Foto bij 3 - not so lucky..

Tom is een jongen met veel problemen en zorgt vaak voor zichzelf.
Hij heeft niet veel vrienden, maar wel goeie vrienden die je op 1 hand kunt tellen.

Tom

Ik kom thuis en tref mijn vader dronken aan, alweer. Hij ligt languit op de bank met een fles drank op tafel. Vluchtig loop ik naar de keuken en maak een boterham, zodra ik naar mijn kamer wil lopen merk ik dat er beweging in het leven van mijn vader komt. Langzaam doet hij z’n ogen open en kijkt mij aan met een doordringende blik. “wat eet jij daar?!” vraagt hij me. “een boterham...” antwoord ik met een trillende stem wetende wat er zal volgen.

“Oh, heb jij die soms betaald?” vraagt hij nu met een licht boze stem. Zwijgend kijk ik naar mijn voeten hopend dat hij zou ophouden. “nee...” antwoordde ik haast fluisterend. “wat zei je daar?” “nee..” antwoord ik nu luider. “nee? Waarom eet jij van mijn spullen? Je voert geen ene flikker uit. Misschien moet je maar eens een baan gaan zoeken!” zegt hij nu met een opgeheven stem. “ik heb gezocht maar...” ruw wordt ik onderbroken door zijn pijnlijke woorden. “maar je hebt zeker niets gevonden? Net zoals de afgelopen 3 maanden. Tering lijer verdwijn uit mijn ogen en neem die boterham maar mee dat is het enigste wat je nog van me krijgt” schreeuwd hij en staat op.

Snel ren ik naar mijn kamer, ik was bang, gestresst. Snel sluit ik de deur en laat mezelf zakken als ik mijn deur dicht heb gedraaid. Achter de deur hoor ik dingen die worden omgestoten, mijn vader kan waarschijnlijk geen eens recht lopen. Zware voetstappen volgen en ik voel een brok in mijn keel komen. Ik was bang, bang om weer dingen naar mij gegooit te krijgen. Voor de zekerheid schoof ik mijn kast tegen de deur en ging bang tegen de muur zitten. “Waar zit je kutjong?!” schreeuwde hij door het huis. Ik bleef muisstil..

Ik hoorde dat hij een stoel omschopte wat met veel gevloek volgde. “Ooh.. hier zit je. Kom er maar uit hoor, of moet ik het op een andere manier doen?” zegt hij en slaat op de deur. Hij is dronken, ik moet uitkijken en besluit te zwijgen. “DOE DE DEUR OPEN!!” schreeuwt hij woedend. Ik blijf zwijgen en staar naar de deur. Hij blijft nog 2 minuten staan en gooit dan iets hard tegen de deur, ik hoor kleine stukjes de harde houten vloer raken en blijf zitten nog steeds starend naar de deur. “Wacht maar.. Vieze homo, ooit zal je eruit moeten komen” Die woorden raakte me.. Het was een steek in mijn hart. Ik moet hier weg..

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen