me heen om een sprankeltje van Aundrianne op te vangen, maar nergens kan ik haar vinden.
Liam kucht moeilijk en verstrikt staar ik hem aan. ‘Ze is hier niet, geloof me als ik zeg dat ze beter af is bij mij.’ Wankelend en misselijk pak ik de voordeur vast en kijk ik hem niet begrijpend aan. Lachend grijnst hij en draait hij zich ruw om. ‘Doe trouwens Gemma de groeten van me.’
En weg is hij, verdwenen voor mijn huis. Sloom duw ik de deur dicht en snuif ik moeilijk. Tranen wellen op in mijn ogen en één voor één druppelen ze naar beneden toe.
Ik leun tegen de voordeur aan en glijd zo naar beneden toe totdat ik de vloer bereikt heb. Mijn armen sla ik om mijn benen heen en zie hoe mijn tranen op mijn broek vallen die in het spijkerstof trekken. Doordat ik in de tuin gewerkt heb zijn mijn handen nog vies en zit er aarde onder mijn nagels.
Het kan me niet schelen, het enigste wat me nog wel kan schelen is Aundrianne.
Ze ging me zoeken, omdat ik zo stom was naar buiten te gaan. Ik zie haar niet meer terug, nooit meer.
Reageer (21)
Ik ontdek dit verhaal nu pas. En ik heb zo een gevoel dat die 'aundra' helemaal niet dood is. Dat aundra gewoon een nieuw leven ofzo is begonnen. En daarom ziet ze zo die foto ofzo bewegen. Oke nee ik weet het niet $$
1 decennium geledenaawhh poor hazz
1 decennium geledensnellverdahh <3
abo abo aboniiiiized
1 decennium geledenSnel verder!
1 decennium geledenSnel verder? (:
1 decennium geleden