138. Weken later.
Weken gingen voorbij. En ook zo kwam Beijing dichter bij. Ik had Bill in die weken niet meer gezien of gehoord. Alle contact was verbroken. Friedolien had honderden pogingen gedaan om ons terug te laten praten, maar ik was te koppig, en hij was te koppig. Met Tom had ik me al terug verzoend, want hij was ook een tijdje boos geweest op mij. Pas toen Friedolien alles voor de 10de keer had uitgelegd tegen hem, begon hij haar te geloven en hadden we een afgesproken en alles bijgelegd.
Ruben had ik ook nooit meer gezien. Hij was, de dag nadat hij me had gekust meteen terug vertrokken naar Spanje. Nooit wilde ik hem nog zien. Ik wist maar al te goed dat het een opgezet plan was van hem. Hij had mijn leven kapot gemaakt. Ik wou dat ik hem nooit had leren kennen.
Irina was de laatste weken ook steeds strenger en strenger op me geworden. Door de harde trainingen was ik nauwelijks thuis en zag ik zowel mijn ouders als Friedolien bijna nooit meer. Soms kwam ik al huilend uit de kleedkamer na een training. Ik voelde me eenzaam, alleen op de wereld. Alles draaide om de Olympische Spelen en steeds had ik het gevoel niet goed genoeg te zijn. Ik werkte steeds harder en harder. Steeds weer kreeg ik het gevoel dat, als ik geen podium plaats te pakken kreeg, mijn carrière gedaan zou zijn.
En dit was weer zo’n training. Al huilend kwam ik uit de kleedkamer gewandeld. Ik was moe, totaal op. “ Maaike.” Hoorde ik vrolijk. Ik keek op en zag Friedolien in de gang lopen. “ Hey meid, wat is er?” vroeg ze bezorgd toen ze m’n tranen zag. Ik zuchtte even en zei : “ De training zijn echt zwaar. Ik ben bang dat ik het niet meer aankan. Weet je, volgende week zit ik al in Beijing.” Friedolien gaf me een knuffel en zei dat alles in orde zou komen. Ze beloofde dat ze meeging en dat ze op de eerste rij zou zitten samen met Tom. Ik beet even op mijn onderlip toen ze dat zei. “ Sorry meid, ik kan Bill niet verplichten om mee te gaan met je.” Ze sloeg haar ogen neer. “ Dat weet ik wel, Frie.” Zei ik. Zonder het te vragen gaf ik haar ook een knuffel. “ Hé, hou je goed. Ik kom morgen anders wel nog even langs op training. Ik moet nu even naar Irina om dingen te bespreken in verband met trainingen van de kleintjes.” Ze gaf een knipoog naar me. “ Oké, zie je morgen.” Ik zwaaide nog even naar haar en ging toen verder naar buiten.
Het zonnetje scheen, maar deze keer kon ze me niet vrolijk maken. Met mijn rugzak op mijn rug, nam ik mijn fiets uit het fietsenrek. Ik wou erop stappen maar werd abrupt gestopt door een bekende stem die mijn naam riep. Ik keek in de richting waar het geluid vandaan kwam en mijn hart stond even stil.
Reageer (2)
O.O
1 decennium geledenJe houdt graag de spanning erin hea? Niet lief! *pruil*
Snel verder, want ik wil weten of het Billa is, die eindelijk over zijn koppigheid heen is.
Uh, die zin klopt niet helemaal. maar je snapt me wel, toch?
xx Kim
Wie roept haar? ;o
1 decennium geledenSnel verder! <3