Ontwaken
Het is niet anders
'Merlin? Merlin, waar ben je?', fluistert Elenora nu haar ogen het gebrekkige licht proberen te vangen.
In het verleden rusten haar dromen. De gezichten blijven weg uit de duisternis. Geen stemmen, alleen stilte. Het half verlamde lichaam begint de pijn te voelen. Ze ontwaakt.
Voor de maan gaan wolken weg. De maan, die haar ogen verlicht. Zachtjes kruipen de stralen over haar gezicht.
Aan de maan valt te zien dat er vele uren voorbij gegaan zijn sinds zij is ingedommeld. Het is dezelfde maan als die Josh ziet. Hij zal wel ongerust zijn. Waarschijnlijk heeft hij haar wel gedekt, dat zeker. Natuurlijk heeft hij gekookt en is niemand ongerust, zolang er maar eten op tafel staat. Maar hij, hij heeft misschien nog niet eens gehoord waarom zij niet in haar kamer is. Wat als hij daar nou zit?
Dan zat hij een stuk warmer, ver van de donkere kerkers beneden het kasteel.
Vanuit een klein holletje in de muur verschijnt een spits kopje met snorhaartjes.
'Waarom heeft zij het mij niet verteld?', vraagt Josh aan het muisje. Het muisje gaat wat met haar kopje en snorharen op en neer maar geeft geen antwoord.
Verveeld slaat de jongen zijn handen over zijn knieën. De muis kan het niet helpen, die vraag valt niet te beantwoorden.
Het enige wat dat diertje kan is bang toekijken... en zich verstoppen in de warme stro. En weglopen, ze zou kunnen weglopen. Alleen waarom zou ze? Hier is haar holletje, haar bescherming.
Uiteindelijk verlaat Elenora het warme bed om de koude vloer te voelen. Bezeten door haar nieuwsgierigheid openen deuren. Zacht krakende treden lijden haar langs waar Merlin slaapt. 'Hij ligt zo lief', denkt zij met een glimlach. Verder, gaat ze. Haar kamer in. Meer dan leegte vindt zij daar niet. Dus haar voeten leiden haar verder, naar de keuken. Meer leegte, alleen wat kruidige geuren vullen de kamer. Stiekem kijkt zij in een ketel die boven gedoofde vlammen staat. Erin zit een restje soep. Zonde dat het koud is.
Echter is dit niet waar haar dwaaltocht stopt. Nauwkeurig uitgezet verschijnt de route voor haar prikkelbarige ogen. Voetstapjes lichten op zodra haar tenen de grond verlaten.
En de wind neemt haar mee naar dieptes. Donkere gangen met amper genoeg licht. Een dalende trap, die verlicht wordt door fakkels, verschijnt.
Wachters waken eronder. Maar de dobbelstenen rollen van tafel en de kaarsen doven zodat er amper genoeg licht is voor hun ogen. Balancerende op de bal van haar voet vindt zij haar weg langs de bewakers. Haar vingers volgen de spijlen. De kou die er vanaf straalt doet goed voor haar bewustzijn. Met wijd open ogen ziet zij waar nieuwsgierigheid haar gebracht heeft.
Alleen in het maanlicht, met slechts een muis als gezelschap zit een jongen. Spijlen trekken duistere lijnen over zijn gezicht. Geelgloeiende ogen verschijnen op armafstand van Josh. Totdat Josh zich omdraait heeft hij niet doorgehad wie of wat daar zwijgend staat.
Reageer (1)
Nou, stom kind! Verder schrijven!
1 decennium geledenps. nothing personal