A ranger/traitor 63
Eerst voelde Miko alleen ongeloof, daarna kwamen de verontwaardiging en woede.
“Wat! Ik…” Will legde hem het zwijgen op.
“Dat weet ik, maar ze zijn bang en willen niet luisteren.” De pijn in zijn stem liet Miko’s woede als sneeuw voor de zon verdwijnen in plaats daarvan kwam iets wat het best omschreven kon worden als verdriet.
“Wat moet ik nu doen?” Will haalde even diep adem voor hij antwoord gaf.
“Je wapens en mantel afgeven en met mij mee teruggaan. Als ze je willen opsluiten, hen gewoon laten begaan. Daarna zullen ze wellicht voor rede vatbaar zijn en dan kan ik je onschuld aantonen. Tot die tijd mag je niets doen dat hen kwaad kan maken.” Miko knikte langzaam. Het was alsof alle kracht uit hem verdwenen was. Er leek een band rond zijn borst te zitten die steeds strakker werd, naarmate hij meer dingen afgaf die hem tot leerling jager maakte. Een traan liep over zijn wang. Will kneep in zijn schouder.
“Het komt goed, ik beloof het je. Ik laat je niet in de steek. Nooit.”
Vlak voor ze weer bij het kamp kwamen, zei Will nog: “Ik weet dat je een fantastische jager zult worden.”
Reageer (6)
Will is een lieve schat,
1 decennium geledenArme Miko, ik wil die gasten nog steeds slaan. ,
het woord heel mooi, ben beieuwd wat je in petto hebt